Aan het begin van de jaren zeventig was er waarschijnlijk niemand die meer invloed had op de wereldpolitiek dan wijlen David Rockefeller, toen vooral bekend als voorzitter van de Chase Manhattan Bank.
Ontwikkeling van een nieuw denkkader
Eind jaren zestig en begin jaren zeventig lanceerden internationale kringen die rechtstreeks met David Rockefeller verbonden waren, een duizelingwekkende reeks eliteorganisaties en denktanks. Daartoe behoorden de Club van Rome, de 1001: A Nature Trust, verbonden met het Wereld Natuur Fonds (WWF), de Conferentie van de Verenigde Naties inzake het menselijk leefmilieu in Stockholm, de door het MIT geschreven studie Grenzen aan de Groei en de Trilaterale Commissie van David Rockefeller.
Club van Rome
In 1968 richtte David Rockefeller samen met Aurelio Peccei en Alexander King een neo-Malthusiaanse denktank op, de Club van Rome. Aurelio Peccei was een senior manager van het autobedrijf Fiat, eigendom van de machtige Italiaanse familie Agnelli. Fiats Gianni Agnelli was innig bevriend met David Rockefeller en lid van het Internationale Adviescomité van Rockefellers Chase Manhattan Bank. Agnelli en David Rockefeller waren al sinds 1957 goed bevriend. Agnelli werd in 1973 stichtend lid van David Rockefellers Trilaterale Commissie. Alexander King, hoofd van het OESO Wetenschapsprogramma was ook adviseur bij de NAVO. Hier ligt de oorsprong van wat de neo-Malthusiaanse "mensen vervuilen"-beweging zou worden.
In 1971 publiceerde de Club van Rome een zeer gebrekkig rapport, Grenzen aan de Groei, dat het einde voorspelde van de beschaving zoals wij die kenden vanwege de snelle bevolkingsgroei, gecombineerd met eindige hulpbronnen zoals olie. Het rapport concludeerde dat zonder substantiële veranderingen in het verbruik van hulpbronnen "het meest waarschijnlijke resultaat een vrij plotselinge en oncontroleerbare afname van zowel de bevolking als de industriële capaciteit zal zijn." Het was gebaseerd op valse computersimulaties van een groep MIT-computerwetenschappers. Het bevatte de stoutmoedige voorspelling: "Als de huidige groeitrends in wereldbevolking, industrialisatie, vervuiling, voedselproductie en uitputting van grondstoffen ongewijzigd doorgaan, zullen de grenzen van de groei op deze planeet ergens in de komende honderd jaar worden bereikt." Dat was in 1971. In 1973 nodigde Klaus Schwab tijdens zijn derde jaarlijkse bijeenkomst in Davos van kopstukken uit het bedrijfsleven, Peccei uit om Grenzen aan de Groei aan de verzamelde CEO's te presenteren.
In 1974 verklaarde de Club van Rome onomwonden: "De aarde heeft kanker en de kanker is de Mens." Vervolgens: "de wereld wordt geconfronteerd met een ongekende reeks in elkaar grijpende mondiale problemen, zoals overbevolking, voedseltekorten, uitputting van niet-hernieuwbare hulpbronnen [olie], aantasting van het milieu en slecht bestuur." Zij stelden dat,
een 'horizontale' herstructurering van het wereldsysteem nodig is...drastische veranderingen in de normatieve gelaagdheid - dat wil zeggen, in het waardesysteem en de doelstellingen van de mens - zijn nodig om de energie-, voedsel- en andere crises op te lossen, d.w.z. sociale veranderingen en veranderingen in de individuele houding zijn nodig wil de overgang naar organische groei plaatsvinden.In hun rapport uit 1974, Mensheid op een Kruispunt, stelde de Club van Rome voorts:
Toenemende onderlinge afhankelijkheid tussen naties en regio's moet zich dan vertalen in een afname van onafhankelijkheid. Naties kunnen niet van elkaar afhankelijk zijn zonder dat elk van hen iets van zijn eigen onafhankelijkheid opgeeft, of tenminste de grenzen daarvan erkent. Het is nu tijd om een masterplan op te stellen voor organische duurzame groei en wereldontwikkeling op basis van een wereldwijde toewijzing van alle eindige hulpbronnen en een nieuw mondiaal economisch systeem.
Die woorden vormden de vroege formulering van de VN Agenda 21, Agenda 2030 en de Grote Reset van Davos in 2020.
David Rockefeller en Maurice Strong
Verreweg de meest invloedrijke organisator van Rockefellers "nulgroei"-agenda aan het begin van de jaren zeventig was David Rockefellers oude vriend, de miljardair Maurice Strong. De Canadees Maurice Strong was een van de belangrijkste voorvechters van de wetenschappelijk frauduleuze theorie, dat de door de mens veroorzaakte CO2-uitstoot van transportvoertuigen, kolencentrales en landbouw een dramatische en versnellende wereldwijde temperatuurstijging veroorzaakt die "de planeet" bedreigt, de zogenaamde klimaatopwarming (Global Warming).
Als voorzitter van de Conferentie van de Verenigde Naties over het Milieu in Stockholm in 1972, stelde Strong een agenda voor van bevolkingsvermindering en verlaging van de levensstandaard over de hele wereld om "het milieu te redden." Strong formuleerde zijn radicale ecologische agenda: "Is de enige hoop voor de planeet niet dat de geïndustrialiseerde beschavingen instorten? Is het niet onze verantwoordelijkheid om dat te bewerkstelligen?" Dit is wat er nu gebeurt onder de dekmantel van een gehypte wereldwijde pandemie.
De keuze om Strong dit belangrijke VN-initiatief voor milieuactie te laten leiden was merkwaardig, omdat zijn carrière en zijn aanzienlijke fortuin gebaseerd waren op de exploitatie van olie, evenals het geval was voor een ongewoon aantal van de nieuwe voorstanders van "ecologische zuiverheid," zoals David Rockefeller, of Robert O. Anderson van het Aspen Instituut, of John Loudon van Shell.
Strong ontmoette David Rockefeller in 1947 als jonge Canadese schoolverlater van achttien jaar en vanaf dat moment werd zijn carrière verbonden met het netwerk van de familie Rockefeller. Door zijn nieuwe vriendschap met David Rockefeller kreeg Strong, op 18-jarige leeftijd, een sleutelpositie bij de VN onder VN-penningmeester Noah Monod. De fondsen van de VN werden gemakkelijk genoeg beheerd door Rockefellers Chase Bank. Dit was typerend voor het model van "publiek-private samenwerking" dat Strong zou gaan gebruiken - privéwinst dankzij openbaar bestuur.
In de jaren 1960 werd Strong president van het enorme Montrealse energieconglomeraat en oliebedrijf Power Corporation, destijds eigendom van de invloedrijke Paul Desmarais. Power Corporation werd naar verluidt ook gebruikt als een politiek doorsluisfonds voor de financiering van campagnes van geselecteerde Canadese politici, zoals Pierre Trudeau, vader van Davos-protegé Justin Trudeau, volgens de Canadese onderzoekster Elaine Dewar (Elaine Dewar, op cit. blz. 269-271.)
Milieutop I en Milieutop van Rio
In 1971 werd Strong benoemd tot ondersecretaris van de Verenigde Naties in New York en tot secretaris-generaal van de eerstvolgende milieuconferentie, de VN-Conferentie over het milieu (Milieutop I) in Stockholm, Zweden. Hij werd dat jaar tevens tot trustee benoemd van de Rockefeller Foundation - die de lancering van het milieu-project in Stockholm financierde (Elaine Dewar, op cit. p.277). In Stockholm werd het Milieu Programma van de Verenigde Naties (UNEP) opgericht met Strong als directeur.
In 1989 werd Strong door de secretaris-generaal van de VN aangewezen als hoofd van de VN-Conferentie over milieu en ontwikkeling van 1992 ("Milieutop II van Rio"). Hij hield daar toezicht op het opstellen van de VN-doelstellingen inzake "duurzaam milieu", de Agenda 21 voor duurzame ontwikkeling die de basis vormt voor de Grote Reset van Klaus Schwab, alsmede op de oprichting van het Intergouvernementeel Panel inzake klimaatverandering (IPCC) van de VN. Strong, die ook bestuurslid was van het WEF in Davos, had ervoor gezorgd dat Schwab een belangrijke adviseur werd voor de Milieutop van Rio.
Als secretaris-generaal van de VN-Conferentie van Rio gaf Strong ook opdracht voor een rapport van de Club van Rome, De eerste wereldwijde revolutie, geschreven door Alexander King, waarin werd toegegeven dat de bewering over de opwarming van de aarde door CO2 berustte op een verzonnen list om verandering af te dwingen:
"De gemeenschappelijke vijand van de mensheid is de mens. Op zoek naar een nieuwe vijand om ons te verenigen, ontstond de idee dat vervuiling, de dreiging van de opwarming van de aarde, watertekorten, hongersnood en dergelijke hiervoor in aanmerking zouden komen. Al deze gevaren worden veroorzaakt door menselijk ingrijpen en alleen door een andere houding en gedrag kunnen deze worden overwonnen. De echte vijand is derhalve de mensheid zelf."
De afgevaardigde van president Clinton naar Rio, Tim Wirth, gaf hetzelfde toe: "We moeten het probleem van de opwarming van de aarde aanpakken. Zelfs als de theorie van de opwarming van de aarde niet klopt, doen we het juiste in termen van economisch beleid en milieubeleid." (Elaine Dewar, Cloak of Green: The Links between key environmental groups, government and big business, Toronto, James Lorimer & Co., 1995, blz. 259-265.)
In Rio introduceerde Strong voor het eerst de manipulatieve idee van de "duurzame samenleving," gedefinieerd in samenhang met deze arbitraire doelstelling om CO2 en andere zogenaamde broeikasgassen te elimineren. Agenda 21 werd in september 2015 in Rome Agenda 2030, met de zegen van de paus, met 17 "duurzame" doelen. Het verklaarde onder meer,
"Wegens zijn unieke karakter en de cruciale rol die het speelt in de menselijke nederzetting, kan grond niet worden behandeld als een gewoon goed dat in handen is van particulieren en onderworpen is aan de druk en de inefficiëntie van de markt. Particulier grondbezit is ook een belangrijk instrument voor accumulatie en concentratie van rijkdom en draagt daarom bij tot sociale onrechtvaardigheid... Sociale rechtvaardigheid, stadsvernieuwing en ontwikkeling, het verschaffen van fatsoenlijke woningen en gezonde omstandigheden voor de mensen kunnen alleen "worden bereikt als grond wordt gebruikt in het belang van de samenleving als geheel."
Kortom, particulier grondbezit moet gesocialiseerd worden ten behoeve van de "samenleving als geheel," een idee dat welbekend was ten tijde van de Sovjet-Unie en een belangrijk onderdeel vormt van de Grote Reset van Davos.
In Rio in 1992, waar hij voorzitter en algemeen secretaris was, verklaarde Strong:
"Het is duidelijk dat de huidige levensstijl en consumptiepatronen van de welvarende middenklasse - met een hoge vleesconsumptie, consumptie van grote hoeveelheden diepvries- en kant-en-klaar voedsel, het gebruik van fossiele brandstoffen, apparaten, airconditioning thuis en op het werk en huisvesting in voorsteden - niet duurzaam zijn". (nadruk toegevoegd)Strong zelf gaf geen gehoor aan zijn oproep. Wat Strong zijn milieubewuste bondgenoten in Rio niet vertelde, was dat hij ook een enorm aandeel had gekocht in de Colorado Land and Cattle Company, van de Saoedische wapenhandelaar en CIA-medewerker Adnan Khashoggi.
Tegen die tijd stond Strong centraal bij de transformatie van de VN tot het vehikel om heimelijk een nieuw mondiaal technocratisch fascisme op te leggen, gebruikmakend van de bittere waarschuwingen voor het uitsterven van de planeet en de opwarming van de aarde, waarbij overheidsinstanties werden samengevoegd met corporatieve macht tot een onverkozen controle over vrijwel alles, onder de frauduleuze dekmantel van "duurzaamheid." In 1997 hield Strong toezicht op het opstellen van het actieplan na afloop van de Milieutop, de mondiale beoordeling van de biodiversiteit, een blauwdruk voor de uitrol van een Vierde Industriële Revolutie, een inventarisatie van elke hulpbron op de planeet, hoe deze gecontroleerd zou worden en hoe deze revolutie tot stand zou moeten komen.
Op dat moment was Strong medevoorzitter van Klaus Schwabs Wereld Economisch Forum in Davos. In 2015, bij het overlijden van Strong, schreef Davos-oprichter Klaus Schwab: "Hij was vanaf de oprichting van het Forum mijn mentor: een grootse vriend; een onmisbare adviseur; en gedurende vele jaren lid van onze Stichtingsraad."
Voordat hij wegens een voedsel-voor-olie corruptieschandaal in Irak gedwongen werd de VN in ongenade te verlaten, was Strong lid van de Club van Rome, trustee van het Aspen Instituut, trustee van de Rockefeller Foundation en de Rothschild Foundation. Strong was eveneens directeur van de occulte Tempel van Begrip van de Lucifer Trust (alias Lucis Trust), gehuisvest in de kathedraal van St. John the Divine in New York City, "waar heidense rituelen bestaan uit het begeleiden van schapen en vee naar het altaar voor een zegening. Hier hield vicepresident Al Gore een preek, terwijl de gelovigen naar het altaar marcheerden met kommen compost en wormen..." xvi
Hierin ligt de duistere oorsprong van Schwabs Grote Reset-agenda, waarin we wormen moeten eten en geen privébezit mogen hebben om "de planeet te redden." De agenda is duister, dystopisch en bedoeld om miljarden van ons, de "gewone mensen," te elimineren.
F. William Engdahl is strategisch risicoconsultant en docent, hij is afgestudeerd in politicologie aan Princeton University en is een bestsellerauteur over olie en geopolitiek, exclusief voor het online magazine Global Research Centre for Research on Globalization.Zie: http://www.williamengdahl.com/gr22October2022.php
Reacties van Lezers
voor onze Nieuwsbrief