Commentaar: Gezien het feit dat tegenwoordig veel conservatieven, inclusief Donald Trump, Israël steunen, vonden we het gepast om dit artikel, dat 19 jaar geleden voor het eerst werd geplaatst, opnieuw te publiceren.
30 juli 2005
Tijdens de Reformatie werden de Bijbelse Hebreeën geassocieerd met hun moderne geloofsgenoten. Tegelijkertijd groeide onder protestantse aanhangers het populaire geloof dat de Joden die zich vandaag de dag overal verspreid bevinden, weer bijeengebracht zouden worden in Palestina om zich voor te bereiden op de wederkomst van Christus... Het Oude Testament werd niet alleen de populairste literatuur voor de protestantse leken, maar ook het bronboek voor algemene historische kennis. Dit is het moment waarop een proces van historische manipulatie begon. -- Regina Sharif, Non-Jewish ZionismVoordat de lezer aan dit artikel begint, wil ik erop wijzen dat het handig (en zelfs noodzakelijk) is om bekend te zijn met mijn serie "Who Wrote the Bible" en "Truth or Lies," die beide ingaan op een groot deel van de problematiek rondom religies en hun ontstaan en de wijze waarop ze aan de mensen als controlemiddel worden opgedrongen. Een goede samenvatting van het probleem vindt u in Henry See's artikel over Belief Systems. Het is ook zeer zinvol om mijn recensie van Burton Macks "The Book of Q and Christian Origins" te lezen. Macks conclusies over het belang voor onze wereld van de "gebeurtenis van de mythisering van "Jezus," zijn nogal opzienbarend gezien de gebeurtenissen die op het wereldtoneel hebben plaatsgevonden sinds hij dit boek schreef.
Wie zal de antichrist zijn? ... Natuurlijk zal hij Joods zijn. -- Jerry Falwell
Profetisch gezien is het berouw van Israël het enige dat dit (een Joodse holocaust) kan voorkomen. - Dwight Pentecost in een interview met Paul Boyer
De oprichting van Israël in 1948 betekent "eindelijk een terugkeer naar het Bijbelse land waaruit de Joden zoveel honderden jaren geleden werden verdreven... De oprichting van de natie Israël is de vervulling van de Bijbelse profetie en de essentie van de vervulling ervan." -- Voormalig president Jimmy Carter
Als christen zie ik de terugkeer van de Joden naar het Heilige Land slechts als een teken van de komst van het messiaanse tijdperk, waarin alle mensen de voordelen van een ideale samenleving zullen ervaren. -- Voormalig senator Mark Hatfield
Voor het eerst in meer dan 2.000 jaar is Jeruzalem in handen van de Joden en dat geeft de Bijbelstudent een kick en een hernieuwd geloof in de nauwkeurigheid en geldigheid van de Bijbel. -- L. Nelson Bell, redacteur, Christianity Today
Ds. Clyde Lott, Canton, Miss., een predikant van de Pinkstergemeente, interpreteert passages in de Bijbel om te zeggen dat er in Jeruzalem een derde Joodse tempel moet verrijzen voordat de wederkomst kan plaatsvinden... Lott produceert volmaakte rode vaarzen, maagdelijke koeien "zonder vlekken" die geofferd kunnen worden om as te produceren voor ritueel gebruik in de toekomstige tempel. Om dat te laten gebeuren zouden moslimheiligdommen zoals de Rotskoepel moeten worden neergehaald... Lott is ervan overtuigd dat God dit te zijner tijd zal bewerkstelligen. -- The New York Times, 27 december 1998
De vraag is nu of de ontdekking van Q enige kans heeft om een verandering teweeg te brengen in de manier waarop er in de moderne tijd tegen het christendom en zijn evangelie wordt aangekeken. De vraag is behoorlijk serieus, want noch aan de universiteit, noch onder goed geïnformeerde mensen in onze samenleving, noch onder de christelijke kerken hebben de bevindingen van de Bijbelse wetenschap ooit veel verschil uitgemaakt. [...]De lezer zou ook het boek van Gershom GorenbergThe End of Days: Fundamentalism and the Struggle for the Temple Mount en het boek "Forcing God's Hand: Why Millions Pray for a Quick Rapture and Destruction of Planet Earth" van Grace Halsell kunnen lezen. Veel van het materiaal dat in dit artikel wordt besproken, is afkomstig uit deze twee boeken.
De ontdekking van Q stelt het privilege dat aan de verhalende evangelies als weergaven van de historische Jezus werd toegekend op doeltreffende wijze ter discussie. Het verschil tussen de verhalende evangelies en moderne hervertellingen van het verhaal kan niet langer besloten liggen in het onderscheid tussen geschiedenis en fictie. De verhalende evangelies zijn ook producten van mythische verbeelding. [...]
Mythen, denkwijzen en culturen hangen samen. [...]
Christelijke mythen en de westerse cultuur zijn nauw met elkaar verbonden. [...]
Daarentegen rust er een taboe op de openlijke erkenning dat [de Amerikaanse Droom] misschien iets te danken heeft aan het erfgoed van de westerse christelijke cultuur.
De uitzondering op deze algemene regel doet zich, interessant genoeg, voor wanneer druk op het overheidsbeleid en vaderlandsliefde resulteert in overdreven uitingen van de waarden waar onze natie voor staat. We kunnen bogen op een geschiedenis van dergelijke clichés: nieuwe wereld, nieuw land, nieuw volk, rechtschapen natie, manifest destiny [de politiek-maatschappelijke stroming die in de tweede helft van de 19e eeuw in de Verenigde Staten voor imperialisme pleitte], stad op een heuvel, vrijheid die de wereld verlicht, een baken voor de daklozen, één natie onder God, morele meerderheid, verdedigers van de vrije wereld en nieuwe wereldorde.
Deze open deuren duiden op een messiaanse mentaliteit. [...]
De recente geschiedenis voor wat betreft hetgeen we met onze technologie en macht over de hele wereld hebben teweeggebracht, is verontrustend, net als de menselijke hulpkreten uit een wereld die klein is geworden maar toch te groot is om grip op te hebben. De lijst met zorgen is onuitputtelijk en we lijken overladen te zijn met onoplosbare problemen en conflicten en ecologische verantwoordelijkheid. Voor weldenkende mensen hebben de kwesties te maken met het inschatten van de mogelijkheden om gezonde en veilige samenlevingen in een multiculturele wereld op te bouwen en tegelijkertijd de voorwaarden voor predatie en vooringenomenheid, machtsmisbruik en geweld te begrijpen. In beide gevallen is het onverantwoordelijk om geen openlijke discussie te voeren over ons eigen systeem van culturele waarden. [...]
Om onszelf te begrijpen en de redenen voor onze sociale keuzes te bevatten, zal culturele analyse een vergelijkende evaluatie van mythologieën moeten bevatten. En dat betekent dat we onze eigen mythologie onder de loep moeten nemen.
Q zou bij deze analyse van pas moeten komen door het taboe te doorbreken dat nu de christelijke mythe bevoorrecht. Dat komt omdat het verhaal van Q ons een verslag biedt van de christelijke oorsprong dat niet afhankelijk is van de verhalende evangeliën. ... De christelijke mythologie kan nu geplaatst worden tussen 's werelds vele mythologieën en ideologieën van de religies en culturen. De christelijke mythe kan op dezelfde manier als elke andere mythe worden bestudeerd. Ze kan op basis van haar voorgestelde manieren om sociale problemen op te lossen, gezonde samenlevingen op te bouwen en menselijke waarden te symboliseren worden geëvalueerd. [...]
Het effect van de christelijke mythologie is niet altijd vermenselijkend geweest. The Captain America Complex, een boek van Robert Jewett, heeft ons ijverige nationalisme naar zijn Bijbelse wortels herleid.
Anderen hebben diepgaand stilgestaan bij de christelijke overtuigingen die ten grondslag lagen aan het koloniale imperialisme, de verovering van het westen, de Indianenoorlogen en de slavenhandel.
Weer anderen bestudeerden de verhouding tussen het evangelieverhaal en het profiel van de Amerikaanse held, de Amerikaanse droom en de destructieve politiek van rechtschapenheid overal waar wij ons met de aangelegenheden van volken over de hele wereld hebben bemoeid.
De conclusie lijkt te zijn dat het christelijke evangelie, dat zich richt op de kruisiging als garantie voor apocalyptische verlossing, op de een of andere manier zijn zegen heeft gegeven aan patronen van persoonlijk en politiek gedrag die vaak rampzalige gevolgen teweegbrachten. [...]
Q daagt christenen daarom uit om zich aan te sluiten bij het menselijk ras, om onszelf te zien omgaan met onze mythen [...]. [The Lost Gospel door Burton L. Mack].
Gershom Gorenberg is redacteur en columnist voor The Jerusalem Report, levert regelmatig bijdragen aan The New Republic en is medewerker van het Center for Millennial Studies aan de Boston University. Hij woont in Jeruzalem, waar hij al jaren verslag doet van het gevaarlijke mengsel van religie en politiek.
Grace Halsell was drie jaar lang speechschrijfster voor president Lyndon Johnson. Als journaliste deed ze verslag van zowel Korea als Vietnam. Ze schreef 14 boeken, waaronder "Prophecy and Politics: Militant Evangelists on the Road to Nuclear War."
De feiten die deze twee auteurs, de één een christen en de ander Joods, onder de aandacht brengen, maken duidelijk dat de Armageddon-theologie van nieuw christelijk rechts wordt gepropageerd door talloze TV-evangelisten, waaronder Pat Robertson en Jerry Falwell, tezamen met Hal Lindsey's veelgelezen The Late Great Planet Earth en Tim LaHayes' serie "Left Behind," en dat deze theologie miljoenen mensen wereldwijd beïnvloedt om niet alleen te geloven dat de wereld spoedig zal vergaan, maar dat hun plicht eruit bestaat om deze gebeurtenis op elke mogelijke manier te bespoedigen. Tegen deze achtergrond krijgen we meer inzicht in de politiek van George W. Bush, hoewel beide boeken lang voordat Bush in 2000 een staatsgreep pleegde, werden geschreven.
Halsell interviewde fundamentalisten die allen geloven dat hun plicht eruit bestaat om de Bijbelse profetie van het uitvechten van de Derde Wereldoorlog voorafgaand aan de wederkomst van Christus te vervullen. Het meest verontrustend is haar bespreking van een alliantie tussen nieuw christelijk rechts en militante zionisten die een gemeenschappelijk geloof en enthousiasme voor een wereldwijde holocaust delen. Alarmerend is ook de omvang van de politieke invloed van de bovengenoemde TV-evangelisten, de Israëlische lobby en het feit dat het beleid van George W. Bush grotendeels ondergeschikt lijkt aan zijn vermeende geloof in de onvermijdelijkheid van een door God gewenste nucleaire oorlog. Ik vermoed dat Bush achter de schermen niet echt christelijk is, zelfs niet in zijn eigen geest, maar eerder de ideeën van Machiavelli volgt die stellen dat een leider religieus moet lijken om de massa die wel gelovig is ertoe te bewegen hem te volgen. Aan de andere kant is het heel goed mogelijk dat Bush en een groot deel van het Congres in deze Armageddon-theologie geloven.
Zowel Gorenberg als Halsell beschrijven en documenteren de geschiedenis van de alliantie tussen het militante zionisme en het christelijke fundamentalisme en leggen het doel van de alliantie bloot: de terugkeer van Israëlische controle over heel Palestina en de herbouw van de Tempel in Jeruzalem op de plaats waar nu de al-Aqsamoskee en de Rotskoepel staan. Voor de religieuze zionist vormen deze acties de voorwaarde voor de EERSTE komst van de Messias. Voor de christelijke fundamentalisten vormt dit de voorwaarde voor Armageddon en de TWEEDE komst van de Messias. De herovering van Israël op de Palestijnen, die daar al meer dan 5.000 jaar leven, en het vestigen van de joodse hegemonie, inclusief het gebruik van kernwapens (Armageddon), worden als gebeurtenissen beschouwd die vurig gewenst en gesteund moeten worden.
Armageddon wordt door christelijke fundamentalisten gezien als "nucleair en op handen zijnde," in afwachting van de juiste aanpak door Amerikaanse politieke leiders. De zionisten betrekken Armageddon natuurlijk NIET in hun messiaanse aspiraties. Dit belangenconflict op een hoger niveau wordt blootgelegd in het boek van Gorenberg.
Gorenbergs boek werd vóór 9-11 geschreven en was in die zin extreem vooruitziend. De lezer die wil begrijpen wat er ten grondslag ligt aan het huidige conflict dat onze planeet dreigt te verzwelgen, zal Gorenbergs geschiedenis van die 35 betwiste hectaren van de Tempelberg als cruciaal beschouwen. Hij legt bloot wat er ten grondslag ligt aan de wispelturige relaties tussen Arabieren, Joden en christenen in Israël. Hij besteedt speciale aandacht aan het zorgvuldig documenteren en analyseren van de acties en overtuigingen van fundamentalistische groepen binnen alle drie de religies.
Zowel Joodse messianisten als christelijke millennialisten geloven dat de bouw van de Derde Tempel op de plek waar zowel de tempels van Salomo als die van Herodes zouden hebben gestaan, essentieel is voor het plaatsvinden van hun respectievelijke profetische scenario's (waarbij ze elkaar lijken te gebruiken terwijl ze allebei geloven dat de ander niet meer voorstelt dan een dom instrument), terwijl de islamitische gelovigen vrezen dat pogingen om de al-Aqsamoskee te vernietigen om plaats te maken voor de Derde Tempel de vervulling van de voorspelling over de verhuizing van het islamitische heiligdom van Mekka naar Jeruzalem aan het einde der tijden zal verhinderen.
Gorenberg noemt de Tempelberg "een heilige explosiekap."
Het probleem ligt natuurlijk in het feit dat, zoals ik in Who Wrote the Bible uitleg, er waarschijnlijk nooit een EERSTE "Tempel van Salomo" is geweest en dat het Oude Testament NIET de ware "geschiedenis van de Joden" beschrijft. Het probleem is dus: als de Islam gebaseerd wordt op twee "gefabriceerde" religies, wat zegt dat dan over het geloof van de islamitische fundamentalisten?
Het feit is: Er bestaat een bondgenootschap tussen Amerika en Israël in de oorlog tegen de islam. Beiden zijn vastbesloten om de Israëlische controle over Jeruzalem te vestigen en de Tempel te herbouwen waar nu de Rotskoepel staat en de Palestijnen vormen daarbij een belemmering. Dit vormt de kern van de huidige "Oorlog tegen de islam," die wordt voorgesteld als een "Oorlog tegen islamitische terroristen" en meer recentelijk als "Oorlog tegen diegenen die onze beschaving haten." En net zoals christenen en Joden best bereid zijn om hun eigen mensen op te offeren voor deze monsterlijke agenda, zo roepen moslims ongetwijfeld terroristen op om zoveel mogelijk schade toe te brengen aan de "ongelovigen" om hun heilige plaats te redden. Maar om echt grip te krijgen op de explosieve situatie moeten we het grootste deel van de schuld voor het islamitisch terrorisme in de huidige tijd leggen waar de macht al heel lang berust: in het westen, het christelijke westen:
Er bestaat een nieuwe religieuze cultus in Amerika. Die bestaat niet zozeer uit zogenaamde "gekken" als wel uit gewone Amerikanen uit de midden- en hogere middenklasse. Ze luisteren - en geven elke week miljoenen dollars - naar de tv-evangelisten die de grondbeginselen van de cultus uiteenzetten. Ze lezen Hal Lindsey en Tim LaHaye. Ze hebben maar één doel: God helpen om hen ongestoord naar de hemel te laten opstijgen, van waaruit ze Armageddon en de vernietiging van de planeet aarde zullen aanschouwen. Deze doctrine dringt door in de Assemblies of God, Pinkstergemeente en andere charismatische kerken, maar ook in Southern Baptist, onafhankelijke baptisten en talloze zogenaamde Bijbelkerken en megakerken. Minstens één op de tien Amerikanen is een volger van deze cultus. Het is de snelst groeiende religieuze beweging binnen het hedendaagse christendom. -- Dale Crowley Jr., religieuze presentator, Washington D.CDe "Vervoering van de Kerk" is een idee dat populair werd gemaakt door John Darby, een Britse predikant uit de negentiende eeuw. Het woord "Vervoering" beschrijft de vreugde van de gelovigen terwijl de rest van de mensheid zeven jaar lang apocalyptische terreur ondergaat voordat Gods koninkrijk op aarde wordt gevestigd.
Tim LaHaye heeft - samen met zijn ghostwriter Jerry B. Jenkins - een serie boeken geproduceerd die die terreur reëel probeert te maken, om de "Vervoering" uit te beelden in de wereld van jumbojets en IMacs.
LaHaye's boeken zijn REËEL voor mensen die in angstaanjagende tijden leven. Voor de ware gelovige bieden LaHaye's boeken niet alleen nauwkeurige beschrijvingen van hoe het allemaal daadwerkelijk gaat gebeuren, maar ook bevredigend aangename scenario's van hoe het is om GELIJK te hebben. De niet-gelovigen worden getrakteerd op uitgebreide en langdradige beschrijvingen van wat er na de Vervoering met hen op aarde gaat gebeuren.
Een van de belangrijkste elementen van de "Vervoeringstheorie" is de antichrist. Deze persoon ondertekent een zevenjarig vredesverdrag met Israël - waarin de wederopbouw van de Tempel is opgenomen. Er wordt verwacht dat Joden dit project unaniem zullen steunen, terwijl moslims ook zullen instemmen met de verplaatsing van de Rotskoepel naar "Nieuw Babylon."
De wederopbouw van de Tempel in Jeruzalem wordt in het scenario vereist omdat de antichrist deze halverwege de Verdrukking, die oorlog, aardbevingen en sprinkhanen zou moeten omvatten, moet ontheiligen. Men hoopt op dit alles als een noodzakelijke voorbereiding op het vestigen van Gods koninkrijk op aarde.
De theorie vereist nog iets anders: dat Joden zich en masse tot het christendom zullen bekeren zodat ze vervolgens "getuigen" of bekeerders van meer heidenen kunnen worden. Darby's theorie benadrukt dat Gods beloften aan het volk van Israël letterlijk genomen moeten worden als geldend voor concrete Joden. Daarom ZULLEN de Joden zich bekeren (omdat het in het eschatologische draaiboek staat).
Aan het "einde van de wereld" zullen de gelovigen van drie religies naar hetzelfde drama kijken, maar vanuit hun eigen programma's. In het ene geloof is Jezus de Zoon van God, in het andere geloof is hij een moslimprofeet. De Joodse messias wordt in het islamitische script de dajjal genoemd - een andere naam voor de antichrist, de bedrieger die door de christelijke traditie wordt voorspeld. De ongelovigen in het ene script zijn de ware gelovigen in het andere. Als een buurman verkondigt dat de eindtijd is aangebroken, mag je hem geloven, zelfs als hij de gebeurtenissen volkomen verkeerd begrijpt.We zien dus dat voor die christenen die in de Armageddon-theologie geloven, er maar één ding op zit: het welzijn van Israël bevorderen met geld, wapens en andere vormen van steun, zodat de Tempel herbouwd kan worden; daargelaten dat die ontheiligd zal worden en dat Israël in het scenario verondersteld wordt volledig vernietigd te worden tijdens het vestigen van Gods koninkrijk!
Daar zit wat in: De scriptschrijvers van het christendom hebben het jodendom bewerkt en de islam heeft beide herschreven. David Cook merkt op dat apocalyptische ideeën zich vanaf het begin heen en weer bewogen tussen de godsdiensten; het wereldse dorp is ouder dan we beseffen. Een aantal van de eerste woordvoerders van het islamitische apocalyptische denken waren bekeerde Joden en christenen; zij arriveerden met geschiedenissen van de toekomst in hun zadeltassen.
Bovendien komt er een einde aan een verhaal wanneer de waarheid aan het licht komt en de bedrogenen hun vergissing inzien. De diepgaande klacht aan het begin van zowel het christendom als de islam is dat de Joden het nieuwe geloof weigerden - dus moeten de Joden verschijnen in het drama van de eindtijd van beide religies, om gestraft te worden of om hun dwaling te erkennen.
En de opzet van de eindtijd is ook gemeenschappelijk. De cruciale gebeurtenissen vinden plaats in of nabij Jeruzalem. Per slot van rekening begon het script met de Hebreeuwse profeten, voor wie Jeruzalem niet alleen het centrum van hun wereld was maar ook van dat van God, terwijl alle anderen vanuit hun materiaal te werk gingen. Jesaja's aankondiging van de laatste dagen komt direct nadat hij betreurt dat de "trouwe stad een hoer is geworden." Dat schept het contrast: In het geperfectioneerde tijdperk zal "de berg van het huis van de Heer worden gevestigd als de top van de bergen" en "uit Sion zal de wet voortkomen." Het is de taak van de messias om een einde te maken aan de ballingschap van de Joden en Davids koninkrijk te herstellen - in zijn hoofdstad.
Deze visie werd door het christendom aangepast. Volgens het Nieuwe Testament werd Jezus niet alleen gekruisigd en herrezen in de stad, hij steeg ook op naar de hemel vanaf de Olijfberg - en beloofde daar terug te keren. Zonder de nationale band van de Joden met het echte Jeruzalem konden christenen op dergelijke verzen zinspelen. Het Jeruzalem van de eindtijd zou aan andere kusten gebouwd kunnen worden, terwijl talloze duizendjarige bewegingen elders ontstonden. Maar de letterlijke betekenis moet opnieuw worden opgeëist, vooral in een tijd van geletterdheid zoals de onze.
Het meest opvallende van alles is dat de islam dezelfde opzet overneemt. Voor apocalyptische moslims geldt Jeruzalem tijdens het messiaanse tijdperk als de hoofdstad. Aan het einde der tijden, volgens moslimtradities, zal de Ka'ba - het centrale heiligdom van de islam in Mekka - naar Jeruzalem gebracht worden. De implicatie is dat spreken over de apocalyps binnen de islam op zijn minst zinspeelt op Jeruzalem - en een strijd om Jeruzalem zinspeelt op de laatste strijd.
Vreemd genoeg zeggen academische experts vaak dat de islam weinig plaats toekent aan de apocalyps. Tijdens de beginperiode van de religie schreven gelovigen een grote hoeveelheid tegenstrijdige overleveringen toe aan de Profeet. Vroege islamitische geleerden verfijnden de overleveringen en stelden vast welke het meest betrouwbaar waren. Ondertussen werd de islam het geloof van een heel rijk en was het tijd om zachtjes te gaan praten over het omverwerpen van de heersende orde. Dus zeiden de schrijvers van de boeken met de "meest nauwkeurige" overleveringen, het hoogtepunt van de canon, weinig over de eindtijd. De "hoge" islam lijkt onapocalyptisch. [Gorenberg]
Wat een volksverlakkerij!
Ik heb naar moslimsjeiks geluisterd die uitlegden hoe verzen in de Koran de vernietiging van Israël voorspellen, en ook naar Amerikaanse evangelische predikanten die volharden in hun diepe liefde voor Israël maar desondanks reikhalzend uitkijken naar apocalyptische gevechten op Israëlische bodem die zo verschrikkelijk zijn dat de drooggevallen rivierbeddingen zich volgens hun voorspellingen zullen vullen met rivieren van bloed. Ik realiseerde me ook dat de Tempelberg in mijn verhaal centraal moest staan. Wat er gebeurt op die ene plek, meer dan waar dan ook, versnelt de verwachtingen van de eindtijd binnen drie religies. En op die plek is het gevaar van het uitlokken van een catastrofe het grootst. [...]Volgens Gorenberg is een vijfde tot een kwart van alle Amerikanen evangelisch. In Latijns-Amerika is het aantal protestanten dat dit geloof aanhangt, gestegen van 5 miljoen aan het eind van de jaren zestig tot 40 miljoen halverwege de jaren negentig. "Eén reden voor de stijging was de campagne van Johannes Paulus II tegen het linkse geloof van de bevrijdingstheologie. Latijns-Amerikaanse katholieken die de band tussen religie en hoop op een betere wereld ontkenden, stonden meer open voor de rampzalige hoop van het premillennialisme."
Melody, de koe die Gods koninkrijk op aarde had kunnen brengen, of het hele Midden-Oosten in vuur en vlam had kunnen zetten, of allebei, afhankelijk van wie je het vraagt, zit met haar kop tussen de grijze spijlen van de koeienstal en kauwt op hooi en maïskolven. [...]
Melody's geboorte in augustus 1996 leek de natuur te tarten: Haar moeder was een zwart-witte Holstein. Sterker nog, [Gilad Jubi, melkveehouder van de Kfar Hasidim-landbouwschool] zegt dat hij problemen had met het fokken van de melkkoe en uiteindelijk sperma importeerde, uit Zwitserland denkt hij, van een rood runderras. Maar "rode" koeien zijn normaal gesproken gevlekt. Een volledig rode koe is uitzonderlijk: De Misjneh Tora, de twaalfde-eeuwse code van de joodse wet van Mozes Maimonides, vermeldt dat slechts negen koeien ooit voldeden aan de vereisten van het boek Numeri om als "rode vaars" geofferd te worden. Toch was het zeldzame offer essentieel om de eredienst in de Tempel in Jeruzalem in stand te houden. Maimonides beweert dat de tiende koe zal komen ten tijde van de messias. Dat is wanneer de joodse traditie voorziet dat de Derde Tempel zal worden gebouwd op de Tempelberg. [...]
Het vinden van een rode vaars vormt één voorwaarde voor het bouwen van de Tempel. Een andere, zo wordt algemeen aangenomen, bestaat uit het verwijderen van de Rotskoepel van de Tempelberg. [...]
De volgende dag publiceerde een krant het verhaal. [Adir Zik, een omroeper op het piratenradiostation van de kolonisten die bekend staat om zijn felle retoriek] sprak in zijn radioprogramma over de rode vaars. De gekte over Melody was begonnen. [...] Persfotografen arriveerden. De rabbi, zonder kalf, verscheen op de nationale televisie. De meneer van de Boston Globe deed verslag en andere Amerikaanse correspondenten volgden. ... Een CNN-ploeg maakte een pelgrimstocht naar de rode vaars, evenals ploegen van ABC en CBS en uit Japan, Nederland en Frankrijk.
Een groot deel van de wereldmedia deed op een beduusde toon verslag van Melody, als een verhaal over de vreemde dingen die mensen geloven, maar niet iedereen zag de koe als een grap. Op de opiniepagina van het invloedrijke Israëlische dagblad Ha'aretz stelde columnist David Landau dat de veiligheidsdiensten de rode vaars moesten zien als een "vierpotige bom," die potentieel gevaarlijker was dan welke terrorist dan ook. Landau... begreep de verwachtingen over de bouw van de Tempel die de koe zou kunnen wekken bij Joodse religieuze nationalisten, en het potentieel voor het aanzetten tot oorlog met de moslimwereld. "Een kogel door het hoofd," schreef hij, "is in dergelijke gevallen, volgens de beste tradities, de oplossing van veiligheidsdiensten..."
Te snerpend? Zoals Landau al suggereerde, hadden de naamloze agenten van Israëls binnenlandse veiligheidsdienst Shin Bet, overrompeld door de moord op premier Yitzhak Rabin in november 1995, de kracht van het geloof in het verleden onderschat. In Kfar Hasidim werd Melody van de koeienstal overgebracht naar "eenzame opsluiting" in de kinderboerderij van de school, waar ze iets veiliger was voor de bezoekers die dagelijks arriveerden. Er werd een hond neergezet om haar te bewaken. Die kon niet beschermen tegen het verschijnen van witte haren. [Wat bij Melody wel gebeurde, waardoor ze gediskwalificeerd werd en niet in het vuur belandde.]
Ongetwijfeld lijken de reacties op Melody vreemd. Maar er zijn drie zeer solide redenen aan te voeren voor de angsten en hoop die zij teweegbracht: het verleden, het heden en vooral de toekomst.
Numeri 19 is een van de meest ondoorzichtige gedeelten in de Schrift. Een rode vaars, "zonder gebreken en zonder juk," moet worden geslacht en haar lichaam moet volledig tot as worden verbrand. Paradoxaal genoeg moet dit offer buiten de Tempel worden gebracht, maar de as van de vaars vormt de sleutel tot het heiligdom: Alleen deze as kan een man of vrouw reinigen die besmet is geraakt door contact met de menselijke dood.
Want, zegt de Bijbelse tekst, iedereen die een lijk, bot of graf aanraakt, iedereen die zelfs maar in dezelfde ruimte komt als een dood lichaam, wordt onrein en mag de Tempel niet binnengaan. Toch is de nabijheid van de dood een onvermijdelijk onderdeel van het leven en offeren was de manier waarop Israëlieten God dienden. Dus om iemand van zijn onreinheid te bevrijden, volgens Numeri, moet de as van de vaars met water worden gemengd en over hem worden gesprenkeld. Zoals de joodse traditie deze verzen interpreteert, moest de vaars echt zonder gebreken zijn. Twee witte haren zouden haar diskwalificeren. Het zeldzaamste beest was essentieel om een priester te zuiveren die de begrafenis van zijn eigen vader had bijgewoond, of om elke Israëliet die in de aanwezigheid van een lijk was geweest te laten delen in de offercultus. [...]
De laatste as van de laatste rode vaars raakte op ergens nadat de Romeinen de Tempel in Jeruzalem in het jaar 70 met de grond gelijk hadden gemaakt. Elke Jood werd onrein door het veronderstelde contact met de dood, wat praktisch gezien niet veel uitmaakte omdat er geen heiligdom meer was om binnen te gaan en offeren binnen het jodendom niet meer centraal stond. De tiende vaars hoorde logischerwijs bij de denkbeeldige tijd van de messias omdat een herbouwde tempel daar ook bijhoorde.
Behalve dan dat de afwezige as van de rode vaars vandaag de dag een nieuwe functie heeft. Ze vormt een essentiële factor in het politieke en strategische evenwicht in het Midden-Oosten.
Meer dan negentienhonderd jaar zijn verstreken sinds de verwoesting van de Tempel, maar de locatie - op een paar belangrijke meters na - vertegenwoordigt nog steeds een harde fysieke realiteit. [...] In principe blijft de Tempelberg de heiligste locatie binnen het jodendom. [...]
Maar de Tempelberg zelf ligt niet in puin. Als Al-Haram al-Sharif, het nobele heiligdom, geldt het als de op twee na heiligste plek in de islam. [...] Een blik op de berg getuigt van het feit dat elke poging om de Tempel op de plaats van weleer te bouwen - de enige plaats waar hij volgens de joodse traditie kan worden herbouwd - zou betekenen dat heiligdommen die heilig zijn voor honderden miljoenen moslims, van Marokko tot Indonesië, moeten worden verwijderd. Een poging om zelfs maar een stuk van de omheining te wijden aan joods gebed zou betekenen dat dat stuk uit het islamitische gebied wordt gesneden.
Op 7 juni 1967, de derde dag van de Zesdaagse Oorlog, namen Israëlische troepen Oost-Jeruzalem in, waardoor de Tempelberg voor het eerst in bijna 2.000 jaar onder joodse heerschappij kwam. De Israëlische leiders besloten om de berg, Al-Haram al-Sharif, in moslimhanden te laten. De beslissing zorgde ervoor dat een heilige oorlog op het nippertje kon worden voorkomen. [...]
Toch zou een scheiding door de burgerlijke overheid niet gelukt zijn zonder de hand van joodse religieuze autoriteiten. Vanaf de Zesdaagse Oorlog hebben Israëls toonaangevende rabbijnen overweldigend beslist dat Joden de poorten van de Berg niet zouden mogen betreden. Een van de meest genoemde redenen ... is dat volgens de religieuze wet elke Jood verondersteld wordt contact te hebben gehad met de doden. Wegens gebrek aan as van een rode vaars is daar gewoon niets aan te doen: Joden kunnen zich op geen enkele manier reinigen om het heilige gebied te betreden, het jodendom kan de berg niet heroveren en de Tempel kan niet herbouwd worden. Overheidsambtenaren en militaire leiders konden de eis van de ontbrekende vaars alleen maar beschouwen als een geluk bij een ongeluk om een conflict over de berg te voorkomen. [...]
In 1984 ontdekte de Shin Bet het complot van de Joodse ondergrondse kolonisten om de Rotskoepel op te blazen. Een van de leiders van de groep verklaarde dat één van de "spirituele moeilijkheden" die hen ervan weerhouden had om de aanslag uit te voeren, gelegen was in het feit dat de Tempelberg niet betreden mocht worden vanwege de onreinheid veroorzaakt door contact met de doden - dat wil zeggen dat ze geen as van een rode vaars hadden. In een vonnis in de zaak schreef een rechter dat als het plan was uitgevoerd, het "de staat Israël en het hele Joodse volk zou hebben blootgesteld aan een nieuwe Holocaust."
Het gevaar is niet geweken: de Tempelberg kan een katalysator vormen voor een grootschalige oorlog, en een paar mensen die de eindtijd proberen te overhaasten, kunnen de boel in gang zetten. [Gorenberg]
Het aantal apocalyptisch georiënteerde protestanten in Zuid-Korea steeg in de jaren zeventig en tachtig van 15 procent van de totale bevolking naar 40 procent.
Het oude stereotype beeld van apocalyptische gelovigen als zwervers op straathoeken met borden waarop staat "Het einde is nabij" klopt niet meer. De huidige aanhangers van de Vervoeringstheorie dragen pakken in directiekamers en bewegen zich door de wandelgangen van de macht.
Dominee Irvin Baxter, een Pinksterpredikant uit Richmond, Indiana, maakte Melody de coverstory van zijn tijdschrift "Endtime," dat "Wereldgebeurtenissen vanuit Bijbels perspectief" biedt, en publiceerde daarna een vervolgartikel toen hij zelf in staat was om een bezoek te brengen. Aan zijn 40.000 christelijke abonnees legde hij Maimonides' opvatting uit dat de tiende rode vaars ten tijde van de Messias zou worden geofferd - en merkte vervolgens op dat volgens het diplomatieke schema dat destijds van kracht was op grond van de Oslo-akkoorden, "de definitieve status van Jeruzalem en de Tempelberg in mei 1999 moet zijn geregeld. In 1999 zal Melody drie jaar oud zijn..."In 1994 bezocht rabbijn Richman Lott in Mississippi waar hij vier vaarzen te zien kreeg. Eén trok zijn aandacht en hij onderzocht die ongeveer een kwartier lang. Toen verklaarde hij: "Zie je die vaars. Die vaars gaat de wereld veranderen." Het was de eerste koe sinds 2.000 jaar die aan Numeri 19 voldeed. Lott had "bewezen dat hij zijn belofte kon waarmaken." Richman wilde echter een vaars die in Israël geboren was om er zeker van te zijn dat ze "wettelijk smetteloos" was.
Met andere woorden, het kalf, de middeleeuwse Joodse wijze en het vredesakkoord tussen Israël en de PLO bewezen alle dat de Tempel op zijn plaats zou staan, zodat de eindtijd aan het einde van het millennium een aanvang zou nemen.
TV-evangelist Jack Van Impe merkte eveneens op dat "de Schrift vereist dat de rode vaars op driejarige leeftijd wordt geofferd" en vroeg ademloos: "Zou Melody's as al in 2000 gebruikt kunnen worden voor ceremonies voor het zuiveren van de tempel?" [...]
[In] 1999 ging ik [Gorenberg] naar het kantoor van de Al-Aqsavereniging... om Ahmad Agbariay te spreken [die] de leiding heeft over de inspanningen van de vereniging om de moskeeën bij Al-Haram al-Sharif te ontwikkelen. [...] De Joden, vertelde hij me, "zijn van plan om de Derde Tempel te bouwen."
Ik vroeg of er een streefdatum was.
"Ik weet alleen dat ze drie jaar geleden zeiden dat er een rode vaars was geboren... en dat ze over drie jaar zouden beginnen met bouwen. In augustus 1999 zullen er drie jaren verstreken zijn." [...]
De lui met de koe spelen een hoofdrol op het toneel van de eindtijd. [...]
[Rabbijn Chaim Richman, een voorstander van religieus zionisme] ... beweert dat mensen handelen om de uiteindelijke verlossing van de wereld te brengen. Joden die terugkeren naar hun land en een staat opbouwen, maken daarvan deel uit. [...]
Dominee Clyde Lott heeft verstand van koeien... De kennis over wat rabbijnen van koeien verlangen is van recentere datum. [...] Aan het eind van de jaren 1980, herinnert Lott zich, "ging er een golf van profetieprediking door Mississippi, waarbij de vraag was wanneer Israël de Tempel gaat bouwen." Lott wist dat hiervoor een rode vaars nodig was. [...] Hij worstelde maandenlang met die vraag. Tot op een dag, toen hij buiten aan het werk was en een stuk gereedschap kapot ging en Lott in zijn auto stapte om naar de stad te rijden, de auto hem in plaats daarvan naar de hoofdstad van de staat, Jackson, bracht, waar hij ongevraagd het kantoor binnenstapte van Ray Manning, directeur internationale handel van de staat Mississippi. ... De bizarre ontmoeting leidde uiteindelijk tot een brief aan de landbouwattaché op de Amerikaanse ambassade in Athene, die het hele Midden-Oosten onder zijn verantwoordelijkheid had.
Manning legde uit dat hij was benaderd door een veehouder die hem het volgende voorstel had gedaan: "Red Angus-vee geschikt voor Bijbelse oudtestamentische offers, zal geen smet of afwijkende haarkleur hebben, genetisch rood... ook uitstekende rundvleeskwaliteit."
Wat Lott deed, kan enigszins als logisch worden beschouwd. Veehouderij is tegenwoordig biotech. Het was zijn levenswerk. Maar betekende het iets? Lott is niet de enige technisch onderlegde persoon die zich aangetrokken voelt tot het visioen van tempelbouw omdat het belooft dat een technische vaardigheid essentieel is voor de verlossing van de wereld. Ook is hij niet de enige in ons technologische tijdperk die de Bijbel leest als een technische handleiding, als instructies voor de vestiging van een laatste, fantastische upgrade van het universum. [...]
Lotts naam werd bekend, mensen die hem nooit ontmoet hadden, raakten geïnspireerd door zijn plan, in een belangrijk deel van de Amerikaanse samenleving was hij niet gestoord maar volkomen bij zinnen. [...]
Het "herstel van Israël" - de term die christenen die zich bezighouden met de eindtijd al generaties lang gebruiken om te verwijzen naar de voorspelde terugkeer van de Joden naar hun land - moet ook, besloot hij, het "herstel" van de Israëlische vee-industrie omvatten. [Gorenberg]
Lott verliet zijn familieboerderij. Op een ranch in Nebraska begon hij met het fokken van Red Angus-runderen die volgens de hoogste normen werden gefokt, wat volgens hem betekende: "marmering in het vlees, witte vlokken in het vlees... gemakkelijk kalven, gehardheid... lang leven." Om de inspanningen te bevorderen, richtte de vereniging van rundveefokkers in Israël een professioneel bestuur op waarin Lott, Richman en verschillende ambtenaren van het Israëlische ministerie van Landbouw zitting hadden. [...]In 1998 verbrak rabbijn Richman de banden met Canaan Land nadat hij had vernomen dat Lott in een kerk in Florida was gefilmd terwijl hij sprak over het bekeren van de Joden tot het christendom. Gorenberg merkt op dat dit symbolisch was voor de toestand van de veel bredere alliantie tussen christelijk rechts en Israël. Het is "een alliantie waarbij elke partij aanneemt dat de ander een rol speelt die ze zelf niet begrijpen en waarbij elk de ander vaak beschouwt als een onwetend instrument om een hoger doel te bereiken."
In het voorjaar van 1998 werd Canaan Land Restoration of Israel, Inc. opgericht, een non-profit organisatie die zich toelegde op het overbrengen van vee naar Israël, waarbij predikanten van Californië tot Pennsylvania fungeerden als bestuursleden en leden van de adviesraad. Lott toog naar kerken en verscheen op de christelijke televisie om geld in te zamelen. Donatiekaarten, versierd met sepiafoto's van grazende koeien, stelden donateurs in staat om de aankoop te sponsoren van "1 rode vaars - 1.000 dollar" een halve vaars of een kwart vaars, of "1 vliegticket (1 koe) voor 341 dollar." Een brief om geld in te zamelen vermaande: "Denk aan Gen. 12:2-3: "Ik zal zegenen wie u zegent, en wie u vervloekt, zal ik vervloeken," een vers dat vaak wordt aangehaald door evangelisten als reden om Israël te steunen. [...]
Guy Garner ... voorganger van de Apostolische Pinkstergemeente van Porterdale, Georgia [gaf zijn handel in banden op] om naar Israël te gaan om de zaken van Canaan Land te regelen. [...] Guy benadrukt dat de koeien "een weggevertje voor het Joodse volk" zijn. De veehouders krijgen de koeien en de kalveren die ze produceren gratis, met slechts twee verplichtingen: Na een aantal jaren moeten ze Canaan Land hetzelfde aantal jonge koeien geven als ze oorspronkelijk hadden ontvangen. En ondertussen heeft Canaan Land het recht om elk pasgeboren kalf te onderzoeken en elk kalf te selecteren dat het als "speciaal" beschouwt - een kalf dat in aanmerking komt om een rode vaars te worden en de oprichting van de Tempel te bespoedigen. [...]
Maar wie wordt verondersteld de werkelijke vruchten te plukken van het overbrengen van rode vaarzen naar Israël? Garner is er oprecht van overtuigd dat hij Israël helpt. Maar hij heeft zichzelf een bescheiden rol toebedeeld in een eindtijddrama, waarvan het script wat strenger is voor Joden dan voor wedergeboren christenen. In feite zullen de christenen veilig achter de coulissen verdwijnen, terwijl op het toneel de Joden zich in het middelpunt van de apocalyps zullen bevinden.... "Het is geen prettig iets om over na te denken," zegt Garner somber, "maar God zal doen wat Hij zal doen." [...]
[Lott zegt] "God wacht al zesduizend jaar om met de mensheid te delen en de wereld te bewijzen wie Hij is. En Hij heeft mensen zoals wij uitgekozen om deel uit te maken van het grootste eindtijdplan dat de mensheid ooit heeft kunnen ervaren." [Gorenberg]
Richman spreekt scherp over de "deurmattheologie" van christenen, die Israël als een opstapje naar een apocalyps beschouwen en waarvan alleen christenen gered zullen worden. ... Aan de christelijke kant staan diegenen die Israël willen "zegenen" en het willen voorzien van wat zij geloven dat de lont voor Armageddon is. En misschien ook om de Israëliërs te bekeren, nog een "zegen," aangezien alleen de bekeerden de laatste dagen zullen overleven. [...]De vraag die we moeten stellen is: Waarom zoekt het geloof naar een eindpunt? Welke macht heeft deze gedachte over de mensheid? Waarom kunnen moderne mensen de religies van het jodendom, het christendom en de islam niet in het museum van religieuze concepten naast Zeus en Ishtar plaatsen?
In brieven na hun uiteenvallen [van Richman en Lott] schreef Richman dat "het Tempelinstituut zijn eigen plannen heeft met betrekking tot rode vaarzen." [...]
Profetie, legt Guy Garner uit, is "geschiedenis die van tevoren wordt geschreven." Hij is niet de enige die er zo over denkt. [Gorenberg]
Gorenberg stelt een gedeeltelijk antwoord voor: Een ware gelovige in God (of hij nu Joods, christen of moslim is) heeft veel vertrouwen in zowel de macht als de GOEDheid van zijn god. God MOET goed zijn. En voor iemand die volgens een bepaald geloof werd opgevoed, en geen keuze had wat betreft zijn sociale, culturele en religieuze conditionering, heeft deze noodzaak dat God goed moet zijn zeer diepe wortels in zijn of haar psyche. Ervan overtuigd zijn dat het "geloof van onze vaderen" GOED is, is natuurlijk en krachtig.
MAAR, hier wringt de schoen: er gebeuren slechte dingen in deze wereld die NIET passen bij het concept van een GOEDE en almachtige god. En dus betekent gelovig zijn, bestaan in een toestand van tegenstrijdigheid die moet worden opgelost.
Mensen worstelen dagelijks met dit probleem; ze proberen antwoorden te vinden die de problemen van dood, ziekte en vernietiging zullen oplossen; ze proberen hun ervaringen in overeenstemming te brengen met hun geloof in een Goede God. Gorenberg geeft een voorbeeld van een geestelijke die eindeloze preken hield over mannen wier leven gered was omdat ze aan goede doelen gaven, terwijl op de achtergrond het feit speelde dat zijn eigen dochter op twintigjarige leeftijd aan kanker was overleden.
En dus bestaat de meest gewaagde idee uit de bewering dat de wereld kapot is en gerepareerd moet worden. Natuurlijk MOET God - almachtig en alomtegenwoordig - weten dat de wereld kapot is en omdat Hij Goed is, is Hij van plan om haar ooit te herstellen. En dus is het antwoord van de millennialist "wanhopig eerlijk": er IS iets mis met de schepping van de Goede en Almachtige God, en op hetzelfde moment wordt de wanhoop over de situatie, de cognitieve dissonantie van de Goede God die slechte dingen laat gebeuren - verworpen omdat God alles weer in orde gaat maken.
Natuurlijk hangt iemands visie op de reparatie af van wat hij denkt dat kapot is. [...]Mensen wordt tijdens hun jeugd verteld dat als goede dingen gebeuren, gebeuren die omdat God dan handelt, terwijl als er slechte dingen gebeuren, het Satan is die ertussen kwam omdat iemands geloof niet voldoende sterk was. Met zo'n conditionering is het geen wonder dat mensen er veel belang aan hechten om de "goedheid" van hun god in stand te houden. Volhouden dat een messias of verlosser "nog moet komen," betekent in wezen een afwijzing van het NU, van de mogelijkheid om te reageren. Millennialisten houden krampachtig voet bij stuk omdat het alternatief bestaat uit het ofwel accepteren van de wereld zoals die is, waarbij de "goede god-hypothese" verworpen moet worden, of de wereld volledig te verlaten, wat in beide gevallen het einde van hun geloof inhoudt.
Het beeld van Gods koninkrijk is daarmee in overeenstemming, maar het gaat er ook om hoe erg de dingen kapot zijn, of God door middel van mannen en vrouwen de wereld al aan het repareren is, of dat er geen andere keus rest dan te wachten tot de Hersteller komt om de wereld kapot te slaan en af te breken en weer op te bouwen zoals Hij het altijd al voor ogen had. [Gorenberg]
De kracht van het millennialisme is enorm! Het probleem waar de religies echter mee te maken hebben, is hoe ze die hoop levend kunnen houden, hoe ze die worst kunnen blijven voorhouden zonder averechtse uitwerking.
Want, als mensen signalen geven dat ze weten wanneer de eindtijd is aangebroken, en anderen ontdekken dat die signalen vervuld zijn en dat de dag nabij is, en weer anderen zeggen dat de dag IS aangebroken, dan spat de onweerstaanbare kracht van het enthousiasme onvermijdelijk uiteen in een onwrikbare realiteit: De wereld vergaat niet.
En overal alleen maar rivieren van bloed. Telkens weer.
"God beschouwt niet al Zijn kinderen op dezelfde manier," zegt Dr. John Walvoord, president van Dallas Theological Seminary en mentor van Hal Lindsey.Wat niet breed wordt uitgemeten, maar wel bekend is binnen deze fundamentalistische kringen, is dat zodra Israël heeft gedaan wat de christenen willen dat het doet, zichzelf herscheppen en de Tempel herbouwen, dan is het afgelopen met hen. Degenen die zich niet bekeren, zullen worden vernietigd. Zo simpel is het. Christenen kunnen NU Joden liefhebben en steunen, hen aanmoedigen en prijzen en hen geld sturen en alles wat ze nodig hebben om "de klus te klaren." Maar, als dat eenmaal is bereikt, denk dan geen moment dat deze liefde en steun zal voortduren zolang de Joden Joden blijven.
God, zegt hij, had plannen voor Joden en christenen, maar niet voor de anderen - tenzij ze christenen werden. God, zei hij, had een hemels plan voor christenen en een aards plan voor Joden.
En, vroeg ik, wat was het aardse plan voor Joden?
"Het herscheppen van Israël." [Halsell]
Begin 1999 werden leden van een dispensationalistische groep uit Denver, Colorado, de Concerned Christians, door de Israëlische politie gearresteerd, geboeid, opgesloten als gewone criminelen en teruggestuurd naar de Verenigde Staten. De Israëlische politie beschuldigde hen van het plannen van een "bloedige apocalyps" om de wederkomst van Christus te bespoedigen. Gesuggereerd werd dat ze de vernietiging van het heiligste islamitische heiligdom van Jeruzalem beraamden.De Tora wijdt inderdaad veel tekst aan dierenoffers, en toch heeft het jodendom bijna tweeduizend jaar zonder een dergelijke barbaarsheid overleefd.
Met hun vurige wens om de moskee te vervangen door een joodse tempel verschillen de sekteleden uit Denver niet van andere dispensationalisten die geloven dat dit de wens van God is. Tijdens een door Falwell gesponsorde rondleiding vernam ik van christenen dat ze dit idee heel heilig vinden. Meneer Owen, een gepensioneerde legermajoor uit het noorden van Nebraska, lijkt een typisch geval.
Ik bracht nogal wat tijd door met Owen, een tengere weduwnaar van zo'n 1.80 meter lang. Hij staat mooi rechtop en heeft een prettige glimlach. Goed gekleed en met een volle bos blond haar ziet hij er jonger uit dan zijn leeftijd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog diende hij in Europa en later een aantal jaren in Japan. Op een dag, als ik naast Owen loop, gaat onze groep richting de oude ommuurde stad. Als we door de Damascuspoort en over geplaveide gangen lopen, kan ik me goed voorstellen dat Jezus een soortgelijke route heeft gelopen. Te midden van een snel veranderende omgeving vormt de oude ommuurde stad, getuige van de opeenstapeling van lagen geschiedenis en conflicten, de belangrijkste trekpleister voor toeristen en een thuis voor 25.000 mensen. Zoals de Palestijnse moslim Mahmud me al eerder verteld had, was Jeruzalem in zijn lange geschiedenis overwegend en voor het overgrote deel Arabisch.
We naderen Haram al-Sharif, of het nobele heiligdom, dat de Rotskoepel en de al-Aqsamoskee omsluit - plaatsen die ik eerder met Mahmud had bezocht. Deze beide bouwwerken, op een verhoogd platform, worden over het algemeen gewoon "de moskee" genoemd en vertegenwoordigen het heiligste islamitische heiligdom van Jeruzalem.
We staan op lager gelegen grond onder de moskee en kijken uit op de Westmuur, een blok van enorme witte stenen van ruim 60 meter hoog en bijna 490 meter lang, waarvan wordt aangenomen dat dit het enige overblijfsel is van de tweede joodse tempel.
"Daar--" zei onze gids terwijl hij omhoog wees naar de Rotskoepel en de al-Aqsamoskee -- "zullen we onze Derde Tempel bouwen. We hebben alle bouwtekeningen voor de tempel gereed. Zelfs de bouwmaterialen liggen klaar. Ze liggen verborgen op een geheime plaats. Er zijn verschillende winkels waar Israëliërs aan de slag zijn om voorwerpen te maken die we in de nieuwe tempel zullen gebruiken. Eén Israëliër weeft het zuivere linnen dat gebruikt zal worden voor de kleding van de priesters van de tempel." Hij pauzeert even en vervolgt dan:
"In een religieuze school die Yeshiva Ateret Cohanim (de Kroon van de Priesters) heet en zich vlakbij ons bevindt, leren rabbijnen jonge mannen hoe ze dierenoffers moeten brengen."
Een mevrouw in onze groep, Mary Lou, een computerspecialist, lijkt geschrokken als ze hoort dat de Israëliërs de riten van het oude Salomonische offeraltaar van de tempel weer willen invoeren.
"Gaan jullie weer dierenoffers brengen?" vraagt ze. "Waarom?"
"Dat gebeurde in de Eerste en Tweede Tempel," zegt onze Israëlische gids. "En we willen de gebruiken niet veranderen. Onze wijzen leren dat het een zonde is om de details van de tempeldienst niet te bestuderen."
Bij het verlaten van de locatie vertel ik Owen dat onze Israëlische gids heeft gezegd dat er een tempel moet worden herbouwd op de locatie van de Rotskoepel. Maar hij zei niets over de islamitische heiligdommen.
"Die zullen worden vernietigd," zegt Owen. "Je weet dat volgens de Bijbel de tempel herbouwd moet worden. En er is geen andere plek voor, behalve dat ene gebied. Dat vind je in de wet van Mozes."
Zou het mogelijk zijn, vraag ik Owen, dat het Schriftgedeelte over het bouwen van een tempel betrekking zou hebben op de tijd waarin het werd geschreven -- in plaats van op gebeurtenissen in het huidige tijdperk?
"Nee, het heeft betrekking op onze tijd," zegt Owen. "De Bijbel vertelt ons dat in de eindtijd de Joden hun dierenoffers weer zullen uitvoeren."
Met andere woorden, herhaal ik, er moet een tempel gebouwd worden zodat de Joden hun dierenoffers weer kunnen uitvoeren?
"Ja," zegt Owen, en hij haalt Ezechiël 44:29 aan om zijn standpunt te bewijzen.
Is Owen ervan overtuigd dat Joden, geholpen door christenen, de moskee moeten vernietigen, een tempel moeten bouwen en het doden van dieren in de tempel moeten hervatten -- dit alles om God te behagen?
"Ja," antwoordt hij. "Zo moet het zijn. Het staat in de Bijbel."
En past het bouwen van de tempel, vraag ik, in een bepaalde tijdsvolgorde?
"Ja. We denken dat dit de volgende stap zal zijn in de gebeurtenissen die leiden tot de terugkeer van onze Heer. Of het een grote tempel moet zijn, dat vertelt de Bijbel ons niet. Het enige wat er staat, is dat er een hervatting van de offers zal zijn. En dat kunnen Joden in een relatief klein gebouw doen."
Is dat niet een terugval, vraag ik, om weer dierenoffers te gaan brengen? En hoe zit het met een groot aantal mensen dat zich heden ten dage druk maakt over dierenrechten?
"Maar het interesseert ons niet wat ze zeggen. Het belangrijkste is wat de Bijbel zegt," benadrukt Owen. "De Bijbel voorspelt het herbouwen van een tempel. Nu zijn de mensen die dat gaan doen geen christenen maar orthodoxe Joden. Natuurlijk heeft het Oude Testament een zeer specifieke formule opgesteld die de Joden moeten volgen met betrekking tot het offeren van dieren. Ze kunnen het niet uitvoeren zonder tempel. Ze voerden dierenoffers uit tot 70 n.Chr. En wanneer ze een tempel hebben, zullen er orthodoxe Joden zijn die de schapen of ossen in de tempel zullen doden, als een offer aan God."
Terwijl Owen praat over het herinvoeren van dierenoffers -- een stap die hij noodzakelijk acht voor zijn eigen spirituele volwassenheid -- lijkt hij het feit dat er moslimheiligdommen staan op de plek waar God volgens hem eist dat er een tempel wordt gebouwd, te verdringen.
Die avond, na het eten, maken Owen en ik een lange wandeling. Opnieuw spreek ik mijn bezorgdheid uit over de gevaren van een complot om de heilige islamitische heiligdommen te vernietigen.
"Christenen hoeven dat niet te doen," zegt Owen, terwijl hij herhaalt wat hij me eerder heeft verteld. "Maar ik weet zeker dat de heiligdommen vernietigd zullen worden."
Maar, zeg ik met nadruk, dit kan wel eens de aanleiding vormen voor de Derde Wereldoorlog.
"Ja, dat klopt. We naderen de eindtijd, zoals ik al zei. Orthodoxe Joden zullen de moskee opblazen en dit zal de moslimwereld provoceren. Het zal een cataclysmische heilige oorlog met Israël worden. Dit zal de Messias dwingen om in te grijpen." Owen spreekt zo kalm, alsof hij me vertelt dat het morgen zal gaan regenen.
"Ja," voegt hij eraan toe, als we terugkeren naar ons hotel. "Die derde tempel moet er zeker komen."
Weer thuis in Washington, D.C.... Ik sprak met Terry Reisenhoover, een inwoner van Oklahoma, die me vertelde dat hij geld inzamelde om Joodse terroristen te helpen de islamitische heiligdommen te vernietigen.
Reisenhoover -- klein, dik, kalend en een wedergeboren christen gezegend met een mooie tenorstem -- vertelde me dat hij tijdens de Reagan-regering vaak werd uitgenodigd voor bijeenkomsten van dispensationalisten in het Witte Huis, waar hij als solist optrad.
Reisenhoover sprak vrijuit tegen me over zijn plannen om belastingvrije dollars van Amerikaanse donoren naar Israël te sluizen. In 1985 was hij voorzitter van het American Forum for Jewish-Christian Cooperation, bijgestaan door Douglas Krieger als uitvoerend directeur en een Amerikaanse rabbijn, David Ben-Ami, die nauwe banden met Ariel Sharon onderhield.
Daarnaast was Reisenhoover voorzitter van het bestuur van de Jerusalem Temple Foundation, die als enige doel heeft de tempel te herbouwen op de plek van het huidige islamitische heiligdom. Reisenhoover koos als internationaal secretaris van de stichting Stanley Goldfoot. Goldfoot emigreerde in de jaren 1930 van Zuid-Afrika naar Palestina en werd lid van de beruchte Stern- bende, die de wereld schokte met zijn slachtpartijen onder Arabische mannen, vrouwen en kinderen. Figuren als David Ben-Gurion hekelden de bende als nazi's en stelden een verbod op de organisatie in.
Volgens de Israëlische krant Davar plaatste Goldfoot op 22 juli 1946 een bom in het King David Hotel in Jeruzalem, waardoor een vleugel van het hotel met het secretariaat van het Britse Mandaat en een deel van het militaire hoofdkwartier werd verwoest. Bij de operatie kwamen zo'n 100 Britse en andere functionarissen om het leven en, precies volgens de bedoeling van de Joodse militanten, bespoedigde dit het vertrek van de Britten uit Palestina.
"Hij is een zeer gedegen, legitieme terrorist," sprak Reisenhoover bewonderend over Goldfoot. "Hij beschikt over de kwalificaties om een plek voor de tempel vrij te maken."
Reisenhoover zei ook dat, terwijl christelijke militanten handelen uit religieuze overtuiging, hun maatje Goldfoot niet in God of heilige aspecten van het Oude Testament gelooft. Voor Goldfoot gaat het om Israëlische controle over heel Palestina.
"Het is allemaal een kwestie van soevereiniteit," legde Goldfoot uit aan afgevaardigde Yisrael Meida, lid van de ultrarechtse Tehiya-partij. "Wie de Tempelberg controleert, controleert Jeruzalem. En wie Jeruzalem controleert, controleert het land van Israël."
Reisenhoover vertelde me dat hij verschillende reizen van Goldfoot naar de Verenigde Staten had gesponsord. Goldfoot sprak daar voor religieuze radio- en tv-stations en voor kerkgemeenten. Reisenhoover hielp me aan een cassettebandje van een toespraak die Goldfoot in Chuck Smith's Calvary Chapel in Costa Mesa, Californië had gehouden. Bij het vragen om donaties voor een tempel vertelde Goldfoot de christenen niet over de plannen om de moskee te vernietigen.
Reisenhoover had me verschillende namen gegeven van personen die Stanley Goldfoot kenden, waaronder George Giacumakis, die jarenlang aan het hoofd stond van het Institute for Holy Land Studies, een oude Amerikaanse evangelische school voor archeologische en theologische studies. Tijdens een van mijn bezoeken aan Jeruzalem maakte ik een afspraak met Giacumakis, een beschaafde Griekse Amerikaan met donkere ogen.
Zou hij, vroeg ik nadat we elkaar terloops voor een kopje koffie hadden ontmoet, me kunnen helpen met het regelen van een interview met Goldfoot?
"Oh, nee," antwoordde Giacumakis, terwijl hij zijn hoofd in beide handen liet vallen zoals je doet als je over een ramp hoort. "Je wilt hem niet ontmoeten. Hij maakte nog deel uit van de Irgun-terreurgroep!" Hij hief zijn hoofd op en zwaaide met een arm in de richting van het King David Hotel en zei: "Stanley Goldfoot had de leiding over die operatie. Hij laat zich door niets tegenhouden. Zijn idee is om de tempel te herbouwen, en als dat met geweld moet, dan zal hij niet aarzelen om geweld te gebruiken."
Giacumakis liet een moment stilte vallen en verzekerde me toen dat hij zelf niet in geweld geloofde: "Als ze de moskee toch vernietigen en de tempel wordt daar neergezet, betekent dat niet dat ik daar niet achter sta."
Terry Reisenhoover bracht mij ook in contact met dominee James E. DeLoach, een leidende figuur in de enorme Second Baptist Church of Houston. Nadat we een paar keer over de telefoon hadden gesproken, bood DeLoach aan dat hij naar Washington D.C. zou komen. Op mijn uitnodiging kwam hij naar mijn appartement en ik zette mijn bandrecorder aan -- met zijn toestemming.
"Ik ken Stanley heel goed. We zijn goed bevriend," zei hij. "Hij is een zeer sterk persoon."
Over Reisenhoover zei DeLoach: "Hij is erg getalenteerd -- in geld inzamelen. Hij haalt 100 miljoen dollar op. Een groot deel hiervan ging op aan het betalen van advocaten die 29 Israëliërs vrij kregen die probeerden de moskee te vernietigen. Het heeft ons veel geld gekost om hen vrij te krijgen."
En hoe, vraag ik, sluisden hij en de anderen het geld van Amerikaanse donoren door naar hulp aan de Joodse terroristen?
" Wij ondersteunden de Ateret Cohanim Yeshiva."
De joodse school, vroeg ik, die studenten voorbereidt op het brengen van dierenoffers?
"Ja," beaamde hij.
En christelijke donoren betalen daarvoor?
"Er is veel training voor nodig," zei hij. En toen, met trots: "Ik heb net bij mij thuis in Houston twee prima jonge Israëliërs ontvangen die bestuderen hoe ze het dierenoffer in de te bouwen tempel moeten brengen." [Grace Halsell]
Ergens tijdens het Romeinse beleg van Jeruzalem ontsnapte Yohanan ben Zakkai uit de stad en vestigde een nieuw centrum voor joodse kennis in de stad Yavneh. Ben Zakkai was een revolutionair die zich voordeed als beschermer van de traditie. Vroeger werd op Rosj Hasjana alleen in de Tempel op de ramshoorn geblazen; hij bepaalde dat dat ook elders mocht. Hij zei niet hetzelfde over offers. Zijn opvolgers stelden gebeden in die de plaats innamen van brandoffers, deels door te bidden voor de restauratie van de Tempel. [...]Een toeristische brochure informeert als volgt:
Met nostalgie idealiseerden Joden de Tempel; het stond voor een verloren utopie waar God en mensen genoten van een volmaakte relatie, een verloren kindertijd. De vernietiging ervan symboliseerde het verlies van onschuld. Het jodendom werd een religie van het intellect, met studie als de centrale religieuze activiteit. Het verdrong offers door deze te gedenken. De moderne denominaties van het reformatorische en conservatieve jodendom veranderden hun liturgie om die herinnering te reduceren. Behalve dat soms het oude geheugen van een cultuur plotseling weer tot leven kan komen, als een recessief gen dat generaties lang heeft moeten wachten.
Het christendom beschouwde daarentegen de verwoesting van de Tempel als bewijs dat God zijn verbond van het oude Israël, waarin Jezus werd afgewezen, had verplaatst naar het nieuwe Israël van de Kerk. De christelijke filosoof Justin Martyr uit de tweede eeuw gooide de offers op één hoop met de sabbat, de besnijdenis en alle andere geboden die volgens hem na Jezus irrelevant waren geworden. Bovendien, zo stelden christenen, vertegenwoordigde de kruisiging van Jezus de laatste verzoening door bloed - een stelling die zowel de idee van offers (zelfs mensenoffers) accepteerde als verwierp. [Gorenberg]
De schoonheid en rust van de al-Aqsamoskee in Jeruzalem trekt jaarlijks duizenden bezoekers. Sommigen geloven dat het de locatie was van de Tempel van Salomo, vrede zij met hem ... of de locatie van de Tweede Tempel ... hoewel er geen gedocumenteerd historisch of archeologisch bewijs bestaat om dit te ondersteunen.Hier valt iets voor te zeggen, zoals de lezer zal weten na het lezen van Who Wrote the Bible. Archeologen graven al sinds de negentiende eeuw in het "Heilige Land" en tot nu toe ontbreekt elk spoor van bewijs ter ondersteuning van het "Tempel van Salomo"-verhaal, net zomin als van iets anders dat in de Bijbel "als geschiedenis" vermeld staat.
Desalniettemin STAAT die Tempelberg er, die bijna een zesde van de ommuurde Oude Stad van Jeruzalem in beslag neemt. Het is beslist waar dat Herodes in de buurt een tempel bouwde die de eerdere tempel verving, gebouwd door Joden die in de vijfde eeuw v.Chr. terugkeerden uit ballingschap. Die beweerden op hun beurt dat ze de Tempel bouwden op de plek waar de vroegere "Tempel van Salomo" had gestaan. Zoals we ontdekken in Who Wrote the Bible, was de zogenaamde "Tempel van Salomo" hoogstwaarschijnlijk een heidense tempel die al enige tijd in Jeruzalem stond, in verval was geraakt en door koning Hizkia werd gerestaureerd als onderdeel van zijn religieuze hervormingsproject.
Maar zelfs de Tempelberg is een kwestie van verhalen in plaats van feiten. De middeleeuwse filosoof Moses Maimonides zegt dat niet alleen Adam werd geboren waar het altaar stond, maar dat Kaïn en Abel daar hun offers brachten en dat Noach hetzelfde deed na de zondvloed (terwijl hij verondersteld werd op de berg Ararat in Turkije aan land te zijn gekomen). Abraham werd verteld naar "de berg Moria" te gaan om zijn zoon Isaak te offeren en deze berg Moria is de plaats waar Salomo volgens 2 Kronieken de Tempel bouwde. Zoals opgemerkt in Who Wrote the Bible, is 2 Kronieken een late herschrijving van de joodse koninklijke geschiedenis en het is zeer waarschijnlijk dat de redacteur de naam "Moria" aan de plaats van de opgeknapte Tempel toekende om de heiligheid ervan te bevestigen.
Een ander merkwaardig argument van Gorenberg is het feit dat het woord "Jeruzalem" honderden keren voorkomt in de Bijbel, maar NIET in de Torah. Het dichtst in de buurt komt "Salem," dat mogelijk een vroege, heidense naam voor de stad is. Archeologen vertellen ons dat Jeruzalem al lang voor de vermeende tijd van David en Salomo een heilig centrum was. De Tempel zou gebouwd zijn op een "dorsvloer," wat erop kan wijzen dat de religie die in de regio werd gepraktiseerd, en de tempel die daar feitelijk al stond, gewijd was aan vruchtbaarheidsgoden en -godinnen.
In onze eigen meer recente geschiedenis werd de Grote Moskee van Cordoba door christelijke Spanjaarden, die de stad veroverden, omgebouwd tot kathedraal, terwijl de Ottomaanse sultan, die Constantinopel in 1453 veroverde, de kerk Hagia Sophia ombouwde tot moskee. De oudste staande moskee van Centraal-Azië in Bukhara, ten noorden van Afghanistan, staat op lagen waarvan archeologen hebben aangetoond dat daar eerder een Zoroastrische tempel en een Boeddhistische tempel hebben gestaan.
De tempel in Jeruzalem - die NIET de tempel van Salomo was - werd in 586 v.Chr. verwoest door de Babyloniërs. Zeventig jaar later kregen de terugkerende ballingen de opdracht om een nieuwe tempel te bouwen "op de plek" van de oude. De grote vraag is: hebben ze na zoveel jaar echt op de juiste plek gebouwd? Wisten ze wel waar de oude tempel in Jeruzalem precies stond? Trouwens, is wat nu bekend staat als Jeruzalem werkelijk de plaats die voor de ballingschap bekend stond als Jeruzalem? Gorenberg wijst erop dat het moeilijk te begrijpen is waarom daar überhaupt een stad stond. "Het ligt aan de rand van een woestijn; de grond is rotsachtig; de enige waterbron is van C-kwaliteit; de handelsroutes lopen door naar het noorden."
Het lijkt erop dat de tempel die door de terugkerende ballingen uit Babylon werd gebouwd niet veel meer voorstelde dan een bovenop de berg door mensenhanden gebouwd platform, dat werd bewerkstelligd door veel aarde te verplaatsen om plaats te bieden aan de menigten die kwamen om getuige te zijn van de offers. Op dit aarden platform bouwde Herodes de tempel die in de herinnering van de Joden voortleeft.
Josephus beschreef Herodes als "wreed en mensonwaardig." Hij trouwde met de laatste prinses van de Hasmonese dynastie en vermoordde haar en haar zonen en nog een van zijn zonen die hij met een andere vrouw had. Maar hij bouwde wel de prachtigste tempel die ooit in Jeruzalem was neergezet. Volgens verschillende bronnen was het doel van de tempel om geld te verdienen. Het bouwproject trok duizenden pelgrims - "klanten voor het geloof, het enige product dat er in Jeruzalem ooit te koop was."
De tempel van Herodes was geen lang leven beschoren. Hij werd in de zomer van 70 n.Chr. door Titus met de grond gelijk gemaakt. Zestig jaar later herbouwde keizer Hadrianus de stad als "Aelia Capitolina," gewijd aan Jupiter, Juno en Minerva. Het is zeer waarschijnlijk dat de "Klaagmuur," die door Joden zo wordt vereerd als het laatste overblijfsel van de Tempel van Herodes, eigenlijk deel uitmaakt van de Tempel van Jupiter die door Hadrianus werd gebouwd. [zie Tuvia Sagiv]
Niettemin veroverden de troepen van kalief Umar, de tweede bevelhebber van de gelovigen na Mohammed, Aelia Capitolina in het jaar 638. Op dat moment werd de christelijke patriarch van de stad, Sophronius, gevraagd om hem te laten zien waar de Tempel voorheen had gestaan. Een Byzantijns verslag vertelt ons dat, toen de patriarch Umar daar zag, hij wist dat de wereld zou vergaan (maar vergeet niet dat in die tijd de idee van het herbouwen van de tempel geen deel uitmaakte van de christelijke theologie), en dus wees hij de berg aan die een hoop met afval was geworden.
Umar ruimde de rotzooi op en bouwde een moskee die de voorloper zou worden van de Rotskoepel die in 691 werd gebouwd door kalief Abd al-Malik ibn Marwan en die hier vlakbij staat. Het probleem is dat historici niet echt kunnen verklaren waarom de kalief daar een "heilige plaats" wilde bouwen, aangezien Mekka al "de heilige plaats" van de islam was. Gorenberg suggereert dat het Byzantijnse gebouw een sterke christelijke invloed in het ontwerp heeft. Het lijkt inderdaad enigszins op de latere kerkstijl van de Tempeliers en men zou terecht kunnen denken dat er een sterke islamitische invloed bestond op de Tempeliers, zowel wat betreft architectuur als esoterie. Een aanwijzing voor deze esoterische stroming wordt binnenin onthuld, waar een mozaïekinscriptie uit de Koran zich richt tot "De Mensen van het Boek," een islamitische benaming voor christenen, met de volgende tekst:
Zeg geen andere dingen over God dan de waarheid! De messias Jezus, zoon van Maria, is inderdaad een boodschapper van God ... Gelooft dus in God en alle boodschappers en houdt op met praten over een drie-eenheid ... Voorwaar, God is de God van eenheid. Almachtige Heer! Dat God een kind zou verwekken? In de hemelen of op de aarde?"En voor de Joden bevatte het bouwwerk zelf ook een boodschap: De Koepel staat op de plek waarvan iedereen wist dat de Tempel daar gestaan had, en daarom kan worden gezien dat de islam het hoogtepunt van het jodendom en het christendom vormt.
Veel van de populaire ideeën over de locatie van de Tempel in Jeruzalem zijn te danken aan het werk van Sir Charles Warren.
Luitenant-Generaal Sir Charles Warren werd op 7 februari 1840 in Bangor, Noord-Wales, geboren. Zijn vroege opleiding vond plaats op de lagere scholen van Bridgnorth en Wem en aan het Cheltenham College. Daarna ging hij naar het Royal Military College in Sandhurst, doorliep de Royal Military Academy in Woolwich, waarna hij op 23 december 1857 werd benoemd tot luitenant bij de Royal Engineers. Na de gebruikelijke beroepsopleiding in Chatham ging Warren naar Gibraltar, waar hij zeven jaar verbleef. Naast de gewone taken van een geniesoldaat - zorgen voor zijn mannen en fortificaties en barakken bouwen of verbeteren - werd hij ingezet voor een trigonometrisch onderzoek van de rots, dat hij op grote schaal voltooide. Hij bouwde twee modellen van het beroemde fort, waarvan er een nu in de Rotunda in Woolwich staat en de andere in Gibraltar. Hij hield zich ook enkele maanden bezig met het ontoegankelijk maken van de oostkant van de Rots door alle plaatsen die een vijand houvast zouden kunnen bieden, af te breken of op te bouwen.Michael Hoffman schreef in 1996:
Na afloop van zijn diensttijd in Gibraltar keerde hij in 1865 terug naar Engeland, werd benoemd tot Assistant Instructor in Surveying aan de School of Military Engineering in Chatham en werd een jaar later door de War Office uitgeleend aan het Palestine Exploration Fund.
Het doel van het Palestine Exploration Fund was het illustreren van de Bijbel en dit kwam voornamelijk tot stand door de inspanningen van Sir George Grove, die een invloedrijk comité vormde waarvan Sir Walter Besant lange tijd secretaris was. Kapitein (later Sir) Charles Wilson en luitenant Anderson, R.E., waren al bezig met het onderzoek van Palestina en in 1867 werd besloten om opgravingen in Jeruzalem te doen om, indien mogelijk, de vele twijfelachtige vragen van de Bijbelse archeologie op te helderen, zoals de plaats van het Heilig Graf, de ware richting van de tweede muur en het verloop van de eerste, tweede en derde muur, waarbij de plaatsen van de torens van Hippicus, Phaselus, Mariamne en Psephinus betrokken waren en vele andere kwesties die voor de Bijbelstudent zeer interessant waren. [...]
Het was Warren die de oeroude stad aan de wereld teruggaf; hij was het die het puin van de rotsen haalde en de glorieuze tempel binnen haar muren toonde, 305 meter lang en 61 meter hoog, van machtig metselwerk: hij was het die de valleien openlegde die nu bedekt en verborgen waren; hij was het die de geheime doorgangen opende, de oude aquaducten, de brug die de tempel met de stad verbond. Wat er in de toekomst ook wordt gedaan, zijn naam zal altijd verbonden zijn aan de Heilige Stad die hij als eerste herstelde.' [...]
Op weg van Kaapstad via Port Elizabeth naar Kimberley ... was wijlen Cecil Rhodes zijn reisgenoot. Terwijl ze over de bruine velden van Dordrecht naar Jamestown reden, merkte Warren op dat meneer Rhodes, die tegenover hem zat, duidelijk bezig was om iets uit zijn hoofd te leren en bood aan om naar hem te luisteren. Het bleken de Negenendertig Artikelen van de Anglicaanse Kerk te zijn. In het dagboek van deze reis, dat ook gepubliceerd werd in 'Good Words' van 1900, vertelt Warren: "We konden het heel goed met elkaar vinden totdat we bij het artikel over voorbestemming aankwamen, en daar bleven we steken. Hij had zijn opvattingen en ik de mijne, en onze medepassagiers waren zeer geamuseerd over het feit dat het onderwerp van ons gesprek - enkele uren lang - over één onderwerp ging. Rhodes zal thuis afstuderen en werkt hier tijdens de vakantie.
Sir Charles Warren werd later benoemd tot hoofdcommissaris van de Metropolitan Police in Londen, een functie die hij ten tijde van de beroemde Jack the Ripper-moorden bekleedde. Warren heeft nooit uitspraken gedaan over wie hij dacht dat de moordenaar zou kunnen zijn, maar in een rapport aan het ministerie van Binnenlandse Zaken op 17 oktober 1888 schreef hij: "Ik beschouw deze serie moorden als uniek in de geschiedenis van ons land."
De meest recente Palestijnse opstand, afgelopen september, begon in het kielzog van de opening van de "Hasmonese Tunnel" in Jeruzalem, die grenst aan de Haram al-Sharif, het derde heiligste heiligdom van de islam, de voormalige locatie van de Tempel van Herodes, die in 70 n.Chr. werd verwoest door Romeinse legioenen onder leiding van Titus.Met alles wat er sinds 1996 is gebeurd, met alles wat Halsell en Gorenberg aan het licht hebben gebracht, klinken de woorden van Hoffman toch niet zo gek, of wel? Feit is dat Warren na zijn expeditie een boek schreef met de titel "The Land of Promise," waarin hij betoogde dat de Britse Oost-Indische Compagnie Palestina met Joden zou moeten koloniseren. Dit idee was om twee redenen in Engeland erg populair: 1) het bevorderde de Britse imperialistische belangen en 2) het paste in de Bijbelprofetie. Deze twee factoren motiveerden de Balfour-verklaring van 1917 ten gunste van een joods thuisland.
Hoewel dit in de media destijds herhaaldelijk werd ontkend, waren de Palestijnen woedend omdat ze vreesden dat de opening van de tunnel het begin van het einde betekende voor de al-Aqsamoskee en het begin van de herbouw van de Derde Tempel, het legendarische doel waar de meeste esoterische geheime genootschappen van het westen en vooral de ordes van de vrijmetselarij zich op richten (de iconografie van de vrijmetselarij is inderdaad geobsedeerd door een herbouwde Tempel).
De gevestigde media, die op opmerkelijke wijze de uniformiteit en de macht van hun monopolie op grootschalige communicatie tentoonspreidden, waren in staat om elke substantiële berichtgeving in september in de kiem te smoren, wat aangeeft dat de Palestijnse vrees over dit onderwerp enigszins gerechtvaardigd was.
Tijdens wat James Shelby Downard een "cryonisch proces" noemt (naar de methode waarmee de stoffelijke resten van Walt Disney zogenaamd worden bewaard) - de vries-wacht-dooi operatie - werd de waarheid over de intense concentratie van de middelen van zowel het esoterische zionisme als de esoterische vrijmetselarij op dit "Tempelberg"-complex bevroren terwijl de rellen woedden. Toen deze afnamen, volgde een wachtperiode waarin de crisis van de voorpagina's verdween en zich enigszins achterin het bewustzijn van de groepsgeest van de massa's verplaatste. Na de wachtperiode kwam de dooi, toen werd de waarheid uit de diepvries gehaald en aan het publiek gepresenteerd. [...]
De opening van de tunnel in september 1996, met zijn rituele bloedvergieten, een voorloper van het offerbloed dat zal vloeien als de Tempel wordt herbouwd, werd in 1867 georkestreerd. Op dat moment werd de toekomstige generaal Sir Charles Warren, commissaris van politie in Engeland en medeplichtig aan de occulte rituele moord die in de geschiedenis bekendheid verwierf als "Jack the Ripper," uitgezonden op de zoveelste vrijmetselaarsmissie om de basis te leggen voor de herbouw van de Tempel van Jeruzalem. En zo "herontdekte" een van de belangrijkste vrijmetselaars van Engeland, lid van de "onderzoeksloge" (Ars Quator Coronatorum), in 1867 de claustrofobische, 457 meter lange tunnel.
De "werktuigen" van de oude Tempel waren volgens de Talmoed verborgen op de Tempelberg vóór de verwoesting van de Tweede Tempel. Aangezien de Tunnel van Warren geopend was, begon de "speurtocht," zoals de gevestigde media tussen de regels door toegaven, tijdens de "dooi" van midden oktober.
In de tweede week van oktober betraden zionistische fanatiekelingen, die betrokken waren bij terroristische misdaden in verband met de verhoopte vernietiging van de al-Aqsamoskee, plotseling het toneel vanuit hun door de gevestigde orde opgelegde posities van vergetelheid. Chronologie is essentieel bij het verwerkingsproces van de groepsgeest. Vandaar dat half oktober het juiste moment was om het gordijn langzaam open te trekken en het ware spelletje te onthullen dat aan de gang was. Op dat moment presenteerden de gevestigde media meneer Yehuda Etzion, hoofd van Hai Vekayam, speerpunt van het streven om de Tempel van Herodes te herbouwen op de ruïnes van de islamitische heilige al-Aqsamoskee. En precies op dat moment werden zeven "activisten" van Hai Vekayam door de Israëlische politie gearresteerd toen ze zich in oktober een weg probeerden te banen naar de Rotskoepel.
Eveneens op dat moment werd in oktober een petitie aangeboden aan de Israëliërs, waarin alle Palestijnse angsten over wat de zionisten van plan waren met hun "tunnel" op alle punten werden geadresseerd. De petitie, die werd ingediend door de Temple Mount Faithful-organisatie, een groep die door puissant rijke Joods-kerkelijke fundamentalisten in de VS en schimmige, internationale zionistische en vrijmetselaars-geldschieters wordt gefinancierd, roept op tot de verwijdering van de moskee van de Tempelberg. James Shelby Downard en ik gebruiken een term voor die oproep: De waarheid of de gevolgen via openbaring van de methode. Voor meer hierover kunnen geïnteresseerden mijn Truth or Consequences-lezing raadplegen, beschikbaar op audio-cassette. [Michael Hoffman]
Zeker, de Britten hadden territoriale belangen in Palestina, maar men kan de kwestie van religie en de millennialistische aspiraties van de Britten niet negeren. Ja, de imperialistische logica zou stellen dat Groot-Brittannië Palestina zou moeten innemen omdat het de poort vormde tot het Ottomaanse rijk en ook tot Afrika, maar lees wat Gorenberg schrijft:
Op 2 november 1917, twee dagen nadat het Egyptische expeditieleger van generaal Edmund Allenby Beersheba had veroverd op de Ottomaanse Turken en zich had voorbereid om noordwaarts naar Jeruzalem te marcheren, kondigde de Britse regering een heel andere reden voor de campagne aan: De minister van Buitenlandse Zaken, Arthur Balfour, stuurde een brief naar de Britse zionistische leider Lord Rothschild met de mededeling dat het kabinet "een verklaring van sympathie voor de joodse zionistische aspiraties" had goedgekeurd: Zijne Majesteits regering ziet de vestiging in Palestina van een nationaal thuis voor het Joodse volk met welwillendheid tegemoet..."16 augustus 1929 was de dag dat het Palestijnse Mandaat in vlammen opging, hetgeen voorspelbaar was zoals Gorenberg opmerkt. De dag ervoor, op de gedenkdag van de verwoesting van de Tempel, hadden honderden Joden langs de Westmuur gedemonstreerd om rechten op die plek op te eisen. Een bewaard gebleven foto van de demonstranten is interessant, omdat sommigen van hen een korte broek en gewone schoenen dragen. Waarom is dit interessant? Omdat religieuze Joden als teken van rouw op zulke dagen geen leren schoenen dragen op een vastendag. Dit betekent dat de demonstranten de rechten op de Westmuur niet opeisten om religieuze redenen, maar om nationalistische en territoriale redenen. Ze hesen de zionistische vlag en zongen het zionistische volkslied.
Vijf weken later veroverde Allenby's leger Jeruzalem. Twee dagen na de daadwerkelijke verovering werd de aankomst van de generaal nauwkeurig gepland. ... Christelijke legers keerden voor het eerst sinds de kruistochten terug naar de stad. Allenby arriveerde bij de Jaffapoort op een wit paard, met de pracht en praal van een koning. Voordat hij de Oude Stad betrad, steeg hij af en liep. Een standaard verslag van de reden van de generaal: Zijn Verlosser was deze stad te voet binnengetrokken, en dat zou hij ook doen. [Gorenberg]
Allenby's optreden is een logisch gevolg van de Balfour-verklaring: De verovering van Jeruzalem moest niet alleen strategisch gezien worden, het moest ook "volgens de profetie" gebeuren. De Britse logica was geworteld in hun hartstocht voor het Oude Testament en de hoop op het millennium. Die logica was afgeleid van de cultische leringen van de Broeders in Christus en John Darby's premillennialistische Vergadering van gelovigen, evenals de hoop van de reguliere Anglicanen. Het was hun verlangen om de Joden te bekeren en terug te brengen naar hun vaderland. Barbara Tuchman schrijft naar aanleiding van deze hartstochten over de invloedrijke graaf van Shaftesbury: "Ondanks al zijn ijver voor de Joden is het twijfelachtig of Lord Shaftesbury hen ooit als een volk met hun eigen taal en tradities beschouwd heeft.... Voor hem, net als voor de hele "Israël-omwille-van-de-profetie-school, waren de Joden eenvoudigweg het instrument waardoor de Bijbelse profetie kon worden vervuld. Ze waren geen volk, maar een massale FOUT die tot Christus gebracht moest worden zodat de hele kettingreactie die leidde tot de Tweede Komst ... in gang gezet kon worden."
Noch Balfour, noch Lloyd George was een millennialist, maar ze waren wel het product van een Engeland dat doordrenkt was van een dergelijk geloof, en van de vurigheid die dit voor het Oude Testament teweegbracht. Balfour verdedigde zijn verklaring in het parlement met het argument dat het christendom niet "onachtzaam moet zijn voor de dienst die [de Joden] hebben bewezen aan de grote religies van de wereld." Lloyd George merkte op dat toen hij Palestina met Weizmann (de apostel van het zionisme bij de Britse regering) besprak, Weizmann "plaatsnamen bleef noemen die me bekender voorkwamen dan die van het westelijk front." De twee staatslieden konden het terugbrengen van de Joden naar hun land als een Britse taak beschouwen, omdat het Engelse millennialisme dit tot een aanvaardbaar project had gemaakt, zelfs voor degenen die niet aan het millennium dachten. Behalve dat toen Engeland Palestina eenmaal feitelijk regeerde, de eenvoudige belofte van de Balfour-verklaring in de echte wereld insloeg. [Gorenberg]
De volgende dag kwamen er dus moslimbetogers die de vrome Joodse gelovigen, die niets te maken hadden met de demonstratie van de dag ervoor, in elkaar sloegen. De volgende vrijdag waren de spanningen zodanig opgelopen dat Arabieren Joden in de oude stad begonnen aan te vallen, gewapend met knuppels en messen. Binnen een uur hadden de aanvallen zich verspreid naar andere delen van de stad, terwijl de Britse politiemacht dusdanig onderbemand was dat ze machteloos stond.
Het geweld verspreidde zich en op de tweede dag (24 augustus) trokken relschoppers in Hebron van huis tot huis, moordend en plunderend. Zevenenzestig Joden werden gedood, waaronder een dozijn vrouwen en drie kinderen. De meeste Joden in de stad werden gered door hun Arabische buren.
Een historicus schrijft dat Joden veel verder gingen dan zelfverdediging. In één geval braken Joden als vergelding een moskee binnen en vernielden heilige boeken. Een Palestijnse versie van de gebeurtenissen vertelt ons dat het volk van Palestina reageerde op de provocatie van Joodse religieuze extremisten op de heilige plaats, wat daadwerkelijk lijkt te hebben plaatsgevonden.
Binnen anderhalve week van terreur werden 133 Joden en 116 Arabieren gedood. Vanuit elk perspectief markeerde deze gebeurtenis een keerpunt in de strijd om de controle over Palestina. Feit is dat er in dit vroege stadium onder Palestijnen grote weerstand bestond tegen de oprichting van een joodse staat in Palestina, en dat is gemakkelijk te begrijpen. Palestina was in principe "aan de Joden gegeven" door Groot-Brittannië. Maar in Groot-Brittannië groeide bij velen de overtuiging dat de belofte van de Balfour-verklaring van een "nationaal thuis" voor de Joden op een vergissing berustte.
De feiten zijn: Twee nationale groepen streden om één stuk land. Een van de groepen was daar al heel, heel lang, en de andere groep was van plan om te komen om het gebied, waarvan zij overtuigd waren dat het van hen was, over te nemen, hetzij door het Britse mandaat, hetzij door het recht van hun god. Het Britse plan om de Joden in Palestina te vestigen liep uit op een ramp en ze vluchtten met hun staart tussen de benen, waardoor de Palestijnen en de Joden het zelf moesten uitvechten.
Maar die strijd was niet gelijkwaardig. De wens van het christelijke westen dat de Joden in Palestina zouden blijven, Israël opnieuw zouden stichten, de Tempel opnieuw zouden bouwen en de profetie zouden vervullen, lag ten grondslag aan de joodse aanwezigheid. De Palestijnen hadden vanaf het begin af aan geen schijn van kans.
Avraham Stern was meer dan een oproerkraaier, te extreem voor de gemiddelde radicaal. Als een in Polen geboren Jood die Mussolini bewonderde, was hij lid geweest van de Irgun Tzva'i Le'umi (Nationale Militaire Organisatie), de rechtse joodse ondergrondse beweging in Palestina. Eind jaren '30 kwamen de Arabieren in Palestina in opstand tegen de Britse overheersing; aanslagen op Joden waren aan de orde van de dag. De Irgun verwierp het reguliere Haganah-beleid van terughoudendheid en voerde wraakaanvallen uit op Arabieren: beschietingen op een bus hier, een bom op een markt daar, het vermoorden van onschuldigen als vergelding voor het vermoorden van onschuldigen. Van daaruit ging het de strijd aan met de Britten, die probeerden de Arabieren tevreden te stellen door de immigratie te beperken, zelfs toen wanhopige Joden probeerden Europa te verlaten. Maar toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, kondigde de Irgun een wapenstilstand af: vechten tegen Duitsland was belangrijker dan het verdrijven van de Britten. Dergelijk gekonkel was niets voor Stern: In de lente van 1940 verlieten hij en zijn volgelingen de Irgun om een radicalere groep op te richten die tegen de Britten zou blijven vechten. Ze beroofden banken en probeerden officiële ambtenaren te vermoorden. In het Hebreeuws heette de groep Lehi... de Engelsen noemden het de 'Stern Gang,' zelfs nadat de politie Stern in 1942 in een appartement in Tel Aviv had opgespoord en doodgeschoten. Tot de leiders van de groep behoorde Yitzhak Yezernitzky, die later zijn naam veranderde in Yitzhak Shamir en tientallen jaren later premier van Israël werd. [...]Gorenberg beschrijft het verhaal van David Shaltiel, die commandant was van de Haganah, de joodse militie die later werd omgevormd tot een leger. Shaltiel was opgegroeid in een orthodox gezin in Hamburg. Hij beweerde dat hij op dertienjarige leeftijd op Jom Kippoer de synagoge uitliep, varkensvlees at en wachtte tot God hem zou neerslaan." Toen er niets gebeurde, was hij klaar met religie. Shaltiel ging het Franse Vreemdelingenlegioen in en werd later wapeninkoper voor de Haganah in Europa. In 1936 arresteerde de Gestapo hem in Aken. Er wordt gezegd dat hij Dachau en Buchenwald en "nog zestien andere gevangenissen" heeft bezocht. Op de een of andere manier werd hij vrijgelaten voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog en keerde terug naar Palestina waar hij officier bij de Haganah werd.
In de krant The Underground publiceerde Lehi zijn achttien grondbeginselen van de joodse nationale renaissance. Nummer 18 luidde: "Het bouwen van de Derde Tempel als symbool van het tijdperk van het Derde Koninkrijk." Na de onafhankelijkheid van Israël publiceerden de veteranen van de groep de beginselen opnieuw, met een aanpassing. Nu luidde nummer 18: "Het bouwen van de Derde Tempel als symbool van het tijdperk van de totale verlossing." Historicus Joseph Heller legt uit dat "Derde Koninkrijk" te dicht bij "Derde Rijk" klonk - een gevoelig punt, aangezien er een smet aan Lehi kleefde nadat het in 1941, zonder succes, zijn diensten had aangeboden aan de As tegen Groot-Brittannië.
De aanpassing maakt het punt duidelijker: "Ze waren een messiaanse beweging, vooral onder Stern," zegt Heller. [Gorenberg]
In november 1947, na de Tweede Wereldoorlog ( die ongetwijfeld een diepgaande invloed moet hebben gehad op Shaltiel), stemden de Verenigde Naties (die ook diepgaand getroffen waren door de Tweede Wereldoorlog, net als de rest van de wereld) voor de verdeling van Palestina tussen een Joodse en een Arabische staat. We zouden zelfs kunnen zeggen dat deze stemming een direct gevolg was van de gebeurtenissen tijdens WO II en velen hebben gesuggereerd dat er sprake was van zionistische medeplichtigheid aan de moord op miljoenen Joden met het uitdrukkelijke doel schuld en sympathie op te wekken voor het Joodse volk, om hen in een positie van onaantastbare "morele rechten" op Palestina te plaatsen.
In ieder geval waren de Arabieren tegen de deling (geen verrassing) en vochten tegen de Joden, zelfs toen de Britten zich terugtrokken en Palestina in een puinhoop achterlieten.
Op 28 mei 1948, twee weken nadat het zionistische leiderschap de oprichting van de staat Israël had uitgeroepen, viel de Joodse wijk van Jeruzalem in handen van Jordaanse troepen.
Bij zonsopgang op 17 juli zou een staakt-het-vuren van de V.N. ingaan. Shaltiel, de man die zoveel jaar geleden op Jom Kippoer ceremonieel varkensvlees had gegeten, besloot nu dat hij - voordat hij bij de aanvang van het staakt-het-vuren moest stoppen met vechten - een held zou worden en de Oude Stad als zijn laatste daad zou heroveren. De Oude Stad had geen strategische waarde, maar blijkbaar was de symbolische betekenis ervan voor de Joden enorm. Shaltiel kreeg hulp van de Irgun- en Lehi-troepen alsook een speciale explosieve lading, die door een natuurkundige was samengesteld.
Shaltiel was zo zeker van de overwinning dat hij een lam gereed had om op de Tempelberg te offeren.
Shaltiel stierf in 1969 en niemand weet of hij verwachtte dat het offeren van dieren weer een vaste praktijk zou worden, maar het is zeker dat hij dacht dat het offeren van een lam de juiste manier was om de herovering van Jeruzalem te vieren. Shaltiel zou waarschijnlijk niet in strijd hebben gehandeld met de orders van David Ben-Gurion om geen van de islamitische heiligdommen te beschadigen als hij succesvol zou zijn geweest in zijn poging om de berg weer in te nemen, maar hetzelfde kan niet gezegd worden van de commandant van de Lehi-troepen, Yehoshua Zetler. Als de aanval zou slagen, had deze concrete plannen om de islamitische heiligdommen op de berg met de grond gelijk te maken en hij gaf zijn mannen de explosieven om dat te bewerkstelligen.
Het offensief mislukte. De speciale bom veroorzaakte een zwarte plek op de vierhonderd jaar oude islamitische muren, maar liet niet eens een barst achter. Om 5:00 ging het staakt-het-vuren in.
Yisrael Eldad beschreef zijn gevoelens over die nacht op pornografische wijze, hetgeen later in zijn memoires gepubliceerd werd:
En het hart fantaseert: Misschien barst het vanavond los...
Hadden ze maar gevoel voor geschiedenis. O, hadden ze dat maar! En uitgerekend op deze nacht, de nacht van de eerste verwoesting, de nacht van de tweede verwoesting, uitgerekend op deze nacht, als ze maar doorbraken en zover kwamen - want ze zijn in staat om door te breken en zover te komen... Er zijn genoeg wapens, en er zijn jonge mannen, en er is Jeruzalem, heel haar verlangen, klaar voor een vreselijke nacht als deze, als ze er maar doorheen zouden breken, als ze er maar zouden geraken.
Naar de Muur, naar de rouw, naar wat verlaten werd.
Om door te breken en alles in vuur en vlam te zetten. Het viel in vuur en het zal in vuur herrijzen. Om het daar allemaal met de grond gelijk te maken, alle geheiligde leugens en hypocrisie. Om te zuiveren, te zuiveren, te zuiveren.
(Over geheiligde leugens en hypocrisie gesproken, het Oude Testament moet daar wel de bakermat van zijn).
Maar het gebeurde niet: de Joodse staat werd geboren zonder de Oude Stad, die in handen bleef van de Palestijnen die daar al 2.000 jaar leefden. Velen van hen stammen waarschijnlijk af van oorspronkelijke Joden die zich bekeerd hadden.
In zijn boek "Beginning of the End: The Assassination of Yitzhak Rabin and the Coming Antichrist" beschrijft de Texaanse dominee John Hagee dat hij met zijn vader zat toen het nieuws over de radio kwam dat Israël als nieuwe natie was opgericht. Zijn vader vertelde hem: "We hebben zojuist de belangrijkste profetische boodschap gehoord die ooit zal worden verkondigd totdat Jezus Christus terugkeert naar de aarde." Voor de millennialisten was de Balfour-verklaring al bijzonder geweest, maar de "geboorte" van Israël veroorzaakte absolute apocalyptische extase. De profetieën van de Laatste Dagen werden BEWAARHEID!
Behalve de verhalen die ik tijdens mijn jeugd op de zondagsschool had gehoord, wist ik weinig tot niets over een Jeruzalem waar mensen een alledaags leven leiden - waar ze worden geboren, naar school gaan, trouwen, kinderen krijgen, soms lachen en feestvieren, op andere momenten huilen en rouwen. Toen ik op een dag naar Jeruzalem verhuisde, begon ik de realiteit te ervaren van een volk dat daar altijd geleefd heeft.Een Israëlische nieuwsbrief die eind 1998 op een website van de "Stem van de Tempelberg" werd geplaatst, vermeldt als doel "de bevrijding" van de islamitische heiligdommen en de bouw van een joodse Tempel op die plaats. "Nu is de tijd rijp om de Tempel te herbouwen," aldus de Israëlische nieuwsbrief. De nieuwsbrief roept "de Israëlische regering op om een einde te maken aan de heidense islamitische bezetting" van het land waar de moskee staat. Het voegt eraan toe: "De bouw van de Derde Tempel is aanstaande."
Ik loop over de geplaveide straten met een Arabische moslim, Mahmud Ali Hassan, die in Jeruzalem geboren werd, daar zijn eerste paar schoenen kocht, zich voor het eerst liet scheren bij de kapper, zijn eerste pak liet aanmeten, trouwde, al zijn kinderen geboren zag worden en zag opgroeien - dat alles in de Oude Ommuurde Stad.
Samen met Mahmud loop ik door smalle gangen in een van de weinige overgebleven voorbeelden ter wereld van een volledig ommuurde stad. De muren staan gedeeltelijk op de fundamenten van het plein van Hadrianus, gebouwd in 135 n.Chr. Ze bevatten restanten van eerdere muren, die van koning Herodes in 37 v.Chr. en Agrippa in 41 n.Chr. en Saladin in 1187. En uiteindelijk werden de muren door de Turkse moslim Suleiman de Grote in de zestiende eeuw herbouwd.
"Deze Oude Ommuurde Stad werd gedurende haar lange geschiedenis voornamelijk bewoond door Arabieren," vertelt Mahmud. "En Arabische markten, Arabische huizen en Arabische religieuze plaatsen beslaan zo'n negentig procent van de Oude Stad.
"Als Arabieren stammen wij af van een inheems volk, een volk dat Palestina nooit verlaten heeft en voortdurend binnen deze oude muren gewoond heeft," vervolgt Mahmud. "Ik kan mijn voorouders meer dan tien generaties terug traceren. En in het geval van mijn vader en zijn vader en zijn vader, hebben onze families de afgelopen driehonderd jaar in hetzelfde huis gewoond." [...]
"Dit is een van de oudste steden ter wereld," vertelt Mahmud. "Arabieren die Amorieten werden genoemd, kwamen hier vier- tot vijfduizend jaar geleden. Ze stichtten deze plek als een religieuze basis om hun god te eren. En deze vroege Arabische aanbidders van een god die ze Shalem noemden, gaven ons de naam van onze Heilige Stad, Jeruzalem. Toen kwamen anderen van onze voorouders, de Kanaänieten uit Kanaän. Zij maakten van Jeruzalem een vroeg centrum van aanbidding van de Ene God. De Kanaänieten hadden een koning die Melchizedek heette, en er staat geschreven dat hij ook een priester van God de Allerhoogste was.
"Al deze vroege geschiedenis gaat vele eeuwen vooraf aan de komst van de Hebreeën... En toen de Hebreeën, één van de vele stammen in het gebied, arriveerden, bleven ze minder dan 400 jaar. En ook zij werden, zoals velen voor en na hen, verslagen. En 2.000 jaar geleden werden ze verdreven."
Vanaf al-Aqsa lopen we een klein stukje in de richting van de prachtige Rotskoepel, een van de mooiste heiligdommen ter wereld - qua schoonheid wordt deze vaak vergeleken met de Taj Mahal. [...]
"Als Arabieren, als moslims, was onze strijd nooit met Joden als Joden, of met de grote religie van het jodendom. De plaatsen die de Joden en christenen als heilig vereren, vereren wij als heilig. De profeten die de Joden en christenen als heilig vereren, vereren wij als heilig. Mijn punt is dat iedereen in de geschiedenis heeft geleend van wat er aan voorafging. Niemand en geen enkele groep bezit hier exclusieve rechten. Er waren talloze gevechten om Jeruzalem. En de Hebreeën waren hier slechts zestig jaar aan de macht." [Halsell].
Er is nog maar één gebeurtenis nodig om de weg vrij te maken voor Israëls rol in de laatste grote akte van zijn historische drama, en dat is de herbouw van de oude Tempel op zijn oude plek. Er is maar één plaats waar deze Tempel gebouwd kan worden volgens de wet van Mozes. En dat is op de berg Moriah. Daar werden de twee vorige Tempels gebouwd. -- Hal Lindsey, The Late Great Plane EarthDe christelijke kerk was gedurende het grootste deel van haar geschiedenis antisemitisch. Met de Reformatie stapten veel christenen echter over van antisemitisme naar een nieuwe vorm van discriminatie die vandaag de dag in de wereld wijdverspreid is: filosemitisme. Een standpunt dat de Joden ALS Joden praktisch noodzakelijk beschouwt, omdat ze een rol te spelen hebben in de verlossing van christenen! Deze "liefde voor Joden" omvat binnen haar kaders de zelfgenoegzame zekerheid dat de Joden anders ZIJN, en voorbestemd zijn om uit te sterven zodra ze hun opgedragen taak hebben volbracht.
Een antisemiet "is iemand die Joden meer haat dan hij zou moeten." -- TV-evangelist Jomes Robison
Uiteraard verschillen de christenen onderling op persoonlijk en politiek vlak, wat een generalisatie onnauwkeurig en misschien zelfs gevaarlijk maakt, maar het feit blijft dat veel fundamentalisten die vandaag de dag de "laten we Israël op alle mogelijke manieren helpen" en "laten we achter de moslims aangaan"-aanval leiden, kunnen bogen op een duidelijke geschiedenis waarin ze hun volgelingen hebben geleerd dat Joden achter alle problemen in de wereld zitten.
Pas nadat de volledige gruwelen van nazi-Duitsland waren onthuld, realiseerde het westerse christendom zich dat het promoten van antisemitisme à la de Protocollen van de wijzen van Sion gezien kon worden als sympathiseren met de nazi's. Dus de fundamentalisten die schaamteloos antisemitisch waren, bonden in en hergroepeerden zich.
Met de geboorte van Israël in 1948 veranderden de antisemitische christenen van tactiek. Ze waren nog steeds antisemitisch (zijn dat nog steeds), maar naar buiten toe gedroegen ze zich anders; ze werden "liefdevol" en "dankbaar," welwillend en neerbuigend tegenover Joden. Godzijdank deden de Joden NU wat ze moesten doen: terugkeren naar Israël zodat Jezus terug kon komen en ze allemaal in mootjes kon hakken!
Naarmate deze nieuwe waardering voor de joodse rol samensmolt met dispensationalistische overtuigingen, werden westerse christenen fervente voorstanders van de nieuwe Joodse staat. Er mag niets tussen Israël en zijn bestemming komen! Iedereen kon elke andere natie in de wereld bekritiseren, maar NIET Israël. Het bekritiseren van Frankrijk, Duitsland of zelfs de V.S. was enkel "politiek." Kritiek leveren op Israël gold als kritiek op de Almachtige God.
Op hetzelfde moment dat millennialisten hun liefde voor Israël verkondigen, onthullen ze vaak dat ze helemaal niet van Joden houden.
Staande, uitkijkend over de vallei van Megiddo, legde Clyde, een reisgenoot, me uit dat dit de plaats was waar Christus de krachten van het goede tegen het kwade zou leiden. "Tweederde van alle Joden zal worden gedood," zei Clyde, terwijl hij Zacharia 13:8-9 aanhaalde. Na wat rekenwerk kwam hij uit op negen miljoen dode Joden. "Over een afstand van driehonderdtwintig kilometer zal het bloed reiken tot aan het hoofdstel van de paarden."Van oudsher zijn Joden liberaal en steunen liberale agenda's. Aangezien ze discriminatie en racisme hebben ervaren, sloten ze zich aan bij liberale agenda's. Maar in 1967, nadat Israël Arabische gebieden in beslag had genomen die het niet wilde afstaan, werd de Joodse staat in rap tempo conservatief rechts. Amerikaanse Joden, voorheen liberale voorstanders van de rechten van anderen, raakten ervan overtuigd dat hun grootste prioriteit de ondersteuning van Israël moest zijn. Onder deze invloed verschoven ook zij snel naar de rechterkant van het politieke spectrum.
Als ik mijn bezorgdheid over dit scenario uit, legt Clyde uit: "God doet het vooral voor zijn oude volk, de Joden. Hij heeft een zevenjarige Verdukkingsperiode bedacht, voornamelijk om de Joden te zuiveren, om hen het licht te laten zien en Christus als hun verlosser te erkennen."
Maar waarom, vraag ik, zou God een volk hebben uitverkoren - "Gods favoriet" zoals Clyde zegt - om vervolgens het overgrote deel daarvan uit te roeien?
"Zoals ik zei, God moet hen zuiveren," zegt Clyde. "Hij wil dat ze neerbuigen voor Zijn enige zoon, onze Heer Jezus Christus."
Maar enkelen zullen overblijven? Om hun doden te begraven?
"Ja," zegt Clyde. "Er zullen 144.000 gespaard blijven. Daarna zullen die zich tot Christus bekeren." [Halsell].
Slechts 144.000 Joden zullen in leven blijven na de slag van Armageddon. Deze overgebleven Joden - elke man, vrouw en kind onder hen - zullen voor Jezus neerbuigen. Als bekeerde christenen zullen alle volwassenen meteen het evangelie van Christus verkondigen. Stel je voor! Alsof er in één keer 144.000 Billy Grahams worden losgelaten!" -- Hal Lindsey
Zolang zij zich niet bekeren, zijn Joden "spiritueel blind." -- Jerry Falwell
Israëlisch rechts en christelijk rechts werden vreemde bedgenoten, elk met een doctrine rond Israël en een cultus van land. Nathan Perlmutter van de Anti-Defamation League legt uit waarom Amerikaanse Joden christelijk rechts in Amerika steunen: Eerst zegt hij dat hij zichzelf als een enigszins typische Amerikaanse Jood beschouwt in die zin dat hij elke kwestie in het leven afweegt aan de hand van één maatstaf: "Is het goed voor de Joden? Als deze vraag is beantwoord, buig ik me over de bijzaken."
Amerikaanse Joden steunen Jerry Falwell omdat hij de expansionistische doelstellingen van Israël steunt. Perlmutter weet dat evangelisch fundamentalisten de Schrift zodanig interpreteren dat alle Joden uiteindelijk Jezus moeten accepteren of gedood zullen worden. Maar ondertussen zegt hij: "We hebben alle vrienden nodig die we hebben om Israël te steunen... Als de Messias komt, zullen we op die dag onze opties overwegen. Laten we ondertussen de Heer prijzen en de munitie doorgeven."
Irving Kristol spoort Amerikaanse Joden aan om mensen als Falwell te steunen door hen te vertellen dat "in de echte wereld" Joden beter af zijn om rechts te steunen; diegenen die sterk pro-Israël zijn. Zeker, voegt hij eraan toe, ja, fundamentalistische predikanten zullen zeggen dat God het gebed van een Jood niet verhoort. Maar "uiteindelijk, waarom zouden Joden zich iets aantrekken van de theologie van een fundamentalistische predikant als ze geen moment geloven dat deze met enige autoriteit spreekt over de vraag of God aandacht heeft voor menselijk gebed? En wat doen zulke theologische abstracties ertoe ten opzichte van het alledaagse feit dat diezelfde predikant krachtig pro-Israël is?"
Douglas Krieger, een evangelische lekenleider uit Denver, Colorado, die nauwe banden onderhoudt met Terry Reisenhoover bij het inzamelen van geld om de al-Aqsamoskee en de Rotskoepel te vernietigen om de Tempel in Jeruzalem te herbouwen, drong er al in een vroeg stadium bij Israël op aan om samen te werken met evangelisch fundamentalistische partijen en deze volledig te omarmen in ruil voor hun steun aan Israël.Militante zionistische joden en fundamentalistische christenen hebben daarom een alliantie gevormd die hetzelfde dogma omarmt. Dit dogma heeft niets te maken met spirituele waarden of het leiden van een goed leven als christen of Jood. De alliantie gaat over politieke macht en aardse bezittingen. Het gaat over één groep mensen die fysiek het land dat heilig is voor drie religies in beslag neemt, land dat al tweeduizend jaar bewoond wordt door een volk dat zich er zonder meer tegen verzet dat hun land, hun rechten en hun levens hen worden afgenomen. Dit dogma centreert zich rond een kleine politieke entiteit - Israël. Zowel de Israëlische leiders als de rechtse christenen maken het bezit van land tot de hoogste prioriteit in hun leven en creëren zo een religieuze cultus - en elke groep doet dit op cynische wijze, voor hun eigen egoïstische redenen, in de verwachting dat de ander door zijn eigen overmoed zal worden vernietigd.
In een uitvoerig analyseverslag, opgesteld voor Israëlische en Amerikaanse Joodse leiders, wijst Krieger erop dat Israël als gevolg van zijn aanvalsoorlogen voor twee keuzes stond: vrede zoeken door zich terug te trekken uit "door oorlog verworven gebied," of blijven vertrouwen op een nog grotere militaire kracht, d.w.z. de door christelijk rechts gecontroleerde VS.
Als de Israëliërs voor de tweede optie zouden kiezen, waartoe Krieger hen aanspoorde (als millennialist wil hij heel graag dat ze heel Palestina heroveren en de Tempel herbouwen), dan zouden de Israëliërs en de Amerikaanse Joden geconfronteerd worden met het gevaar van een uitbraak van antisemitisme.
Vanwege Israëls militaire toe-eigening van Arabisch land zou "een opleving van antisemitisme in het westen kunnen ontstaan." Dit zou echter voorkomen kunnen worden, volgens Krieger, door de alliantie met nieuw christelijk rechts. Hij wees erop dat Israël de evangelisch fundamentalisten zou kunnen gebruiken om via hun (de Joodse) uitgebreide radio- en televisienetwerken een beeld van Israël te projecteren dat Amerikanen goed zou bevallen, dat ze zouden accepteren en steunen.
Bovendien, zei Krieger, "kon religieus rechts de Amerikanen ervan overtuigen dat God een militant, gemilitariseerd Israël zou willen. En dat naarmate Israël militanter werd, Amerikaans rechts enthousiaster en uitbundiger zou worden in hun steun.
Dispensationele overtuigingen reduceren "de complexe en diverse samenlevingen van Afrika, Azië en het Midden-Oosten tot figuranten in de rol van bondgenoten van Gog in Gods grootse eindtijddrama... de consensus was duidelijk: profetische geboden vereisten de verwijdering van Arabieren, niet alleen uit (Jeruzalem) maar uit het grootste deel van het Midden-Oosten.... Zij vormden een belemmering voor Gods beloften aan de Joden." -- Paul Boyer, When Time Shall Be No MorePresident Reagan vertegenwoordigde een dispensationalistisch standpunt dat, omdat "Christus aan de poort staat," uitgaven voor binnenlandse aangelegenheden niet al te serieus genomen moesten worden. "De meeste beleidsbeslissingen van Reagan," zei James Mills, een voormalig overheidsfunctionaris uit Californië, waren gebaseerd op zijn "letterlijke interpretatie van bijbelse profetieën." Dit leidde tot Reagans opvatting dat er "geen reden was om je druk te maken over de staatsschuld als God binnenkort de hele wereld in beslag zal nemen."
Evangelisch nieuw rechts ... greep stelselmatig de controle over het leiderschap van de zuidelijke Baptist Convention, de grootste protestantse groepering ... en paste lang gekoesterde theologische standpunten aan ten behoeve van politiek gewin. -- Sidney Blumentahal in The New Republic
"Ik weet niet op hoeveel toekomstige generaties we kunnen rekenen voordat de Heer terugkeert." -- James Watt, minister van Binnenlandse Zaken van de V.S., sprekend voor de commissie Binnenlandse Zaken van het Huis van Afgevaardigden tijdens een duidelijke weerlegging van argumenten voor het behoud van natuurlijke hulpbronnen.
Kennelijk deelt George W. Bush dezelfde mening.
Reagans steun aan fanatieke neoconservatieven kan alleen worden begrepen in het licht van de millennialistische denkwijze van de president. "Waarom tijd en geld verspillen aan het bewaren van dingen voor de toekomst? Waarom zorgen maken over behoud? Hieruit volgt dat alle binnenlandse programma's, vooral die waar kapitaaluitgaven mee gemoeid zijn, kunnen en moeten worden beperkt om geld vrij te maken voor het voeren van de oorlog van Armageddon.
De dispensationalisten die de Armageddon-theologie verkondigen, vormen een relatief nieuwe cultus - minder dan 200 jaar oud. Hun geloofssysteem bestaat uit vier belangrijke aspecten:
1) Ze zijn antisemitisch. Ze belijden een vurige liefde voor Israël. Hun steun voor Israël komt echter niet voort uit ware liefde voor de Joden en hun lijden. In plaats daarvan baseren zij hun "liefde en steun" op het feit dat zij Israël "op zijn plek" willen hebben voor de "wederkomst van Christus," wanneer zij verwachten dat de meeste Joden vernietigd zullen worden.Het beangstigende neveneffect van deze overtuigingen is dat, omdat de cultus in de Verenigde Staten aan de touwtjes trekt, het zo gemakkelijk is om precies die situaties te creëren die beschreven worden, waardoor de ideeën van de dispensationalisten in vervulling gaan; de cultus die Armageddon wil creëren en 5 miljard mensen op aarde nodig heeft die zich bereidwillig naar het offeraltaar begeven, waarbij de moslims werden uitverkoren om als eersten te gaan.
2) De dispensationalisten hebben een zeer bekrompen visie op God en de zes miljard mensen op deze planeet. Zij aanbidden een tribale god die zich slechts met twee volkeren bezighoudt: Joden en christenen, en deze tribale God is voornemens om deze twee tegen elkaar op te zetten omwille van Zijn gunst. Deze God heeft geen oog voor de andere vijf miljard mensen op deze planeet, behalve dan dat ze tijdens de laatste strijd gedood zullen worden.
3) De dispensationalisten zijn er tot op het bot zeker van dat zij de Geest van God begrijpen. Ze bieden een scenario, als een filmscenario, dat zich ontvouwt met tijdssequenties, tijdperken en "bedelingen," die alle voorspoedig eindigen met een eindtijd-escapisme dat de Vervoering wordt genoemd - voor een paar uitverkorenen zoals zijzelf. Ze doen een beroep op mensen die het gevoel willen hebben dat ze zich "binnen" een "speciale groep" bevinden die over geheime, diepgaande kennis beschikt. Dit verlangen naar zekerheid heeft tot gevolg dat miljoenen volgelingen van het dispensationalisme hun leiders in buitengewone mate vertrouwen.
4) Het vierde aspect van de dispensationalisten is fatalisme. De wereld, zeggen ze, wordt steeds slechter en we kunnen niets doen, dus heeft het geen zin om iets te doen. De leermeesters onderwijzen over de toorn van een wraakzuchtige God en verklaren dat God niet wil dat we aan vrede werken, dat God eist dat we een nucleaire oorlog voeren: Armageddon, waardoor de planeet zal worden vernietigd.
Dit is de gevaarlijkste cultus ter wereld.
Commentaar: Op 28 februari 2007 publiceerde SOTT het volgende artikel: