Afbeelding
Bijna iedereen krijgt vroeg of laat te maken met geheugenverlies als gevolg van het ouder worden. Mannen zijn hier vatbaarder voor dan vrouwen.

Dat blijkt uit een onderzoek aan de Mayo Clinic in Rochester. De vaardigheden op het gebied van geheugen en het volume van de hersenen neemt - zo schrijven de onderzoekers in JAMA Neurology - af met de leeftijd, maar dit lijkt niet te komen door de opbouw van de zogenaamde bèta-amyloïd plaques in de hersenen die kenmerkend zijn voor de ziekte van Alzheimer. "Ons onderzoek laat zien dat het geheugen bij bijna iedereen achteruit gaat, al lang voordat amyloïd zich ophoopt in de hersenen", aldus onderzoeker Clifford Jack.

Plaques

Volgens de onderzoeker zijn de plaques nog steeds een belangrijk kenmerk voor de ziekte van Alzheimer, maar uit dit onderzoek blijkt dat ze de achteruitgang van de hersenen niet per se initiëren. Jack: "Ouder worden zelf heeft ook een duidelijke invloed op het geheugen. We denken dat de plaques op een later moment in het leven ontstaan en dan de achteruitgang van het geheugen versnellen."

Goed nieuws, aldus de onderzoeker: "geheugenverlies is niet per se een aanwijzing voor de ziekte van Alzheimer."

Onderzoek

De resultaten van de studie zijn gebaseerd op de gegevens van 1200 volwassenen tussen de 30 en 95 jaar in Minnesota. Geen van hen had dementie. Voor het onderzoek namen ze deel aan geheugentesten, ook werden de hersenen bestudeerd met een MRI-scan en een PET-scan. Met de eerste werd onder andere de hippocampus en de hersenstructuren die verantwoordelijk zijn voor het geheugen in kaart gebracht. Met behulp van de PET-scan konden de onderzoekers bepalen of er sprake was van amyloïdophopingen.

Uit de studie bleek dat tussen de 30 en 60 jaar het geheugen al aanzienlijk achteruit gaat, maar dat er dan bij nog maar weinig mensen ophopingen van bèta-amyloïd worden gevonden. Pas vanaf 70 jaar zagen de onderzoekers een substantiële toename in het aantal personen bij wie de PET-scan plaques liet zien. Dit gold nog sterker voor mensen met de genvariant APOE4, een gen dat samenhangt met een verhoogd risico op de ziekte van Alzheimer.

Mannen

Opvallend was dat mannen een slechter geheugen hadden dan vrouwen. Ook de hippocampus was bij hen, op alle leeftijden, gemiddeld kleiner. Eerdere onderzoeken lieten al zien dat vrouwen beter scoren op geheugentesten, maar dat maakt het volgens Jack niet minder bijzonder. "Het lijkt erop dat het effect van het geslacht op je geheugen groter is dan dat van het APOE4 gen." Mogelijk speelt hierbij het risico op hart- en vaatziekten een rol. Of de een bepaalde beschermende werking van het hormoon oestrogeen.