Afbeelding
Wijlen kolonel Gaddafi werd op 19 oktober 2011 gedood door huurlingen uit Tsjaad, Somalië en Soedan, die zij aan zij vochten met de NAVO en de VS. Twee jaar voordat hij werd afgezet en vermoord, werd Libië gezien als één van de rijkste landen in Afrika.

Professor Garikai Chengu van de Harvard-universiteit schreef over hem: "In 1967 erfde kolonel Gaddafi één van de armste landen in Afrika. Tegen de tijd dat hij werd vermoord had hij Libië veranderd in het rijkste land in Afrika. Libië had het hoogte bbp per hoofd van de bevolking en de hoogste levensverwachting van alle landen op het Afrikaanse continent. Er leefden zelfs minder mensen in armoede dan in Nederland."

Vandaag de dag is Libië in handen van vele milities en in constante staat van oorlog, zo stelt professor Henry Francis B. Espiritu van de University of the Philippines in Cebu City. Als gevolg van de interventie door de NAVO en de VS is Libië volgens hem volledig verwoest.

De mensenrechtensituatie in Libië is nu veel slechter dan onder de overleden Gaddafi, zei onderzoeker van het Libische Observatorium voor Mensenrechten Nasser al-Hawary al in 2012.

Olievoorraad

Professor Espiritu zegt dat de VS al meer dan 40 jaar probeerde Gaddafi af te zetten omdat hij westerse landen geen toegang gaf tot de Libische olievoorraad. Hij hield ook het Internationaal Monetair Fonds (IMF) en de Wereldbank buiten de deur.

Gaddafi was groot voorstander van de Beweging van Niet-Gebonden Landen, waarin landen zijn verenigd die tegen interventie door grootmachten in derdewereldlanden zijn. Onder Gaddafi hadden mensen toegang tot gratis huisvesting, gratis zorg en gratis onderwijs. De winst van de genationaliseerde olie-industrie werd verdeeld onder alle burgers, zelfs de Bedoeïenen in de woestijn, aldus Espiritu.

Professor Chengu schreef hierover het volgende: "Onder Gaddafi hadden de Libiërs niet alleen toegang tot gratis zorg en onderwijs, maar ook elektriciteit was gratis en mensen konden renteloos lenen. Dankzij de interventie door de NAVO staat de gezondheidszorg nu op instorten en zijn stroomstoringen in Tripoli aan de orde van de dag."

Arabische Lente

"Zelfs de Mensenrechtenraad van de VN prees de bevordering van rechten voor vrouwen onder Gaddafi," ging Chengu verder. "Toen de kolonel in 1969 aan de macht kwam gingen er maar weinig vrouwen naar de universiteit. Vandaag de dag is bijna de helft van alle studenten in Libië vrouw."

Volgens professor Michel Chossudovsky van de Universiteit van Ottawa was de Arabische Lente niet bedoeld om het Midden-Oosten te helpen bij de overgang naar democratie, maar draaide deze revolutie om olie en oorlog. De oorlog tegen terrorisme, zo zegt hij, heeft vooral te maken met oliepijpleidingen en imperialistische hegemonie.

Daarom zal niet Libië, maar de Amerikaanse militaire maffia profiteren van de Arabische Lente en de verwoestende oorlog tegen terrorisme, voegde professor Espiritu toe.
Professor Garikai Chengu is als Midden-Oostendeskundige verbonden aan de Harvard-universiteit. Michel Chossudovsky is als hoogleraar economie werkzaam voor de Universiteit van Ottawa. Henry Francis B. Espiritu is hoogleraar filosofie en Aziëstudies aan de University of the Philippines.

Bron:
GlobalResearch