Internationaal Gerechtshof
© Thilo Schmuelgen/ ReutersFOTOBESTAND: Het Internationaal Gerechtshof (ICJ) in Den Haag, 11 jan. 2024.
Het hoogste Gerechtshof van de Verenigde Naties heeft woensdag grote delen van een zaak verworpen die Oekraïne had aangespannen tegen Rusland, dat tien jaar geleden separatistische rebellen in het oosten van het land zou hebben gefinancierd en de multi-etnische gemeenschap van de Krim zou hebben gediscrimineerd na de annexatie van het schiereiland.

Het Internationaal Gerechtshof oordeelde dat Moskou de bepalingen van twee verdragen heeft geschonden - een verdrag over de financiering van terrorisme en een ander over de uitbanning van rassendiscriminatie - maar verwierp op grond van deze verdragen nog veel meer vorderingen van Kiev.

Het verwierp het verzoek van Oekraïne dat Moskou herstelbetalingen zou moeten doen voor aanvallen in Oost-Oekraïne die worden toegeschreven aan pro-Russische Oekraïense rebellen, waaronder het neerhalen van vlucht 17 van Malaysia Airlines op 17 juli 2014, waarbij alle 298 passagiers en bemanningsleden om het leven kwamen.


Commentaar: Rusland was niet verantwoordelijk. Dit punt is des te opvallender als men bedenkt hoe Oekraïne in de afgelopen dagen een vliegtuig neerschoot dat 65 van zijn eigen soldaten vervoerde.


Moskou kreeg ook een berisping van het wereldtribunaal voor de kiezen toen het oordeelde dat Rusland een bevel van het Hof had geschonden door bijna twee jaar geleden een grootschalige invasie in Oekraïne uit te voeren.

De juridisch bindende definitieve uitspraak was de eerste van twee verwachte uitspraken van het Internationaal Gerechtshof in verband met het tien jaar durende conflict tussen Rusland en Oekraïne, dat bijna twee jaar geleden uitmondde in een totale oorlog.

Door Rusland gesteunde rebellen schoten het vliegtuig op 17 juli 2014 neer, waarbij alle 298 passagiers en bemanningsleden om het leven kwamen. Rusland ontkent betrokkenheid. In november 2022 veroordeelde een Nederlandse rechtbank twee Russen en een pro-Moskou Oekraïner voor hun rol bij de aanslag en veroordeelde hen bij verstek tot een levenslange gevangenisstraf. Nederland en Oekraïne hebben Rusland inzake MH17 ook aangeklaagd bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

Tijdens hoorzittingen vorig jaar zei een advocaat voor Oekraïne, David Zionts, dat de pro-Russische strijdkrachten in Oost-Oekraïne "burgers aanvielen als onderdeel van een campagne van intimidatie en terreur. Russisch geld en wapens voedden deze campagne."

Het Hof oordeelde echter dat volgens het verdrag uit 1999 het verzenden van wapens en andere uitrusting niet als financiering van terrorisme kan worden beschouwd.


Commentaar: Als ze anders zouden hebben geoordeeld, dan zouden het westen en de junta in Kiev schuldig zijn.


"De vermeende levering van wapens aan verschillende gewapende groepen die actief zijn in Oekraïne en de vermeende organisatie van training voor leden van die groepen vallen buiten de materiële werkingssfeer" van het verdrag, aldus de voorzitter van de rechtbank, Joan E. Donoghue.

Een andere advocaat voor Oekraïne, Harold Koh, stelde tijdens de hoorzittingen van vorig jaar dat Rusland op de Krim "probeerde de multi-etnische gemeenschap die de Krim voor Ruslands interventie kenmerkte, te vervangen door discriminerend Russisch nationalisme."

Advocaten voor Rusland drongen er bij het wereldtribunaal op aan om de zaak te verwerpen met het argument dat de acties van pro-Moskou rebellen in Oost-Oekraïne niet als terrorisme konden worden aangemerkt.

Het Hof oordeelde dat Rusland had nagelaten de beschuldigingen van Oekraïne over vermeende terroristische daden te onderzoeken, maar verwierp alle andere vorderingen van Kiev over schendingen van het Verdrag ter bestrijding van de financiering van terrorisme.

Daarnaast oordeelde het Hof dat Moskou het Verdrag inzake de uitbanning van rassendiscriminatie heeft geschonden door het onderwijs in de Oekraïense taal te beperken en door een verbod te handhaven op de Tartaarse volksvertegenwoordiging die Mejlis wordt genoemd.

Het Hof zal vrijdag uitspraak doen over de bezwaren van Rusland tegen de bevoegdheid van het Hof in een andere zaak, die kort na de inval van Russische troepen op 24 februari 2022 door Oekraïne aanhangig werd gemaakt. De aanklacht stelt dat Moskou de aanval lanceerde op basis van verzonnen beschuldigingen van genocide. Het Hof heeft al een voorlopig bevel uitgevaardigd dat Rusland de invasie moet stoppen, maar Moskou heeft dit bevel naast zich neergelegd.

Het Internationaal Gerechtshof heeft de afgelopen weken ook een zaak behandeld die was aangespannen door Zuid-Afrika, waarin Israël wordt beschuldigd van het plegen van genocide in Gaza. Rechters vaardigden vorige week voorlopige maatregelen uit, waarbij Israël wordt opgeroepen alles in het werk te stellen om dood, verderf en genocide binnen het conflict te voorkomen.

Zie: https://www.pbs.org/newshour/world/international-court-of-justice-rejects-most-of-ukraines-terror-financing-and-discrimination-case-against-russia