Een groot deel van het moderne voedselsysteem werd gevormd door grote agroconcerns als Monsanto (nu Bayer) en Cargill, gigantische voedingsbedrijven zoals Nestlé, Pepsico en Kellog's en, meer recent, institutionele beleggers zoals BlackRock, Vanguard en State Street.
Voor bedrijven als BlackRock, die zowel in voeding als in farma investeren, vormt het aanzwengelen van een systeem dat steeds meer gebaseerd is op ultrabewerkt voedsel met de bijbehorende goedkope en ongezonde ingrediënten, een garantie voor winst.
GIFTIGE ROTZOOI
Bedenk dat 85 miljoen Amerikaanse burgers iedere dag fastfood eten. Veel schoollunches worden hoofdzakelijk verzorgd door verscheidene ketens. Elke dag worden er zo'n 30 miljoen schoolmaaltijden aan kinderen geserveerd. Voor miljoenen kansarme kinderen in de VS zijn deze maaltijden hun enige toegang tot voeding.
In 2022 gaven Moms Across America (MAA) en Children's Health Defense (CHD) opdracht tot het testen van schoollunches en ontdekten dat 5,3 procent hiervan kankerverwekkend, hormoonverstorend en leverziekte veroorzakend glyfosaat bevatte; 74 procent bevatte ten minste één van de 29 schadelijke pesticiden; er werden vier diergeneesmiddelen en hormonen aangetroffen in negen van de 43 geteste maaltijden; en alle lunches bevatten zware metalen op niveaus die tot 6.293 keer hoger waren dan de maximale niveaus die het US Environmental Protection Agency toestaat in drinkwater. Bovendien was het merendeel van de maaltijden abominabel arm aan voedingsstoffen.
Als follow-up besloot MAA, een non-profitorganisatie, onlangs met steun van CHD en de Centner Academy, om de top tien van populairste merken van fastfoodmaaltijden uitgebreid te laten testen op 104 van de meest gebruikte diergeneesmiddelen en hormonen.
Het Health Research Institute testte 42 fastfoodmaaltijden op 21 locaties verspreid over heel Amerika. Deze top tien van geteste merken bestond uit McDonald's, Starbucks, Chick-fil-A, TacoBell, Wendy's, Dunkin' Donuts, Burger King, Subway, Domino's en Chipotle.
De bruto jaaromzet van deze bedrijven gezamenlijk bedraagt 134.308.000.000 dollar.
In tien geteste monsters van fastfood werden drie diergeneesmiddelen en hormonen aangetroffen. Eén monster van Chick-fil-A bevatte Nicarbazine, een anticonceptiemiddel en antiparasiticum dat verboden is.
Ongeveer 60 procent van de monsters bevatte het antibioticum Monesine, dat door de Amerikaanse Food and Drug Administration niet wordt toegestaan voor menselijk gebruik en waarvan is aangetoond dat het ernstige schade kan aanrichten wanneer het door mensen wordt geconsumeerd.
40% bevatte het antibioticum Narasine. Volgens MAA blijkt uit dierstudies dat deze stof onder andere anorexia, diarree, dyspneu, depressie, ataxie, ligproblemen en de dood veroorzaakt.
Monensine en Narasine zijn antibiotische ionoforen, die bij extreem lage concentraties giftig zijn voor paarden en honden, waardoor hun achterbenen disfunctioneren. Ionoforen veroorzaken gewichtstoename bij vlees- en melkvee en worden daarom veel gebruikt, maar veroorzaken ook "acute cardiale rhabdomyocytaire degeneratie en necrose," volgens een onderzoeksdocument uit 2017 dat werd gepubliceerd in Reproductive and Developmental Toxicology (Second Edition).
Jarenlang werden ionoforen ook gebruikt om coccidiose bij pluimvee te bestrijden. Verkeerd gebruik van ionoforen kan echter leiden tot toxiciteit met aanzienlijke klinische symptomen. Onderzoeken tonen aan dat ionoforen vooral myocardiale en skeletspiercellen aantasten.
Alleen Chipotle en Subway vertoonden geen detecteerbare niveaus van diergeneesmiddelen en hormonen.
Naar aanleiding van deze bevindingen heeft MAA haar ernstige bezorgdheid geuit over de gevaren voor mensen, vooral kinderen, die onbewust onvoorgeschreven antibiotische ionoforen tot zich nemen. De non-profit organisatie vraagt zich af of de bijwerkingen van deze ionoforen bij honden en paarden, waardoor hun achterpoten niet meer goed functioneren, verband houden met miljoenen Amerikaanse burgers die lijden aan het rustelozebenensyndroom en neuropathie. Deze aandoeningen bij mensen waren slechts een generatie of twee geleden nog grotendeels onbekend.
Een zorgwekkend anticonceptiemiddel (voor ganzen en duiven), een antiparasiticum genaamd Nicarbazine, dat na jarenlang gebruik verboden werd, werd aangetroffen in monsters van broodjes van Chick fil-A.
De directeur van MAA, Zen Honeycutt, concludeert:
De impact op miljoenen Amerikanen, vooral kinderen en jonge volwassenen, die dagelijks een bekend dierlijk anticonceptiemiddel consumeren, is verontrustend. Met toenemende onvruchtbaarheidsproblemen staat de reproductieve gezondheid van deze generatie in het licht van deze resultaten voor ons centraal."Volgens MAA is het niet uitzonderlijk dat miljoenen inwoners van de VS elke dag fastfood eten voor ontbijt, lunch of avondeten, of zelfs alle drie de maaltijden. Schoollunches worden vaak verzorgd door fastfoodleveranciers en zijn veelal de enige maaltijden die kansarme kinderen krijgen, waardoor deze een belangrijk onderdeel uitmaken van de voeding die de meeste kinderen binnenkrijgen.
Blootstelling aan hormonen door het consumeren van geconcentreerd veevoer (CAFO's) kan in verband worden gebracht met het vroegtijdig optreden van de puberteit, miskramen, het vaker voorkomen van tweelingen en voortplantingsproblemen. Deze hormonen worden in verband gebracht met kanker, zoals borstkanker en baarmoederkanker, voortplantingsproblemen en ontwikkelingsproblemen bij kinderen.
Hoe kan het dan dat voedsel - iets dat bedoeld is om het leven te voeden en in stand te houden - nu zo giftig is geworden?
BEÏNVLOEDING DOOR HET BEDRIJFSLEVEN
Een deel van het antwoord heeft te maken met de invloed van een handvol voedselconglomeraten, die het voedselbeleid bepalen en de markt domineren.
Recente onderzoeken hebben bijvoorbeeld ultrabewerkte voedingsmiddelen als ijs, koolzuurhoudende dranken en kant-en-klaarmaaltijden in verband gebracht met een slechte gezondheid, waaronder een verhoogd risico op kanker, gewichtstoename en hartaandoeningen. Wereldwijd stijgt de consumptie van deze producten enorm, terwijl in Groot-Brittannië en de VS deze ultrabewerkte voedingsmiddelen nu meer dan de helft uitmaken van het gemiddelde eetpatroon.
Eind september suggereerde men op een persconferentie in Londen echter dat consumenten zich niet al te veel zorgen moeten maken over ultrabewerkt voedsel. Na deze persvoorlichting meldde de krant The Guardian dat drie van de vijf wetenschappers die zitting hadden in het deskundigenpanel tijdens de voorlichting en die hadden geopperd dat ultrabewerkte voedingsmiddelen ten onrechte worden gedemoniseerd, banden hadden met 's werelds grootste fabrikanten van deze producten.
De persvoorlichting zorgde voor verschillende positieve krantenkoppen over ultrabewerkt voedsel, waaronder "Ultrabewerkte voedingsmiddelen net zo goed als zelfgemaakte producten, zeggen experts" en "Ultrabewerkte voedingsmiddelen kunnen soms beter voor je zijn, beweren experts."
The Guardian meldde dat drie van de vijf wetenschappelijke experts in het panel financiële steun voor onderzoek hadden ontvangen van fabrikanten van ultrabewerkt voedsel, of sleutelposities bekleden bij organisaties die door deze bedrijven worden gefinancierd. Tot de fabrikanten behoren Nestlé, Mondelēz, Coca-Cola, PepsiCo, Unilever en General Mills.
Professor Janet Cade (Universiteit van Leeds) vertelde tijdens de persvoorlichting dat het meeste onderzoek dat wijst op een verband tussen ultrabewerkt voedsel en een slechte gezondheid, geen oorzaak en gevolg kan aantonen, en voegde eraan toe dat verwerking kan helpen om voedingsstoffen te behouden. Cade is voorzitter van de adviescommissie van de British Nutrition Foundation, waarvan McDonald's, British Sugar en Mars leden afkomstig uit het bedrijfsleven zijn. De stichting wordt gefinancierd door bedrijven als Nestlé, Mondelēz en Coca-Cola.
Ook professor Pete Wilde (Quadram Institute) verdedigde ultrabewerkte voedingsmiddelen en vergeleek deze gunstig met zelfgemaakte producten. Wilde ontving steun voor zijn onderzoek van Unilever, Mondelēz en Nestlé.
Professor Ciarán Forde (Universiteit Wageningen) vertelde tijdens de persvoorlichting dat het advies om ultrabewerkt voedsel te vermijden "het risico inhoudt, dat voedingsmiddelen die heilzaam zijn voor de voeding worden gedemoniseerd." Forde werkte eerder voor Nestlé en heeft financiële steun ontvangen voor onderzoek van bedrijven als PepsiCo en General Mills.
Ondanks wat de door de industrie gefinancierde wetenschappers beweren, werd een verhoogde consumptie van ultrabewerkt voedsel in verband gebracht met meer dan 10 procent van het aantal vroegtijdige, te voorkomen sterfgevallen door alle oorzaken in 2019 in Brazilië, volgens een collegiaal getoetste studie uit 2022 die werd gepubliceerd in het tijdschrift American Journal of Preventive Medicine.
In rijke landen, zoals de VS, Canada, Groot-Brittannië en Australië, zijn ultrabewerkte voedingsmiddelen goed voor meer dan de helft van de totale calorie-inname. Brazilianen consumeren veel minder van deze producten dan landen met hoge inkomens. Dit betekent dat de impact nog groter zou zijn in rijkere landen.
In een rapport uit 2016 van de onderzoeks- en campagnegroep Corporate Europe Observatory (CEO), werd opgemerkt dat obesitas het snelst toeneemt onder de laagste sociaaleconomische groepen. Dat komt omdat energierijk voedsel met een lage voedingswaarde goedkoper is dan voedingsmiddelen met een hogere voedingswaarde.
Toentertijd gaven de belangrijkste brancheorganisaties, bedrijven en lobbygroepen op het gebied van suikerhoudende voedingsmiddelen en dranken samen naar schatting 21,3 miljoen Euro per jaar uit om bij de EU te lobbyen.
Een van de bekendste dekmantelgroepen voor de industrie met wereldwijde invloed is het International Life Sciences Institute (ILSI). In januari 2019 onthulden twee publicaties van Harvard-professor Susan Greenhalgh in het British Medical Journal en in het Journal of Public Health Policy de invloed van ILSI op de Chinese regering met betrekking tot kwesties rond obesitas.
Een mediabericht uit 2017 meldde dat ILSI-India actief werd geraadpleegd door het belangrijkste beleidsvormende orgaan van India - Niti Aayog. Het bestuur van ILSI-India werd gedomineerd door voedsel- en drankbedrijven. De groeiende invloed van ILSI valt samen met de toename van obesitas, hart- en vaatziekten en diabetes in India.
In 2020 onthulde een studie die werd gepubliceerd in Public Health Nutrition details over welke bedrijven deze groep financieren.
Uit het concept van ILSI-Noord-Amerika's belastingaangifte over 2016, blijkt dat er een bijdrage van 317.827 dollar werd ontvangen van PepsiCo, alsook bijdragen van meer dan 200.000 dollar van Mars, Coca-Cola en Mondelez en bijdragen van meer dan 100.000 dollar van General Mills, Nestlé, Kellogg, Hershey, Kraft, Dr. Pepper Snapple Group, Starbucks Coffee, Cargill, Unilever en Campbell Soup.
Professor Janet Cade verkondigde op een recent gehouden persconferentie in Londen, dat mensen om een groot aantal redenen afhankelijk zijn van bewerkte voedingsmiddelen; als deze zouden worden verwijderd, zou dit een enorme verandering in de voedselvoorziening vereisen. Ze voegde eraan toe dat dit voor de meeste mensen onhaalbaar zou zijn en mogelijk zou leiden tot verdere stigmatisering en schuldgevoelens bij mensen die afhankelijk zijn van bewerkte voedingsmiddelen, waardoor verdere ongelijkheid voor kansarme groepen zou worden bevorderd.
Hoewel een deel van de oplossing ligt in het aanpakken van armoede en afhankelijkheid van junkfood, moet de focus juist liggen op het ter discussie stellen van de macht die wordt uitgeoefend door een kleine groep voedselconcerns en het terugschroeven van de enorme subsidies die in het agrofoodsysteem worden gepompt, die zorgen voor enorme winsten voor bedrijven terwijl slechte voeding, een slechte gezondheid en voedselonzekerheid in de hand worden gewerkt.
We hebben een gezonder voedselsysteem nodig dat menselijke behoeften centraal stelt, in plaats van winstbejag door bedrijven. Dit zou het versterken van lokale markten betekenen, prioriteit geven aan korte toeleveringsketens van boer tot bord en ondersteuning van onafhankelijke kleine biologische boeren (die gestimuleerd worden om een meer divers aanbod van voedingsrijke gewassen te verbouwen) en kleinschalige winkeliers.
Zeggen dat het uitbannen van ultrabewerkte voedingsmiddelen zou resulteren in het ontzeggen van toegang tot goedkoop, betaalbaar voedsel voor de armen, is hetzelfde als zeggen dat je ze maar vergif moet laten eten.
Gezien de omvang van het probleem kan verandering niet van de ene op de andere dag worden bereikt. Maar een langdurig voedselbeleid (tot 2045) zou het voedselsysteem kunnen transformeren, een strategie die wordt beschreven in een rapport uit 2021 van het International Panel of Experts on Sustainable Food Systems en de ETC Group.
Meer mensen zouden zich hiermee bezig moeten houden en het moeten uitdragen tijdens persvoorlichtingen. Maar dat zou kunnen leiden tot het dichtdraaien van geldkraan.
Zie: https://off-guardian.org/2023/10/16/fast-food-graveyard-sickened-for-profit/
Reacties van Lezers
voor onze Nieuwsbrief