Inslag
© Randall Carlson Newsletter - March 2024
Vorige maand, in het februarinummer van de Kosmographia Nieuwsbrief van 2024, berichtte ik over nieuw onderzoek dat een serie grootschalige vulkanische gebeurtenissen, waaruit de Centraal-Atlantische magmatische provincie (CAMP) en de Siberische Trappen ontstonden, in verband bracht met periodes van massa-extincties. Op 8 februari werd er nog een wetenschappelijk onderzoeksdocument gepubliceerd in het tijdschrift Global and Planetary Change, dat de correlaties tussen massa-extincties met gigantische vulkaanuitbarstingen en catastrofale kosmische inslagen verder ondersteunt. De hoofdauteur van het document is Michael Rampino, die al tientallen jaren een vooraanstaande rol speelt in het onderzoek naar catastrofale gebeurtenissen die zich in onze geschiedenis hebben voorgedaan. Ik volg zijn werk al sinds het begin van de jaren 1980 en heb veel respect voor hem omdat hij als wetenschapper bereid is om verder dan de gevestigde denkmodellen met betrekking tot de aardse geschiedenis te denken. De samenvatting van het document begint met:

"We ontdekten dat grootschalige vulkanische afzettingen (large igneous province (LIP)-vulkanisme), voornamelijk continentale vloedbasalten (CFB's), samen met de grootste buitenaardse inslagen significante correlaties vertonen met massa-extinctiegebeurtenissen ten tijde van het Phanerozoïcum. De data van de 6 grote mariene massa-extincties (≥ 40% extinctie van geslachten) over de afgelopen 541 miljoen jaar ̶ het Laat-Ordovicium (~444 Ma), Laat-Devoon (~ 372 Ma), Laat-Guadalupien (~259 Ma), Laat-Perm (~ 252 Ma), Laat-Trias (~201 Ma), en Laat-Krijt (66 Ma) - zijn significant gecorreleerd met hoge kwaliteit zirkoon U-Pb - en 40Ar/39Ar dateringen van 6 continentale vloedbasalten (CFBs) ̶ de Cape St. Mary's, Viluy, Emeishan, Siberisch, CAMP en de Deccan Traps."

Zirkoon U-Pb datering (Uranium-lood) is een veelgebruikte methode voor het dateren van metamorfe gesteenten, waarbij meestal een thermische ionisatie-massaspectrometer wordt gebruikt. Zirkoon wordt gebruikt omdat het, wanneer het zich vormt, uranium- en thoriumatomen in zijn kristalstructuur opneemt, maar lood afstoot, dus als lood in een zirkoonkristal wordt aangetroffen, is het radiogeen, wat betekent dat het door radioactief verval ontstaat. Met argondatering kunnen argonisotopen van een enkele mineraalkorrel worden gemeten. De verhouding tussen Argon 40 en Argon 39 levert de leeftijd van het monster op.

De extincties die we hierboven noemden, worden beschouwd als belangrijke gebeurtenissen uit de geschiedenis van het leven op aarde. Er hebben ook een aantal minder ernstige extincties plaatsgevonden, hoewel deze gebeurtenissen wat moeilijker te onderscheiden zijn in de geologische/paleontologische gegevens. Toch kan er een verband worden gelegd tussen deze uitstervingen en vulkaanuitbarstingen en kosmische inslagen.

Rampino et al. leggen uit:

"Bovendien vielen de dateringen van 6 geringere uitstervingen (15% tot 25% uitsterving van mariene geslachten) op 94 Ma, ~124 Ma, ~134 Ma, ~183 Ma, ~290 Ma en ~510 Ma ook samen met 6 goed gedateerde CFB-uitbarstingen (de Madagaskar-, HALIP-, Parana/Etendeka-, Karoo/Ferrar-, Panjal- en Kakarindji-vloedbasalten).

Ik heb de namen van de basaltuitbarstingen genoemd, zodat lezers deze kunnen opzoeken voor meer informatie. In het kort: de Madagaskar-vloedbasalten werden gevormd tijdens het late Krijt en, zoals de naam al doet vermoeden, worden op het eiland Madagaskar aangetroffen. HALIP staat voor High Arctic Large Igneous Province, is ook uit het Krijt afkomstig en komt voor op de Canadese Arctische eilanden.

Rampino en collega's leggen uit dat:

"De vier grote mariene massa-extincties van de afgelopen 300 miljoen jaar (sinds het ontstaan van niet-mariene gewervelde dieren) gedateerd op 66, 201, 252 en ~ 260 Ma, en een geringere extinctie op ~ 290 Ma, gingen blijkbaar alle gepaard met samenvallende periodes van uitsterving van niet-mariene gewervelde dieren, wat wijst op ernstige wereldwijde milieucrises als oorzaak van de samenvallende mariene en niet-mariene extincties."

De twee meest voorgestelde oorzaken voor deze massa-extincties uit de geschiedenis van de aarde zijn vulkanisme en grote buitenaardse inslagen. Grootschalige vulkaanuitbarstingen, waarbij meer dan een miljoen kubieke kilometer basaltisch magma wordt uitgestoten, kunnen op wereldwijde schaal hyperthermie/anoxie in de oceanen veroorzaken, samen met extreme verzuring van de oceanen en het op grote schaal vrijkomen van broeikasgassen. De uitstoot van stratosferische sulfaataërosolen kan het begin van een "vulkanische winter" veroorzaken, terwijl de ozonlaag ernstig wordt aangetast, wat resulteert in verhoogde UV-B-straling. Gezien de opsomming van rampzalige gevolgen van grootschalig vulkanisme is het geen wonder dat dit gepaard gaat met massale sterfte van soorten, zowel in zee als op het land. Hetzelfde geldt voor grote inslaggebeurtenissen die enorme bosbranden op wereldschaal kunnen veroorzaken, vergezeld van een uitstoot van roet en zwevende deeltjes op een schaal die een "inslagwinter" kan doen ontstaan.

Hieronder ziet u een grafiek met zowel grote als "geringere" uitstervingen en hun nauwe correlatie tussen de vorming van grootschalige vulkanische afzettingen en buitenaardse inslagen. De rode sterren geven het tijdstip van de inslagen aan.

Extincties
© Randall Carlson Newsletter -March 2024
In hun conclusies herhalen Rampino en collega's dat verbeterde dateringstechnologie voor massa-extincties, buitenaardse inslagen en vulkanisme ertoe heeft geleid dat een correlatie voor meer dan 99,99 procent betrouwbaar is. Het bewijs ondersteunt nu dus de conclusie dat zowel endogene verschijnselen (afkomstig van binnenuit de aarde) als exogene verschijnselen (afkomstig van buiten de aarde) verantwoordelijk zijn geweest voor de grote veranderingen in het leven op aarde. Het is op dit moment overduidelijk dat catastrofale gebeurtenissen de belangrijkste invloed hebben gehad op de evolutie van het leven op aarde. Wat ook steeds duidelijker wordt, is dat er zoveel catastrofale gebeurtenissen hebben plaatsgevonden dat we ze niet meer kunnen tellen. Hoewel veel van deze meer kleinschalige gebeurtenissen misschien niet zo ernstig waren dat ze een massa-extinctie veroorzaakten, konden ze niettemin ingrijpende gevolgen hebben voor de stabiliteit of het overleven van de menselijke beschaving. In feite is het nu vrijwel zeker dat natuurrampen het uitsterven van menselijke beschavingen kunnen veroorzaken, en hebben veroorzaakt, door de geschiedenis heen, en dat er geen reden is om aan te nemen dat dergelijke rampen in de toekomst niet zullen plaatsvinden. De vraag is niet of, maar wanneer.

Gezien de hysterie over antropogene klimaatverandering en de enorme verspilling van grondstoffen en menselijk kapitaal aan destructieve, eindeloze oorlogen en alle andere zaken die de aandacht van de mensheid afleiden, kunnen we ons afvragen of we wel voorbereid zullen zijn op de volgende catastrofe waar de natuur ons mee zal confronteren.

Referentie:

Zie: Rampino, Michael R., Ken Caldeira, Sedelia Rodriquez (2024) Sixteen mass extinctions of the past 541 My correlated with 15 pulses of Large Igneous Province (LIP) volcanism and the 4 largest extraterrestrial impacts: Global and Planetary Change, Vol. 234, Feb. 8, pp 1-14, doc. 104369.

Zie: https://randallcarlson.com/newsletter/