In de volgende hoofdstukken zullen we verschillende taxonomische terminologieën tegenkomen zoals soort, geslacht en orde. Laten we dit verduidelijken met twee voorbeelden van classificatie van de mens en de boterbloem:

Comparative taxonomy of human and buttercup
Vergelijkende taxonomie van mens en boterbloem
Elke levensvorm kan dus in de taxonomische boom worden ingedeeld volgens de zeven taxa waartoe het behoort: soort, geslacht, familie, orde, klasse, phylum en koninkrijk. In feite ligt het iets ingewikkelder dan dat, met talrijke subcategorieën zoals subphylum of subfamilie, maar voor onze doeleinden heeft deze verdere gedetailleerde onderverdeling weinig zin.

Na deze korte inleiding komen we bij het hoofdonderwerp: massa-extincties. In tegenstelling tot wat het graduele uniformitarianistische denkmodel leert, waar de gevestigde wetenschap aan vasthoudt, toont de geschiedenis van onze planeet een terugkerend patroon van catastrofale vernietiging.

Massa-extincties door catastrofes vormen niet zozeer uitzonderingen, maar veeleer de regel. Tot nu toe heeft de aarde officieel 5 grote massa-extincties doorstaan:

- Ordovicium - Siluur-extinctie, die 450 - 440 miljoen jaar geleden plaatsvond[1]. Hierbij werd 60% tot 70% van alle soorten uitgeroeid[2].

- Laat-Devonische-extinctie die 375 - 360 miljoen jaar geleden plaatsvond en waarbij minstens 70% van alle soorten werd uitgeroeid[3].

- Perm - Trias-extinctie van 252 miljoen jaar geleden, waarbij 90% tot 96% van alle soorten[4] uitstierven. Dit is de meest bekende grootschalige extinctie[5].

- Trias - Jura-extinctie van 201 miljoen jaar geleden, waarbij circa 70% van alle soorten verdween[6].

- Krijt - Paleogeen-extinctie van 66 miljoen jaar geleden, waarbij de dinosauriërs werden uitgeroeid. In totaal werd zo'n 75% van alle soorten uitgeroeid[7].

De vijf grote extincties
© The five major extinctions​
Het aantal van vijf massa-extincties is willekeurig en nogal behoudend. Eigenlijk heeft onze planeet veel meer meegemaakt dan die vijf massa-extincties die gewoonlijk in de gangbare literatuur worden erkend, als men de volgende gebeurtenissen meerekent:

- De bovengenoemde Laat-Devonische massa-extinctie bestaat in feite uit drie verschillende extincties[8]: deTaghanische-gebeurtenis, de Kellwasser-gebeurtenis en de Hangenberg-gebeurtenis verspreid over bijna 30 miljoen jaar, zoals aangegeven door de drie zwarte stippen in het diagram hieronder.

- De drie grote uitstervingen in het Cambrium[9], zoals aangegeven door de drie zwarte pijlen in onderstaand diagram. De laatste was de Cambrium - Ordovicium-extinctie van ca. 488 miljoen jaar geleden. Het werd voorafgegaan door de minder gedocumenteerde Dresbachische-extinctie van ca. 502 miljoen jaar geleden, die ongeveer 40% van de mariene geslachten uitroeide[10] en de Laat-Botomische-extinctie van ca. 517 miljoen jaar geleden, waarbij tot 80% van de mariene geslachten verdween[11].

- De Midden-Ordovicische-extinctie, ook wel bekend als de Ordovicische-Meteoor-Gebeurtenis[12], vond plaats rond 467 miljoen jaar geleden en roeide zo'n 15% van de geslachten uit. Deze wordt door de witte pijl in onderstaande grafiek weergegeven.

- De Laat-Silurische-extinctie, ook bekend als de Silurische-Devonische grens. Bestaat uit drie kleinschalige extincties die dicht bij elkaar liggen, namelijk de Lau-gebeurtenis van ca. 424 miljoen jaar geleden[13], de Mulde-gebeurtenis van ca. 427 miljoen jaar geleden[14] en de Ireviken-gebeurtenis van ca. 433 miljoen jaar geleden. Deze drie gebeurtenissen veroorzaakten enorme uitstervingen onder conodonten[15], graptolieten[16] en trilobieten[17].

- De uitsterving die bekend staat als de late Midden-Perm-extinctie van ca. 270 miljoen jaar geleden, zoals weergegeven door de lichtgrijze pijl, die ongeveer 20 miljoen jaar voorafging aan de Perm-Trias-extinctie en tussen de 25 en 47% van de geslachten wegvaagde[18].

- De tientallen mildere extincties die de grote extincties afwisselden:
  • de Laat-Eoceen extinctie[19] van ca. 34 miljoen jaar geleden, die 60% van de Afrikaanse primaten uitroeide[20]
  • de Cenomanische-Turonische-grensgebeurtenis[21] van ca. 93 miljoen jaar geleden, zoals aangegeven door de gradiëntpijl in onderstaand diagram. Deze gebeurtenis veroorzaakte de ondergang van verschillende soorten dinosauriërs en het uitsterven van 27% van de ongewervelde zeedieren[22]
  • de Jura-Krijt-extinctie[23] van ca. 145 miljoen jaar geleden, die leidde tot het uitsterven van zo'n 15% van de soorten
  • de Carboon-Perm-extinctie van ca. 305 miljoen jaar geleden, ook wel bekend als de ineenstorting van het Carboon-regenwoud[24], aangegeven door de donkergrijze pijl in onderstaand diagram
  • de Midden-Carboon-extinctie[25] van ca. 325 miljoen jaar geleden, die resulteerde in de uitsterving van zo'n 25% van de geslachten
  • de Laat-Silurische-extinctie[26] van ca. 420 miljoen jaar geleden, die vooral de brachiopoden[27] en conodonten[28] trof.
- De uitstervingen van vóór het Cambrium. Volgens onderzoeker Andrew Rhys Jones vonden vóór het Cambrium (ca. 540 miljoen jaar geleden) vier massa-extincties plaats:
Voorafgaand aan de evolutie van macroscopische meercellige eukaryoten en de eerste metazoïden, hebben er mogelijk vier massa-extincties plaatsgevonden van een onbekend aantal prokaryotische en microscopische eukaryotische soorten (Elewa & Joseph, 2009, Joseph 2009a). Deze worden aangeduid als de Paleoproterozoïcum- (2,3 tot 1,8 miljard jaar geleden), de Sturt (725 tot 670 miljoen jaar geleden), de Marino/Gaskiers- (640 tot 580 miljoen jaar geleden) en de Ediacaran-extincties (540 miljoen jaar geleden), en met uitzondering van de laatste waren deze elk gerelateerd aan wereldwijde perioden van langdurige ijstijden die zich over miljoenen jaren ontwikkelden.[29]
Als men de hierboven beschreven uitstervingen meetelt, komt het werkelijke aantal massa-extincties die onze planeet heeft meegemaakt niet op 5, maar waarschijnlijk op 20 à 30 uit.

Enkele getallen kunnen het verbazingwekkende tempo van vervanging van levensvormen weergeven: volgens schattingen hebben er tussen de 5 en 50 miljard soorten op aarde geleefd, terwijl de mens slechts van zo'n 50 miljoen daarvan bewijzen heeft gevonden[30]. Op basis van deze cijfers is ongeveer 99,9% van alle soorten die ooit op aarde hebben geleefd nu verdwenen. Een deel van deze 99,9% aan uitstervingen vond plaats tijdens de massa-extinctie, zoals wordt geïllustreerd door het verschil tussen de uitstervingsgraad tijdens de massa-extinctie (15-50%) en de achtergrond-uitstervingsgraad van ongeveer 4% in onderstaand diagram:

Uitstervingsgraad (% van geslachten) over de afgelopen 542 miljoen jaar.​
© Creative Commons​Uitstervingsgraad (% van geslachten) over de afgelopen 542 miljoen jaar.
[1] Miljoen jaar geleden
[2] Baez, John. (2006). "Extinction". University of California, Riverside, Department of Mathematics
[3] Briggs, Derek; Crowther, Peter R. (2008). "Palaeobiology II". John Wiley & Sons. p. 223
[4] Baez, 2006.
[5] Ibid
[6] Ibid
[7] Raup, D.; Sepkoski Jr, J. (1982). "Mass extinctions in the marine fossil record". Science. 215 (4539): 1501 - 03.
[8] Britannica, The Editors of Encyclopaedia. (2021). "Devonian Period". Encyclopedia Britannica
[9] National Geographics Editors. (2020). "The Cambrian Period". National Geographics
[10] David P.G. Bond et al. (2017). "On the causes of mass extinctions". Palaeogeography, Palaeoclimatology, Palaeoecology, Volume 478, Pages 3-29.
[11] Signor, Philip W. (1992). "Taxonomic diversity and faunal turnover in the Early Cambrian: Did the most severe mass extinction of the Phanerozoic occur in the Botomian stage?". The Paleontological Society Special Publications. 6: 272.
[12] Korochantseva, Ekaterina; et al. (2007). "L-chondrite asteroid breakup tied to Ordovician meteorite shower by multiple isochron 40 Ar- 39 Ar dating". Meteoritics & Planetary Science. 42 (1): 113 - 130.
[13] Urbanek, A. (1993). "Biotic crises in the history of Upper Silurian graptoloids: a palaeobiological model". Historical Biology. 7: 29 - 50.
[14] Jeppsson, L.; Calner, M. (2007). "The Silurian Mulde Event and a scenario for secundo — secundo events". Earth and Environmental Science Transactions of the Royal Society of Edinburgh. 93 (02): 135 - 154.
[15] Jarochowska et al. (2017). "Harnessing stratigraphic bias at the section scale: Conodont diversity in the Homerian (Silurian) of the Midland Platform, England". Palaeontology. 61: 57 - 7
[16] Urbanek, A. (1993). "Biotic crises in the history of Upper Silurian graptoloids: a palaeobiological model". Historical Biology. 7: 29 - 50.
[17] Munnecke, A. et al. (2003). "The Ireviken Event in the lower Silurian of Gotland, Sweden-relation to similar Palaeozoic and Proterozoic events". Palaeogeography, Palaeoclimatology, Palaeoecology. 195 (1): 99 - 124.
[18] Hecht, Jeff . (2014). "Missing' disaster led to all-time worst extinction". New Scientist
[19] Prothero, D. R. (1994). "The Late Eocene-Oligocene Extinctions". Annual Review Of Earth And Planetary Sciences, Volume 22, pp. 145-165.
[20] Dorien de Vries et al. (2021) "Widespread loss of mammalian lineage and dietary diversity in the early Oligocene of Afro-Arabia", Communications Biology
[21] Martin A. Pearce et al. (2009). " The Cenomanian - Turonian boundary event, OAE2 and palaeoenvironmental change in epicontinental seas: New insights from the dinocyst and geochemical records". Palaeogeography, Palaeoclimatology, Palaeoecology, Volume 280, Issues 1 - 2, Pages 207-234
[22] New Scientist Editors (2008). "Submarine eruption bled Earth's oceans of oxygen". New Scientist.
[23] Tennant, J.P. et al. (2017), "Biotic and environmental dynamics through the Late Jurassic - Early Cretaceous transition: evidence for protracted faunal and ecological turnover". Biol Rev, 92: 776-814.
[24] Sahney, S. et al. (2010). "Rainforest collapse triggered Pennsylvanian tetrapod diversification in Euramerica". Geology, 38 (12): 1079 - 1082.
[25] W. B. Saunders, W.H.C. Ramsbottom. (1986). The mid-Carboniferous eustatic event. Geology, 14 (3): 208 - 212.
[26] Calner, Mikael. (2005). "A Late Silurian extinction event and anachronistic period". Geology, 33. 10.1130/G21185.1.
[27] Colloquial called sea shells. Phylum containing about 400 living species grouped into over 120 genera.
[28] Extinct group of vertebrates resembling eels.
[29] Jones, Andrew. (2009), "The Next Mass Extinction: Human Evolution or Human Eradication". Journal of Cosmology, Vol 2, pp. 316-333.
[30] Prothero, Donald. (2013). "Bringing Fossils to Life: An Introduction to Paleobiology". Columbia University Press.