Fosiel
Voor de Belgische kust is een uniek fossielenkerkhof ontdekt. Dat meldt het Vlaams Instituut voor de Zee. Daaruit blijkt dat er 45.000 jaar geleden tijdens de laatste ijstijd een kolonie van een honderdtal walrussen leefde aan onze kust. Dat is de meest zuidelijke plek waar die dieren ooit geleefd hebben. Nu leven walrussen alleen in het hoge noorden.
De vondsten zijn gedaan naast de vaargeul Scheur voor de haven van Zeebrugge. Het onderzoek is een samenwerking van Vlaamse en Nederlandse wetenschappers aan boord van het Vlaamse onderzoeksschip Simon Stevin.

De afgelopen 25 jaar waren er al toevalsvondsten door Nederlandse vissers en recent sloegen het Vliz de handen in elkaar met het Natuurhistorisch Museum Rotterdam (NMR) om twee gezamenlijke proefvaartochten met de RV Simon Stevin te doen. Dat resulteerde in enkele opmerkelijke vondsten.

De vindplaats blijkt een kolonie walrussen te herbergen met resten van minstens 50-100 dieren, goed voor ongeveer de helft van alle vondsten van walrusskeletdelen in de Noordzee. Het is de meest zuidelijke vindplaats ter wereld uit het Pleistoceen, het tijdvak van 2,58 miljoen tot 11.700 jaar geleden. Naar verwachting dateren de beenderen van 116.000 tot 12.000 jaar geleden.

Daarnaast zijn er nog vondsten van zeezoogdieren gevonden, mogelijk van een soort die nog nooit aangetroffen was. Die zouden dateren van 40 miljoen jaren geleden, vanuit het eoceen. Naast acht resten van walrussen troffen de onderzoekers ook botfragmenten aan van wild paard, oeros of steppenwisent en van een ree. Tenslotte werd ook een fossiele naaldboomkegel en heel wat schelpenmateriaal verzameld.

Gerichte boringen zullen in de nabije toekomst meer zicht moeten geven op de geologische opbouw en uitgestrektheid van de bewuste lagen.

Canvas
© Canvas
Fosiel3
© Canvas
fosiel4
© Canvas