Eisenhower quote
© QuotesGram
"Van alle vijanden van de openbare vrijheid is oorlog misschien wel de meest gevreesde, omdat het de kiem van alle andere omvat en ontwikkelt. Oorlog is de ouder van legers; hieruit ontstaan schulden en belastingen... bekende instrumenten om de velen onder de heerschappij van de weinigen te brengen. Geen natie kan zijn vrijheid behouden temidden van voortdurende oorlogsvoering."
- James Madison
Oorlog is de vijand van vrijheid.

Zolang Amerikaanse politici ons blijven betrekken in oorlogen die de natie ten gronde richten, onze militairen in gevaar brengen, de kans op terrorisme en terugslag in eigen land vergroten en de natie nog dichter bij een uiteindelijke ineenstorting brengen, zullen "wij het volk" ons in een voortdurende staat van tirannie bevinden.

De tijd is aangebroken dat de Amerikaanse regering ophoudt de wereld te controleren.

Deze meest recente crisis - Amerika's aandeel in de krachtmeting tussen Rusland en Oekraïne - volgt op de voet van een lange reeks andere crises, al dan niet gefabriceerd, die steevast plaatsvonden om de Amerikanen afgeleid, misleid, geamuseerd en geïsoleerd te houden van de voortdurende aantasting van onze vrijheden door de regering.

En zo gaat het op Orwelliaanse wijze voort.

Twee jaar nadat COVID-19 de wereld in een staat van globaal autoritarisme bracht, net nu de tolerantie van het volk voor hardhandige mandaten eindelijk lijkt te zijn uitgewerkt, worden we klaargestoomd voor de volgende afleiding en de volgende aderlating voor onze economie.

Maar de wereld controleren en eindeloze oorlogen voeren in het buitenland maakt Amerika - of de rest van de wereld - niet veiliger, het maakt Amerika zeker niet opnieuw groots, en het steekt de V.S. ontegenzeggelijk dieper in de schulden. Zelfs als we vandaag een einde zouden maken aan alle militaire bemoeienis van de regering en alle troepen naar huis zouden sturen, zou het nog tientallen jaren duren voordat we de prijs van deze oorlogen zouden hebben terugbetaald en de schuldeisers van de regering op afstand kunnen houden.

Oorlog is een enorme winstgevende onderneming geworden en de Amerikaanse regering, met haar omvangrijke militaire imperium, is een van zijn beste kopers en verkopers.

Wat de meeste Amerikanen - die gehersenspoeld zijn om te geloven dat patriottisme betekent dat je de oorlogsmachine steunt - niet inzien is dat deze voortdurende oorlogen weinig te maken hebben met het veilig houden van het land en alles met het overeind houden van een militair-industrieel complex, dat bijna elk aspect van ons leven blijft domineren, dicteren en vormgeven.

Overweeg dit eens: Wij zijn een militaire cultuur die voortdurend oorlog voert. We zijn al bijna ons hele bestaan een natie in oorlog. We zijn een natie die leeft van het doden door middel van defensiecontracten, wapenproductie en eindeloze oorlogen.

Ook worden we gevoed met een gestaag dieet van geweld door middel van ons vermaak, nieuws en politiek.

Al het militaire materiaal dat in kaskrakerfilms te zien is, wordt geleverd - op kosten van de belastingbetaler - in ruil voor zorgvuldig geplaatste reclamespotjes.

Toen ik als jongen opgroeide in de jaren 1950, eindigde bijna elke klassieke sciencefictionfilm met de heldhaftige Amerikaanse militairen die de wereld redden, of het nu ging om gevechtstanks in Invaders from Mars (1953) of militaire wegversperringen in Invasion of the Body Snatchers (1956).

Wat ik als schooljongen toen niet wist, was de mate waarin het Pentagon betaalde om als Amerika's redder te worden gecast. Tegen de tijd dat mijn eigen kinderen opgroeiden, was het Jerry Bruckheimers kaskraker Top Gun - gemaakt met hulp en materiaal van het Pentagon - die de burgerlijke trots op het leger aanwakkerde.

Nu zijn mijn kleinkinderen aan de beurt om onder de indruk te raken van op kinderen gerichte militaire propaganda. En dan heb ik het nog niet eens over de oorlogspropaganda van de speelgoedfabrikanten. Zelfs reality tv-shows zijn hierbij betrokken, waarbij het entertainmentbureau van het Pentagon bijdraagt aan de verkoop van oorlog aan het Amerikaanse publiek.

Naar schatting hebben Amerikaanse militaire inlichtingendiensten (waaronder de NSA) invloed uitgeoefend op meer dan 1.800 films en TV-shows.

Voorts is er het groeiende aantal videospelletjes, waarvan er een aantal door of voor het leger zijn ontworpen, die de spelers vertrouwd hebben gemaakt met interactief oorlogsspel door middel van militaire simulaties en first-person shooter-scenario's.

Zo maak je een bevolking vertrouwd met oorlog.

Zo kweek je loyaliteit aan een oorlogsmachine. Zo leer je, om met de ondertitel van de film Dr. Strangelove uit 1964 te spreken, een natie "ophouden zich zorgen te maken en van de bom te houden".

Zo schrijft journalist David Sirota in Salon:
"[S]amenspanning tussen het leger en Hollywood - inclusief het toestaan aan ambtenaren van het Pentagon om scripts te bewerken - neemt weer toe, met nieuwe televisieprogramma's en films waarin de Navy SEALs worden geprezen....grote Hollywood regisseurs zijn maar al te blij om hun films ideologisch in precies die pro-oorlog, pro-militaristische richting te draaien die het Pentagon eist in ruil voor door de belastingbetaler gesubsidieerde toegang tot militair materieel."
Waarom wil het Pentagon (en de CIA en de regering in het algemeen) Hollywood zo graag gebruiken als propagandamachine?

Voor hen die profiteren van oorlog, is het - zoals Sirota onderkent -
"een 'product' dat verkocht moet worden door middel van via popcultuurproducten die de oorlog zuiveren en zo de rekruteringscijfers opkrikken....In een tijd waarin steeds meer Amerikanen vraagtekens zetten bij de grondbeginselen van het militarisme (d.w.z. begrotingsverwoestende defensie-uitgaven, oorlogen/bezettingen zonder einde, enz.), zijn militaire ambtenaren wanhopig om de publieke opinie weer in een pro-militaristische richting te krijgen - en zij weten dat popcultuur het meest effectieve middel is om dat doel te bereiken."
De media, die graag hogere kijkcijfers willen behalen, zijn net zo medeplichtig geweest aan het beter verteerbaar maken van (echte) oorlog voor het publiek door het te verpakken als iets dat geschikt is voor uitzending op TV.

Professor Roger Stahl noemt dit de voorstelling van een "schone oorlog": een oorlog "zonder slachtoffers, zonder lichamen, en zonder lijden":
"'Ontmenselijking van vernietiging' door alle menselijke beelden uit doelgebieden te halen ... De taal die gebruikt wordt om de schone oorlog te beschrijven is net zo steriel als de beelden.

"Bombardementen zijn 'luchtaanvallen'. Een toekomstige bombardementenplek is een 'gelegenheidsdoelwit'. Onbewapende gebieden zijn 'zachte doelwitten'. Burgers zijn 'nevenschade'. Vernietiging is altijd 'chirurgisch'.

"Over het algemeen heeft de schone oorlog de menselijkheid van burgers van het scherm geveegd... Creëer voorwaarden waardoor oorlog kort, abstract, gezuiverd en zelfs esthetisch mooi lijkt. Minimaliseer elk gevoel van dood: van soldaten of burgers."
Zo verkoop je oorlog aan een bevolking die wellicht moe is geworden van eindeloze oorlogen: ontdoe de oorlogsverslaggeving van alles wat grafisch of ontmoedigend is (presenteer een schone oorlog), verdoezel het feitelijke aantal soldaten en burgerslachtoffers (menselijke kosten), giet het vermoorden van mensen in een meer abstracte, beter verteerbare vorm (zoals een jacht), demoniseer je tegenstanders en maak van de oorlogswapens een bron van verwondering en verrukking.

Stahl legt uit:
"Deze obsessie met oorlogswapens heeft een naam: technofetisjisme. Wapens lijken een magisch aura aan te nemen. Ze worden het middelpunt van een cultus van verering.

"Behalve ons vergapen aan de grootsheid van deze bommen, werden we ook uitgenodigd om in deze hightech machines te stappen en er een rondje mee te rijden. Of als we de middelen hebben, kunnen we een van de militaire voertuigen op de consumentenmarkt kopen. We worden niet alleen uitgenodigd om te fantaseren over hoe het is om achter het stuur te zitten, we worden ook stelselmatig uitgenodigd om door het vizier te kijken. Deze herhaalde beeldvorming van oorlog cultiveert nieuwe manieren van perceptie, nieuwe verhoudingen tot de instrumenten van staatsgeweld. Met andere woorden, we raken eraan gewend te 'kijken' door de machines van oorlog."
Om oorlog te verkopen, moet je de honger van het publiek naar vermaak stillen.

Niet tevreden met het verspreiden van oorlogspropaganda middels Hollywood, reality TV shows en journalisten die verslagen maken die overkomen als veredelde reclamespots voor het leger, wendde het Pentagon zich ook tot sport om zijn agenda verder te ontwikkelen "door de symbolen van sport te verbinden met de symbolen van oorlog."

Het leger heeft zich sindsdien stevig genesteld in de sportspektakels van het land, door voetbal, basketbal en zelfs NASCAR te coöpteren.

Zo houd je de honger van de natie naar oorlog in stand.

Geen wonder dat geweldsamusement het best verkochte ticket is aan de kassa. Zoals professor Henry Giroux opmerkt:
"Populaire cultuur handelt niet alleen in geweld als amusement, maar levert ook geweld aan een samenleving die verslaafd is aan een plezierprincipe dat is doordrenkt van grafische en extreme beelden van menselijk lijden, chaos en marteling."
Geen wonder dat de regering doorgaat met het opwekken van de honger van de natie naar geweld en oorlog door middel van betaalde propagandaprogramma's (verspreid door sportentertainment, Hollywood kaskrakers en videospelletjes) - wat Stahl "militainment" noemt - die het leger verheerlijken en dienen als rekruteringsinstrumenten voor Amerika's groeiende militaire imperium.

Geen wonder dat Amerikanen van jongs af aan worden klaargestoomd om zich aan te melden als voetsoldaten - zelfs virtuele - in America's Army (toevallig is dat ook de naam van een first person shooter videospel dat door het leger wordt geproduceerd). Explorer Scouts bijvoorbeeld zijn een van de populairste rekruteringsinstrumenten voor het leger en zijn civiele tegenhangers (rechtshandhaving, grenspatrouille en de FBI).

Geen wonder dat de Verenigde Staten de grootste consument, exporteur en pleger van geweld en gewelddadige wapens ter wereld is. Serieus, Amerika geeft meer geld uit aan oorlog dan de militaire budgetten van China, Rusland, het Verenigd Koninkrijk, Japan, Frankrijk, Saoedi-Arabië, India, Duitsland, Italië en Brazilië tezamen. Amerika bestuurt de hele wereld, met 800 militaire bases en troepen gestationeerd in 160 landen. Bovendien hebben de oorlogshaviken het Amerikaanse thuisland veranderd in een quasi-slagveld met militaire uitrusting, wapens en tactieken. Op hun beurt zijn de binnenlandse politiemachten dolende verlengstukken van het leger geworden - een permanent leger.

We hebben te maken met een geraffineerde, verreikende oorlogsmachine die zichzelf heeft ingevlochten in het weefsel van deze natie. Het is duidelijk dat onze nationale prioriteiten dringend aan een herziening toe zijn.

Uiteindelijk gaan alle militaire imperiums ten onder en falen doordat ze zichzelf te veel versnipperen en zichzelf te gronde richten door veel te veel uit te geven. Het gebeurde in Rome: op het hoogtepunt van zijn macht kon zelfs het machtige Romeinse Rijk niet opboksen tegen een ineenstortende economie en een ontluikend leger. Langdurige periodes van oorlog en valse economische voorspoed leidden grotendeels tot de ondergang.

Het gebeurt opnieuw. Het Amerikaanse Rijk - met zijn eindeloze oorlogen, gevoerd door Amerikaanse militairen die zijn gereduceerd tot weing meer dan huurlingen: uitbesteed, overbelast en uitgezonden naar verafgelegen plaatsen om de wereld te controleren - nadert een breekpunt.

De regering destabiliseert de economie, vernietigt de nationale infrastructuur door verwaarlozing en een gebrek aan middelen en verandert het geld van de belastingbetaler in bloedgeld met zijn eindeloze oorlogen, drone-aanvallen en stijgende dodentallen.

Dit is precies het scenario waar president Dwight D. Eisenhower voor waarschuwde toen hij de burger op het hart drukte niet toe te laten dat de op winst gerichte oorlogsmachine onze vrijheden of democratische processen in gevaar brengt. Eisenhower, die tijdens de Tweede Wereldoorlog als opperbevelhebber van de geallieerde strijdkrachten in Europa diende, was verontrust over de opkomst van de op winst gerichte oorlogsmachine die, om zichzelf in stand te houden, oorlog zou moeten blijven voeren.

Maar zoals Eisenhower inzag, zijn de gevolgen van het toestaan dat het militair-industrieel complex oorlog voert, onze middelen uitput en onze nationale prioriteiten dicteert, meer dan ernstig:
"Elk geweer dat wordt gemaakt, elk oorlogsschip dat te water wordt gelaten, elke raket die wordt afgevuurd, betekent in laatste instantie de diefstal van hen die honger lijden en niet te eten krijgen, van hen die het koud hebben en niet worden gekleed. Deze bewapende wereld geeft niet alleen geld uit. Zij geeft het zweet van haar arbeiders uit, de genialiteit van haar wetenschappers, de hoop van haar kinderen. De kosten van één moderne zware bommenwerper zijn gelijk aan een moderne school van baksteen in meer dan 30 steden. Het zijn twee elektriciteitscentrales, die elk een stad van 60.000 inwoners bedienen. Het zijn twee goede, volledig uitgeruste ziekenhuizen. Het is zo'n 50 mijl betonnen snelweg. We betalen één gevechtsvliegtuig met een half miljoen schepels tarwe. We betalen voor een enkele torpedojager met nieuwe huizen die meer dan 8.000 mensen hadden kunnen huisvesten. Dit, ik herhaal, is de beste manier van leven op de weg die de wereld is ingeslagen. Dit is helemaal geen manier van leven, in welke ware zin dan ook. Onder de wolk van dreigende oorlog, hangt de mensheid aan een kruis van ijzer."
We hebben geen gehoor gegeven aan Eisenhower's waarschuwing. De illegale fusie tussen de wapenindustrie en de regering, waar Eisenhower voor waarschuwde, is vandaag de dag misschien wel de grootste bedreiging voor de natie.

We hebben een samenvloeiing van factoren en invloeden die verder gaan dan louter vergelijkingen met Rome. Het is een samengaan van Orwells 1984 met zijn schimmige, totalitaire regering - d.w.z. fascisme, de vereniging van regering en bedrijfsmachten - en een volledige controlestaat met een militair imperium dat zich over de gehele wereld uitstrekt.

Zoals ik duidelijk maak in mijn boek Battlefield America: The War on the American People en in zijn fictieve tegenhanger The Erik Blair Diaries, is dit hoe tirannie opkomt en vrijheid ten onder gaat.

De groei van en het vertrouwen in militarisme als de oplossing voor onze problemen in binnen- en buitenland is een slechte zaak voor de grondwettelijke beginselen die de basis vormen van het Amerikaanse experiment inzake vrijheid.

Zoals auteur Aldous Huxley waarschuwde:
"Vrijheid kan niet gedijen in een land dat permanent op voet van oorlog staat, of zelfs bijna op voet van oorlog. Permanente crisis rechtvaardigt permanente controle van alles en iedereen door de centrale overheid."
Zie: https://www.rutherford.org/publications_resources/john_whiteheads_commentary/perpetual_tyranny_endless_wars_are_the_enemy_of_freedom