vluchtelingenkamp rafa gaza
© Saleh Salem/ReutersEen tentenkamp voor ontheemde Palestijnen in Rafah.
Terwijl de fascistische regering van Israël zich opmaakt om een massale invasie op de grond te beginnen om de stad Rafah in te nemen, worden er momenteel besprekingen gevoerd over het opzetten van 15 tentenkampen - elk met zo'n 25.000 tenten - verspreid over het zuidwestelijke deel van de Gazastrook, om onderdak te bieden aan de ruim één miljoen Palestijnen die hun heil in de stad hebben gezocht.

Deze tentensteden worden door de Verenigde Staten en Arabische despoten gefinancierd en gerund door de slager van Caïro, de Egyptische Abdel Fattah al-Sisi. Egypte en andere Arabische regimes stellen in feite de Israëlische premier Benjamin Netanyahu in staat om te beweren dat hij voor de "veilige doorgang" heeft gezorgd die hij zei te zullen bieden, zodat de geplande grondinvasie kan plaatsvinden. Zoals Netanyahu opnieuw verklaarde toen Israël een grootscheeps luchtbombardement op de stad uitvoerde, bestaat zijn werkelijke doel uit een "totale overwinning" - wat betekent dat hij zoveel mogelijk Palestijnen moet doden en de rest de woestijn in moet jagen.

Dat zulke voorstellen überhaupt ook maar met de Arabische regimes besproken kunnen worden, bevestigt dat hun medeplichtigheid aan Israëls genocidale offensief tegen Gaza, vanaf de eerste dag, nu is uitgegroeid tot een directe deelname aan de etnische zuivering door middel van een tweede Nakba.

Israël heeft al minstens 29.000 mensen omgebracht, voornamelijk vrouwen, kinderen en ouderen, duizenden anderen onder het puin bedolven en de ontheemding van zo'n 86 procent van de bevolking van Gaza bewerkstelligd - 1,7 miljoen van de 2,3 miljoen mensen. De meerderheid daarvan bevindt zich nu in Rafah, dicht bij de grens met Egypte, waar ze worden bedreigd met hongersnood, geen toegang hebben tot schoon water en medische zorg en gebukt gaan onder het dreigende vooruitzicht van uitroeiing.

Egypte: Israëls grenswacht

Egypte, de dichtstbevolkte Arabische staat met 104 miljoen inwoners en de belangrijkste frontlijnstaat, speelt al tientallen jaren een criminele rol als directe medeplichtige aan Israëls onderdrukking van de Palestijnen en als feitelijke grenswacht.

Sinds de ondertekening van een vredesverdrag met Israël in 1979 heeft Caïro zijn banden met Tel Aviv geïntensiveerd, aardgas uit Israël geïmporteerd voor raffinage en wederuitvoer, de beveiliging van hun gezamenlijke grens en de Gazastrook gecoördineerd, Israëls blokkade van Gaza gehandhaafd en het verkeer van mensen en goederen over zijn grenzen strikt beperkt nadat Hamas in 2007 de macht overnam. Egypte stond erbij en keek ernaar toen Israël moorddadige aanvallen uitvoerde op de belegerde enclave in 2008-9, 2012, 2014, de Grote Mars Terugkeer in 2018-19 en 2021.

Toen het Gaza-offensief in oktober begon, werd het "oorlogsvoorstel" van Israël om de 2,3 miljoen Palestijnen van Gaza de Egyptische Sinaïwoestijn in te drijven, beantwoord met een woedende reactie van Caïro. Niet uit bezorgdheid om de Palestijnen, maar vanwege wat Al-Sisi als "de existentiële bedreiging van Gaza voor de nationale veiligheid van Egypte" bestempelde. Als een miljoen Gazanen de grens zouden oversteken, zo waarschuwde hij, zou dit leiden tot een heropleving van de islamistische "strijdlust" in de Sinaï.

Wanneer Al-Sisi het heeft over een heropleving van de islamistische strijdlust, bedoelt hij een heropleving van de massale volksopstand die bekend staat als de Revolutie van 25 januari, die in 2011, op het hoogtepunt van de "Arabische Lente," een einde maakte aan het persoonlijke bewind van Mubarak. Op 3 juli 2013 kon de junta middels een militaire staatsgreep opnieuw de macht grijpen dankzij het politieke bankroet van de burgerlijk-liberale oppositie en hun pseudo-linkse aanhangers binnen de Revolutionaire Socialisten, die leiding gaven aan de anti-islamistische Tamarod-beweging waarmee het leger en zijn miljardairs de politieke weg voor de staatsgreep voorbereidden. Sindsdien heeft Al-Sisi alle kritiek op meedogenloze wijze de kop ingedrukt en het laatste wat hij wil is dat miljoenen ontheemde en woedende Palestijnen als spil gaan fungeren voor een bredere politieke oppositie tegen zijn regime, tegen het Amerikaanse imperialisme en al zijn bondgenoten in de regio.


Het leger heeft de betonnen grensmuur met Gaza al versterkt, prikkeldraad gespannen om te voorkomen dat Palestijnen de Sinaï oversteken en troepen plus 40 tanks langs de grens ingezet.

Tijdens een persconferentie op 18 oktober met de Duitse bondskanselier Olaf Scholz in Caïro stelde Al-Sisi dat Israël de Palestijnen van Gaza naar de Negev woestijn in plaats van de Sinaï zou kunnen verplaatsen, "totdat Israël in staat is om Hamas en de Islamitische Jihad te verslaan. Daarna zouden de Palestijnen kunnen terugkeren naar hun thuisland."

Er circuleren berichten waarin de Sinai Foundation for Human Rights wordt geciteerd en waarin wordt gemeld dat Egypte bezig is met de bouw van een ommuurd gebied van bijna 21 vierkante kilometer in het noorden van de Sinaï om onderdak te bieden aan Palestijnen die onder dwang uit Gaza werden verdreven, hoewel dit wordt omschreven als een "calamiteitenplan" voor het geval de Palestijnen erin zouden slagen de versterkte grens te doorbreken.


Commentaar: De grens zal niet worden doorbroken. De Gazanen hebben ondubbelzinnig verklaard dat ze liever sterven dan weer van hun land verdreven te worden. Israël zou hen met geweld de Sinaï in moeten drijven, met alle slachtpartijen die daarmee gepaard zullen gaan.



Maar waar de de facto concentratiekampen waarover wordt gesproken uiteindelijk ook worden opgezet, Egypte en de andere betrokken Arabische regimes geven groen licht voor massamoord in Rafah. Afgelopen zondag, met ongekend cynisme, lieten Egyptische ambtenaren aan Israël weten, in reactie op deze laatste voorstellen voor tentenkampen, dat ze geen bezwaar zouden hebben tegen een militaire operatie in Rafah zolang deze wordt uitgevoerd zonder Palestijnse burgers te schaden. Volgens Army Radio had Egypte nadrukkelijk berichten ontkend dat het zich zou terugtrekken uit de Camp David-akkoorden van 1979 als Israël Rafah zou aanvallen.

Alle olierijke despoten werken openlijk met Israël samen om het in staat te stellen zijn genocidale oorlog voort te zetten, en verstevigen zelfs hun banden om ervoor te zorgen dat Israël de oorlog ongehinderd kan voortzetten. Ze verhullen hun verraad met krokodillentranen om de benarde situatie van de Palestijnen in Gaza, steun voor de rechtszaak van Zuid-Afrika tegen Israël bij het Internationaal Gerechtshof en oproepen voor een spoedvergadering van de tandeloze VN-Veiligheidsraad die afhankelijk is van het veto van Washington, "om te voorkomen dat Israël een dreigende humanitaire ramp veroorzaakt waarvoor iedereen die de agressie steunt verantwoordelijk is."

Jordanië: Onderdrukking van Palestijnse protesten

Jordanië heeft de meest onverbloemde rol gespeeld in het onderdrukken van de oppositie tegen Israël. Het deelt een lange grens met Israël en vormt de thuisbasis van meer dan 2,2 miljoen geregistreerde Palestijnse vluchtelingen die daarheen werden verdreven door oorlogen tussen 1947 en 1967, en hun nakomelingen. Ongeveer de helft van de 11 miljoen inwoners is van Palestijnse afkomst, waarvan ongeveer twee derde het staatsburgerschap heeft gekregen, maar ze worden gediscrimineerd terwijl er nog steeds bijna 400.000 in 10 vluchtelingenkampen leven. Jordanië onderhoudt een toestand van "koude vrede" met Israël na een normaliseringsovereenkomst, die in 1994 tot stand kwam door toedoen van de Amerikaanse regering Clinton.

De Jordaanse regering heeft protesten langs de grens met de Westelijke Jordaanoever verboden en protesten tegen de oorlog van Israël tegen Gaza onderdrukt. Volgens Human Rights Watch (HRW) werden er meer dan 1.000 pro-Palestijnse demonstranten, die de Jordaanse regering opriepen om actie te ondernemen tegen Israël, "gearresteerd of lastiggevallen." Lama Fakih, HRW's directeur voor het Midden-Oosten, zei: "Jordaanse autoriteiten vertrappen het recht op vrije meningsuiting en vergadering om Gaza-gerelateerd activisme te onderdrukken."

Vorige week arresteerden de autoriteiten activist Khaled al-Natour, nadat hij berichten had gedeeld waarin hij opriep tot het opheffen van de blokkade tegen Gaza. Dit maakte deel uit van het verscherpte optreden van de regering tegen pro-Palestijnse activisten op grond van een controversiële nieuwe wet tegen cybercriminaliteit. Volgens Amnesty International geeft de vaag geformuleerde wet, die in augustus werd aangenomen, de regering enorme vrijheid om op te treden tegen de vrijheid van meningsuiting. De wet werd gebruikt om ten minste zes politieke activisten te arresteren en in staat van beschuldiging te stellen voor hun "posts op sociale media, waarin pro-Palestijnse sentimenten worden geuit of waarin kritiek wordt geuit op het beleid van de autoriteiten ten aanzien van Israël en waarin wordt opgeroepen tot algemene stakingen en protesten."

Arabische regimes houden de Israëlische economie draaiende

Samen met verschillende andere Arabische staten speelt Jordanië ook een centrale rol in het draaiende houden van de Israëlische economie tijdens de oorlog.

Volgens het Israëlische televisiekanaal Channel 13 vervoeren het in de Verenigde Arabische Emiraten gevestigde PureTrans FZCO en het in Israël gevestigde Trucknet, dat logistieke technologie levert aan de Arabische rederijen, essentiële goederen, waaronder voedsel, plastic, chemicaliën en elektronische apparaten en - onderdelen, tussen de haven van Jebel Ali in Dubai en de haven van Haifa via wegen die door Saoedi-Arabië en Jordanië lopen.

De route werd al voor het Gaza-offensief opgezet. In juni kondigde Miri Regev, de Israëlische minister van Transport en Verkeersveiligheid, plannen aan om de route te ontwikkelen, waarbij ze op X/Twitter verklaarde dat "het vervoer van goederen over land de tijd met 12 dagen zal verkorten en de bestaande wachttijd als gevolg van het kabelprobleem sterk zal verminderen. We gaan het doen en we zullen slagen." In september tekende Trucknet een vervoersovereenkomst met de VAE en Bahrein.

De plannen omvatten ook een nog overeen te komen spoorlijn, die de VAE met Israël verbindt via een hogesnelheidstrein tussen de noordelijke Israëlische stad Beit She'an en de zuidelijke havenstad Eilat aan de Rode Zee.

Deze route werd vooral sinds oktober van groter strategisch belang door de aanvallen van de Houthi's op de Israëlische scheepvaart in de Rode Zee, waardoor Israël de scheepvaartblokkade kon omzeilen en de 14-daagse zeeroute rond de Kaap kon worden teruggebracht tot vier dagen.

Zich terdege bewust van de grootschalige oppositie binnen zijn toch al onrustige bevolking tegen Israëls genocidale oorlog, ontkende Jordanië dat er goederen via zijn grondgebied naar Israël werden vervoerd. Maar televisiereportages waarin vrachtwagens uit de VAE te zien waren die Jordaans grondgebied overstaken om Israël te bereiken, brachten deze leugen aan het licht en ontketenden woede en demonstraties tegen de 'schaamteloze landbrug' van Jordanië naar Israël.


De Dubai-Haifa "landcorridor" werd in feite voor het eerst geopperd in 2017 door de Israëlische minister van Transport Yisrael Katz en benadrukt bij de ondertekening van de Abraham-akkoorden met de VAE en Bahrein in 2020 - en later met Soedan en Marokko - die een einde maakten aan de langdurige economische boycot van Israël door de deelnemers. Hiermee werden de economische banden van Israël met de Golfstaten, die lang verborgen waren gehouden, zichtbaar.

De akkoorden betekenden niet alleen de afschaffing van hun lang ter ziele gegane streven naar een "tweestatenoplossing," zelfs toen Netanyahu dreigde een derde van de Westelijke Jordaanoever te annexeren die sinds de Arabisch-Israëlische oorlog van 1967 illegaal door Israël wordt bezet. Het maakte de weg vrij voor handels- en investeringsovereenkomsten met Tel Aviv, vooral in wapens, technologie en cyberware, en de bredere economische integratie van Israël in de regio die clandestien op gang werd gebracht na de Oslo-akkoorden van 1993.

Saoedi-Arabië en de beoogde oorlog tegen Iran

Bahrein kon de akkoorden alleen ondertekenen met de stilzwijgende toestemming van zijn geldschieter in Saoedi-Arabië. Riyad is nu direct betrokken bij de Dubai-Haifa corridor als onderdeel van zijn pogingen om zoveel mogelijk toezeggingen van Washington los te krijgen, waaronder een defensieovereenkomst, de toezegging van "veiligheids"steun, wapens en gevechtsvliegtuigen en hulp bij een civiel nucleair programma, zelfs toen het zijn economische en politieke banden met China uitbreidde ter versterking van zijn onderhandelingspositie.

De landcorridor vormt een belangrijk aandachtspunt voor de Amerikaanse en Europese imperialistische machten. Het doel is om de Israëlische haven van Haifa te positioneren als een belangrijke toegangspoort tot Europa, de politieke en economische kaart van de regio te veranderen door de Rode Zee te omzeilen en de integratie van Israël in de economieën van de Golfstaten te bevorderen.

Haifa zou de spil moeten vormen van de India-Midden-Oosten-Europa Economische Corridor (IMEC), een groot transportinfrastructuurproject gericht op de integratie van India, de Golf en Europa, waarbij Iran wordt omzeild, wat India dichter bij het Amerikaanse imperialisme zou moeten brengen en tegenwicht moet bieden aan China's Nieuwe Zijderoute. De haven van Salalah in Oman, die nauwe banden met India onderhoudt, zou ook deel kunnen uitmaken van het nieuwe netwerk.

Het project waarbij Turkije, de grootste niet-olie-economie in het Midden-Oosten, wordt buitengesloten, heeft de woede van Ankara opgewekt. Volgens regeringsfunctionarissen loopt de meest geschikte route voor de oost-westhandel door Turkije en niet door Griekenland. Het ondermijnt ook het Suezkanaal in Egypte, dat al financiële verliezen lijdt door de omleiding van scheepvaart om de Kaap, waardoor de economische en sociale crisis in het land verergert.

De Arabische regimes zijn nu goed voor een kwart van Israëls 12,5 miljard dollar aan defensie-export. Leiders van de VAE hebben ook hun toewijding aan de Abraham-akkoorden bevestigd, waarbij de presidentiële adviseur van de VAE voor buitenlandse zaken, Anwar Gargash, vorige maand op een conferentie in Dubai verklaarde: "De VAE hebben een strategische beslissing genomen, en strategische beslissingen zijn voor de lange termijn."

De bilaterale goederenstroom nam van januari tot augustus 2023 explosief toe, van 11,2 miljoen dollar in 2019 tot 2 miljard dollar, exclusief software, volgens de Israëlische ambassadeur in de VAE. Door de vorig jaar in werking getreden partnerschapsovereenkomst tussen de VAE en Israël werden de tarieven verlaagd, met als doel de bilaterale handel binnen vijf jaar op te voeren tot 10 miljard dollar. Hoewel dit veel minder is dan de handel van Israël met de Europese Unie en Turkije, is dit toch beduidend meer dan de handel van Israël met Egypte en Jordanië.

Zoals Israëlische CEO's aan de Financial Times mededeelden, werd er te midden van de genocide in Gaza gewoon doorgegaan met zakendoen, waarbij nieuwe investeringsplannen groen licht kregen en de luchtvaartmaatschappij van de VAE haar vluchten naar Tel Aviv bleef uitvoeren, zelfs terwijl andere maatschappijen hun vluchten schrappen.

Hoewel Saoedi-Arabië nooit een "frontlijnstaat" was in het Arabisch-Israëlische conflict, vervulde het land een leidende rol bij het verbod in oktober 1973 van de Organisatie van Olie Exporterende Landen (OPEC) op de export van olie naar landen die Israël hadden gesteund tijdens de Arabisch-Israëlische oorlog van oktober 1973. De oorlog begon nadat Egypte en Syrië een verrassingsaanval op Israël hadden gelanceerd in een uiteindelijk mislukte poging om de gebieden terug te winnen die verloren waren gegaan tijdens de oorlog van 1967. Alleen Irak en Libië namen niet deel aan het olie-embargo, dat in maart 1974 werd opgeheven. Tegen die tijd was de olieprijs bijna verdrievoudigd, waardoor de rijkdom van de oliestaten en hun reactionaire politieke invloed in de regio enorm konden toenemen.

Vijftig jaar later wordt er geen melding gemaakt van een soortgelijk embargo ter verdediging van de 2,3 miljoen Palestijnen in Gaza, wat erop wijst dat de monarchieën Israëls oorlog steunen, gefinancierd en gepland door de regering Biden, om de Amerikaanse hegemonie over de grondstofrijke regio te handhaven en alle oppositie tegen Washington en zijn regionale bondgenoten en tegen hun eigen regime de kop in te drukken.

Israëls oorlog tegen Gaza heeft niets veranderd aan de langlopende pogingen van Washington om een deal tussen Israël en Saudi-Arabië tot stand te brengen over normalisering van de betrekkingen tussen de twee. Een mogelijke deal tussen Saoedi-Israël vormt een cruciaal onderdeel van de poging om het conflict in Gaza op te lossen, nu Riyad heeft aangegeven bereid te zijn om de besprekingen voort te zetten. De VS en Groot-Brittannië hebben van hun kant hun eerdere verzet tegen de oorlog van Riyad om de Houthi's in Jemen te verdrijven kracht bijgezet, door honderden luchtaanvallen op de Houthi's uit te voeren als reactie op de aanvallen van de Houthi's op schepen die gelinkt zijn aan Israël, met als doel druk op Israël uit te oefenen om zijn oorlog en blokkade van Gaza te beëindigen.

De Arabische regimes, die door hun bevolkingen worden geminacht, hebben een pact met de duivel gesloten: steun voor Israël - en impliciet voor het Amerikaanse imperialisme - in ruil voor de belofte van Washington om hun "veiligheid" te waarborgen in het geval van een nieuwe "Arabische lente" of volksopstand om hen af te zetten, en om oorlog te voeren tegen Iran, dat oppositiekrachten tegen hun heerschappij heeft gesteund, als onderdeel van de voorbereidingen voor een oorlog tegen China.

Zie: http://www.defenddemocracy.press/arab-regimes-collude-with-israels-genocide-and-ethnic-cleansing-of-gaza/