Afbeelding
© thinkstock
De praktijk van gedwongen kindhuwelijken is ook in België een realiteit. Dat bleek vandaag op een studiedag over het thema, georganiseerd door het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen, Plan België en de UGent-onderzoeksgroep International Centre for Reproductive Health (ICRH). "Velen denken, onterecht, dat dit een archaïsche praktijk is", zei Liesbet Stevens, adjunct-directeur van het Instituut. "Er is nood aan een globale strategie." Het ICRH bereidt een studie voor over het onderwerp, en het Instituut legt de verschillende regeringen binnenkort een nationaal actieplan voor.

Een Brusselse ngo tekende in 2013 10 casussen van gedwongen kindhuwelijken op. Een steward die met Roma werkt in Sint-Niklaas zegt dat van de 60 Roma-families die zij volgen er vijf een minderjarige bruid hebben geïmporteerd. De problematiek wordt vastgesteld zowel bij al langer in ons land verblijvende etnische minderheden als nieuwe migranten, Roma en Afghanen in het bijzonder.

Bij de politie zijn van 2010 tot eind 2013 56 klachten over een gedwongen huwelijk geregistreerd. "Maar zoals dat wel vaker het geval is in het geval van geweld tegen vrouwen en kinderen is er sprake van een onderrapportering", zegt professor Els Leye van ICRH. Tot een klacht bij de politie komt het zelden, uit schrik of uit loyaliteit voor de familie en/of de gemeenschap. Die schrik heeft echter verstrekkende gevolgen: psychologische problemen, geweld, isolement, financiële en integratieproblemen.

Uit de ICRH-studie blijkt dat professionals zich bovendien onvoldoende opgeleid voelen voor het herkennen van gedwongen huwelijken. Er is hierover wel wetgeving, maar die is onvoldoende bekend en de toepassing ervan blijft moeilijk.

In een nationaal actieplan dat het Instituut heeft opgesteld en dat nu wordt voorgelegd aan de verschillende regeringen worden een aantal aanbevelingen gedaan. Zo moeten er onder meer concrete instrumenten ontwikkeld worden om gedwongen huwelijken snel en adequaat op te sporen.