bare shelves
UIT FOTOBESTAND: Supermarkt in Duitsland tijdens het begin van de gekunstelde coronaviruscrisis 21.3.2020.
Terwijl de oorlog in Oekraïne voortwoedt, groeit de vrees voor de wereldwijde voedselzekerheid. Zelfs vanuit het relatief stabiele België voelen consumenten reeds de gevolgen. Dit keer zijn het de producenten die aan de alarmbel trekken.

Volgens Fevia, de federatie van de Belgische voedingsindustrie, is tot 40% van de voedingsproducenten in België van plan hun activiteiten tijdelijk stop te zetten of in te krimpen.

Zo'n 12% van de calorieën in de wereld is afkomstig van Oekraïense en Russische tarwe. Door de oorlog kunnen de Oekraïense boeren in de nabije toekomst hun gewassen wellicht niet oogsten, terwijl Rusland als reactie op internationale sancties de export van graan door middel van schepen heeft geblokkeerd.

Dit heeft ingrijpende gevolgen gehad voor de mondiale toeleveringsketen. Er wordt zelfs gevreesd dat de bevoorradingstekorten de hongersnood in kwetsbare gebieden van Afrika zou kunnen verergeren.


Commentaar: Sommigen denken misschien dat dit ver genoeg van hun bed is om voor hen geen probleem te zijn, maar zoals we hebben gezien met de impact van de oorlogen van het westen op het Midden-Oosten, zal dit waarschijnlijk het probleem van massamigratie verergeren.


Zware tijden in het verschiet

De handelsfederatie onderzocht 700 van haar bedrijfsleden om te zien hoe zij omgaan met de gevolgen van de oorlog in Oekraïne voor de toeleveringsketen. De resultaten zijn zorgwekkend te noemen.

Zo'n 50% van de Belgische voedingsproducenten kampt met een tekort aan ingrediënten zoals olie en meel, die nodig zijn voor de productie van hun voedingsmiddelen. Vorig jaar was raapzaadolie beschikbaar voor 750 Euro per ton. Nu kost dezelfde hoeveelheid 2.200 Euro - bijna drie keer zo veel.

Rond de 70% van de bedrijven heeft wijzigingen moeten aanbrengen aan hun producten of zal dat in de nabije toekomst moeten doen. De producten kunnen zelfs ietwat anders gaan smaken. De Belgische regering heeft producenten toegestaan vervangingsmiddelen te gebruiken voor ingrediënten waaraan een tekort is.

Zo mogen bijvoorbeeld producenten van diepvriesfriet of mayonaise nu alternatieve oliesoorten gebruiken, zoals pinda of soja, ook al komt dat niet overeen met wat er op het etiket vermeld staat.


Commentaar: Het risico dat producten worden vervalst met mogelijk schadelijke producten wordt groter, vooral wanneer het gaat om producten die geïmporteerd worden uit landen waar de regelgeving niet al te streng is. Dit soort problemen werden door de geschiedenis heen vastgesteld in tijden van onrust en instorting.


De Belgische consument heeft misschien ook gemerkt dat hij minder krijgt voor zijn geld. Producenten hebben moeite om hun kosten door te berekenen en verminderen daarom de totale hoeveelheid voedsel die ze produceren.

Dit staat bekend als "krimpflatie". Open bijvoorbeeld een zak chips en u zult merken dat er minder in de zak zit dan normaal, maar wel voor dezelfde prijs.

Zakken chips van het merk Doritos zijn sinds het begin van de oorlog aanzienlijk lichter geworden. Bij alle merken van Lays zijn er ongeveer 5 chipjes uit elke zak verdwenen.

Industrie in moeilijkheden

Hoewel de prognose voor de voedingsindustrie somber is, was dit niet altijd het geval. In 2021 kwam de sector er weer bovenop. De Belgische voedingsindustrie zorgde voor economische groei, met een totale omzet van 61,4 miljard euro. De sector voorzag de Belgen van bijna 100.000 banen.

Terwijl de sector zich begon te herstellen van de gevolgen van de pandemie, betekende dit geen verbetering van de winstgevendheid. Hoge bevoorradingskosten ten gevolge van de coronapandemie zijn vervangen door nog hogere kosten als gevolg van de oorlog in Oekraïne.


Commentaar: Men kan het niet echt een herstel noemen als het nauwelijks een jaar duurt.


"Gedurende de pandemie stonden veel voedingsbedrijven al met hun rug tegen de muur door tekorten aan grondstoffen en de sterke stijging van de kosten voor materialen, energie, verpakking en transport," verklaarde Anthony Botelberge, voorzitter van Fevia.

De prijs van tarwe is sinds februari met meer dan 50% gestegen. De EU betrekt tot 45% van al haar plantaardige oliën uit Oekraïne, en daar is nu een tekort aan.

Energie-intensief

De voedingsindustrie is energie-intensief en het conflict in Oekraïne heeft de facturen explosief doen stijgen. Ongeveer 50% van de Belgische voedingsproducenten zag hun rekeningen verdubbelen, meer dan een derde zag ze verdriedubbelen.

"Begin dit jaar leek het erop dat we die vlammen eindelijk zouden kunnen doven, maar de oorlog in Oekraïne heeft het vuur jammer genoeg weer aangewakkerd. Als we deze kosten niet kunnen doorberekenen, zal het niet langer rendabel zijn om te blijven produceren," waarschuwde de deskundige uit de branche.


Commentaar: Merk op dat Rusland Europa blijft voorzien van alle energie waarvoor het bereid is te betalen, en eind vorig jaar bood het zelfs langlopende energiecontracten aan tegen gereduceerde tarieven. Bovendien was er de voltooide Nord Stream II-pijpleiding, maar zwichtend voor Amerikaanse druk wees Europa de ongelooflijk genereuze aanbiedingen af.


Fevia stelt dat supermarkten "niet erg open staan voor het bespreken van prijsverhogingen," waardoor het voor fabrikanten moeilijk is om kosten door te berekenen. "Dit is een stresstest voor de gehele voedselketen... In deze extreem moeilijke omstandigheden kunnen we hier alleen samen doorheen komen," aldus Botelberge.


Commentaar: Supermarktketens zijn zo groot en machtig dat ze in wezen samenwerken met regeringen en het laatste wat de regering wil is dat burgers zich bewust worden van de dreigende voedseltekorten.


De voedselproductiesector roept nu op tot meer overheidssteun, waaronder nog meer flexibiliteit in de etiketteringswetgeving, waardoor bedrijven kunnen besparen op grondstoffen en tekorten kunnen opvangen.

Fevia verzekert dat dit niet ten koste zal gaan van de voedselveiligheid.

Zie: https://www.brusselstimes.com/215878/40-of-belgian-food-producers-to-halt-or-reduce-activity