DE AARDIGE IMPERIALISTEN
Britse Rijk
© Off-Guardian
Halverwege de 19e eeuw raakte het Britse Rijk verzeild in wat tegenwoordig een "public relations crisis" zou worden genoemd.

Invloedrijke binnenlandse stemmen uitten op ethische gronden kritiek op het industriële systeem en de wereldwijde overheersing, met name de kunstcriticus John Ruskin.

Hij schreef dat het enige dat hij in het hart van wat een grote beschaving zou zijn had aangetroffen, was "krankzinnige religie, verloederde kunst, genadeloze oorlog, naargeestig gezwoeg, weerzinwekkende pleziertjes, en ijdele of verachtelijke hoop."[1]

Het gebrek aan publieke steun voor het rijk in eigen land door de golf van "Little Englander"-sympathieën, dreigde ook invloed te hebben op de manier waarop de activiteiten van Groot-Brittannië in het buitenland werden beschouwd.

Carroll Quigley schrijft dat het succes van het Britse rijk deels te danken was aan "zijn vermogen om zich aan de wereld te presenteren als de verdediger van de vrijheden en rechten van kleine naties en van diverse sociale en religieuze groepen."[2].

Daarom werd besloten, door een machtige groep rond Cecil Rhodes en Lord Milner, samen met aristocraten als Lord Esher, Lord Rothschild en Lord Balfour[3], om de vorm en het aanzien van de economische invloedssfeer van Groot-Brittannië te herzien.

Geleidelijk aan werden de bezittingen van de Kroon aangemoedigd om zogenaamd onafhankelijke naties te worden, ofschoon ze duidelijk onder controle van Groot-Brittannië bleven staan, en uiteindelijk, na de Tweede Wereldoorlog, werd Het Rijk omgedoopt tot " Het Gemenebest", waarvan de huidige vlag bovenaan deze pagina te zien is.

Patricia Scotland
© Winter OakPatricia Scotland
In haar voorwoord bij een zeer handige verzameling van verklaringen van het Gemenebest uit 2019, schrijft de huidige secretaris-generaal van het Gemenebest, Patricia Scotland[4]:
De Verklaring van Londen van 1949 markeert de opening van een nieuwe beweging die de vertrouwde harmonie handhaaft, maar deze ontwikkelt op manieren die nooit eerder werden uitgeprobeerd - de transformatie van een rijk in een wederzijds ondersteunende familie van naties en volkeren. Het was deze korte maar visionaire verklaring die de basis vormde voor het Gemenebest dat wij heden ten dage kennen"
Vandaag de dag zijn we zeer vertrouwd met de dubbelhartige taal van macht, die voortdurend wordt gebruikt om de onverteerbare waarheid voor het publiek te verbergen.

Of het nu gaat om groenwassen door bedrijven, oorlogszuchtige "humanitaire interventies" of censuur vermomd als "fact-checking", dit cynische misbruik van woorden is de satire van George Orwells leugenachtige Ministerie van Waarheid allang ontstegen.

Inmiddels betreft dit een wereldwijd fenomeen, maar Groot-Brittannië kan met trots terugkijken op zijn leidende rol in de ontwikkeling van dit frauduleuze met gespleten tong spreken.

De zelfverklaarde toewijding van het Britse Rijk aan "de bescherming en vooruitgang van de inheemse rassen" [5] weerhield het er niet van om in 1919 in Amritsar het vuur te openen op ongewapende Indiase onafhankelijkheidsbetogers die Gandhi steunden, waarbij 379 mensen om het leven kwamen, [6] of om massamoord, marteling en concentratiekampen te gebruiken om de anti-imperialistische Mau Mau opstand in Kenia tussen 1948 en 1955 neer te slaan.
Brits Bloedbad
© Winter Oak
De zelfingenomen verdediger van de wereldwijde vrijheid aanvaardde de opkomst van Hitler-Duitsland, veroordeelde (in het openbaar) en tolereerde (in het geheim) tegelijkertijd Mussolini's invasie van Ethiopië in 1935 en deed er alles aan om het verzet tegen Franco's extreem-rechtse staatsgreep in Spanje in 1936 te belemmeren, ondanks de overweldigende steun van het eigen publiek voor de andere kant.

"De houding van Groot-Brittannië was zo doortrapt dat ze nauwelijks te ontwarren valt,"[7] schrijft Quigley over deze periode. "De motieven van de regering waren duidelijk niet dezelfde als de motieven van het volk, en in geen enkel land zijn geheimhouding en anonimiteit zo ver doorgevoerd of zo goed bewaard gebleven als in Groot-Brittannië."[8]

In de ruim 70 jaar van zijn bestaan heeft het Gemenebest deze officiële praktijk van manipulatief en deugd signalerend taalgebruik met trots voortgezet.

Al in 1944 verklaarde de jonge entiteit: "Wij streven geen voordelen voor onszelf na ten koste van anderen. Wij wensen het welzijn en de sociale vooruitgang van alle naties en dat zij elkaar helpen om betere tijden tegemoet te gaan."[9]
Een ethiek van geweldloosheid moet de kern zijn van alle inspanningen om vrede en harmonie in de wereld te verzekeren"
In 1971 beweerde het Gemenebest op absurde wijze "zich te verzetten tegen alle vormen van koloniale overheersing"[10] en in 1983 had deze nieuwe knuffelversie van het Britse Rijk zelfs het lef om aan te kondigen, dat "een ethiek van geweldloosheid de kern moet vormen van alle inspanningen om vrede en harmonie in de wereld te verzekeren."[11]

Alles wat het in 2002 wilde was "een betere wereld voor onze kinderen,"[12] waarbij secretaris-generaal Scotland de afgelopen jaren bevestigde dat het doel puur en alleen was "om een meer gelijke, rechtvaardige en vreedzame wereld op te bouwen"[13] en "om praktische vooruitgang te boeken voor het welzijn van allen."[14]

In haar fantasievolle framing is het Gemenebest, dat 54 landen en 2,5 miljard mensen omvat, geen rijk maar "een bruisend geopolitiek ecosysteem."[15]

En, volgens het eigen handvest is het Gemenebest "een dwingende kracht voor het goede", gewijd aan "internationaal begrip en wereldvrede."

Hetzelfde document beschrijft de organisatie echter ook als "een effectief netwerk voor samenwerking en voor het bevorderen van ontwikkeling" en hier vangen we een glimp op van de realiteit achter de rooskleurige woordenstroom.
Leiders van het Gemenebest
© Off-Guardian
Hetzelfde geldt voor een verklaring uit 2003, waarin de leiders van het Gemenebest (hier afgebeeld) zich ertoe verbonden "ontwikkeling en democratie te versterken, door partnerschap voor vrede en welvaart."[16]

Door gebruik te maken van allitererende combinaties hebben de auteurs van deze tekst kennelijk de indruk willen wekken, dat "ontwikkeling en democratie" slechts twee zijden van dezelfde medaille zijn, net als "vrede en welvaart".

Maar dit is niet meer dan een verbale manipulatie en de vier woorden kunnen misschien beter worden herschikt als een contrast tussen de idealistische verpakking van "democratie en vrede" en de essentiële inhoud van "ontwikkeling en welvaart" - termen die, hoewel zelf eufemismen, ons wijzen in de richting van de werkelijke kern van de agenda van het Gemenebest.

Het behoeft geen betoog dat "ontwikkeling" vanuit het gezichtspunt van het Gemenebest een goede zaak is en het houdt zelfs in dat er zoiets als "ontwikkeling ten gunste van de armen" bestaat.[17]

Evenzo wordt globalisering, dat slechts de uitbreiding van hetzelfde proces is, niet gezien als de oorzaak van de wereldwijde ellende, maar als de magische "oplossing" voor het "probleem" dat "armoede" wordt genoemd.

"De voordelen van globalisering moeten breder gedeeld worden," benadrukte een verklaring van het Gemenebest in 2002.[18]

Het Gemenebest vertelt mensen graag dat ze arm en "onderontwikkeld" zijn en dat ze ten onrechte worden beroofd van wat het "het recht op ontwikkeling" noemt.[19]

Gustavo Esteva
© Winter OakGustavo Esteva.
Maar dit is, zoals de Mexicaanse activist Gustavo Esteva aangaf, "een manipulatieve truc om mensen te betrekken in strijd om datgene te bewerkstelligen wat de machtigen hen willen opleggen."[20]

Hij voegt daaraan toe: "De metafoor van ontwikkeling gaf wereldwijde hegemonie aan een zuiver westerse genealogie van de geschiedenis, waardoor volkeren van verschillende culturen beroofd werden van de mogelijkheid om de vormen van hun sociale leven te bepalen."[21]

Op dezelfde manier wordt "duurzame ontwikkeling" gepresenteerd als een extra "oplossing" voor de aantasting van het milieu, die het gevolg is van de oorspronkelijke "ontwikkeling ten gunste van de armen".

Echter, zoals Esteva opmerkte, "duurzame ontwikkeling is expliciet opgevat als een strategie voor het in stand houden van 'ontwikkeling', niet voor het ondersteunen van de bloei en het voortbestaan van een oneindig gevarieerd natuurlijk en sociaal leven."[22]

In 1992 waarschuwde ook de Duitse onderzoeker en auteur Wolfgang Sachs de wereld al voor de zogenaamde duurzame ontwikkeling.

Hij schreef: "Dit is niets minder dan de herhaling van een beproefde list: telkens wanneer in de laatste dertig jaar de destructieve effecten van ontwikkeling werden erkend, werd het concept zo opgerekt dat het zowel schade als therapie omvatte."

"Toen bijvoorbeeld rond 1970 duidelijk werd dat het streven naar ontwikkeling in feite de armoede verergerde, werd het begrip 'rechtvaardige ontwikkeling' uitgevonden, om het onverenigbare te verzoenen: het scheppen van armoede met de afschaffing van armoede.

"In dezelfde geest integreerde het Brundtland-rapport de zorg voor het milieu in het concept van ontwikkeling, door 'duurzame ontwikkeling' op te werpen als het conceptuele dak voor zowel het schenden als het genezen van het milieu."[23]

Wederom zijn we getuige van de oude imperiale truc van het cynisch gebruik van bedrieglijk positief klinkende termen om een negatieve werkelijkheid te maskeren.

Zoals we later zullen ontdekken, zijn het Gemenebest en hun vriendjes er nu op uit om hun heilige koe van "ontwikkeling" in huiveringwekkende nieuwe gebieden te drijven.

Maar laten we eerst eens kijken naar de politieke agenda van de organisatie, zoals die uit haar eigen literatuur naar voren komt.

EEN WERELDWIJDE AGENDA
VN Vlaggen
© Off-Guardian
Het Gemenebest maakt er geen geheim van dat zijn missie globaliserend is en verwijst zelfs naar een mysterieus iets dat "de wereldgemeenschap" wordt genoemd.[24]

In dit opzicht neemt het zijn petje af voor de Verenigde Naties.

Reeds in 1951 werd aangekondigd[25]:
"Onze steun aan de Verenigde Naties behoeft geen herbevestiging. Het Gemenebest en de Verenigde Naties zijn geen onverenigbare instellingen. Integendeel, het bestaan van het Gemenebest, verbonden door banden van vriendschap, gemeenschappelijk doel en gemeenschappelijk streven, is een bron van kracht achter het Handvest."
In een verklaring uit 1985 werd de nadruk gelegd op "de noodzaak van wereldorde en het centrale belang van het stelsel van de Verenigde Naties."[26]

Daaraan werd toegevoegd dat het Gemenebest zijn middelen "ten dienste stelt van de Verenigde Naties en van alle inspanningen om deze doeltreffender te maken", omdat "in de toekomst van de Verenigde Naties de toekomst van de mensheid ligt."[27]

Dr. Musarrat Maisha Reza schrijft in het 2020 Global Youth Development Report over de kritieke noodzaak om "onze Agenda 2030 te bereiken en nationale en wereldwijde doelen te realiseren."[28]

Global Shapers
© Gustavo Esteva
Ook valt op dat de versie van de werkelijkheid die het Gemenebest presenteert, samen met de taal die het gebruikt om die over te brengen, bijna niet te onderscheiden is van die van een andere wereldwijde organisatie, namelijk het Wereld Economisch Forum en zijn subsidiaire tentakels zoals de Global Shapers.

Wellicht is dit niet zo verwonderlijk, aangezien de "Grote Reset" van het WEF werd gelanceerd door het toekomstige hoofd van het Gemenebest, zoals wij in dit recente artikel rapporteerden.

En, natuurlijk, sommige van de meest extreme en draconische door corona gefaciliteerde repressie sinds 2020 vond plaats in de Gemenebestlanden Canada, Australië en Nieuw Zeeland.

Het Gemenebest loopt volledig in de pas met de agenda van de Grote Reset: zijn jeugdontwikkelingsrapport verwelkomt een Vierde Industriële Revolutie, die "het onderscheid tussen de digitale en de fysieke wereld doet vervagen" (29) en gebruikt bij vier afzonderlijke gelegenheden de uitdrukking "beter terugbouwen".

Ondanks het uiten van vrome bezorgdheid over de negatieve effecten van "de pandemie", beschouwt het corona, evenals Klaus Schwab van het WEF, als tamelijk goed nieuws.

Op een bepaald niveau heeft de crisis een nieuw "probleem" gecreëerd waarvoor "oplossingen" kunnen worden verkocht middels de mechanismen die met "ontwikkeling" worden geassocieerd.

Mamta Murthi van de Wereldbankgroep, die een gastbijdrage levert aan het jeugdverslag van het Gemenebest, is verheugd te kunnen melden dat zijn organisatie "snelle, alomvattende actie onderneemt om de gevolgen van de pandemie te bestrijden."[30]

Wereldbank
© Winter Oak
Hij vervolgt: "Tussen april 2020 en juni 2021 bedroegen de financieringstoezeggingen van de Wereldbankgroep meer dan 150 miljard dollar, waaronder een ongekende respons van 12 miljard dollar om de sociale bescherming te verbeteren en werkgelegenheidskansen te creëren in 56 ontwikkelingslanden, waaronder 15 landen die te maken hebben met instabiliteit en conflicten."

Murthi is ook positief over het feit dat "de pandemie het tempo van de veranderingen op de arbeidsmarkt en de vraag naar nieuwe vaardigheden heeft geïntensiveerd."[31]

Evenzo wordt in de samenvatting van het rapport enthousiast vermeld dat corona "nieuwe mogelijkheden voor online werk heeft geschapen."[32]

"De pandemie heeft onze afhankelijkheid van digitale communicatie-, bedrijfs- en retailtechnologieën in een stroomversnelling gebracht en de noodzaak van alomtegenwoordige digitalisering gecentreerd," voegt een ander artikel eraan toe. [33]

Dit aspect lijkt in feite de voornaamste reden te zijn voor de viering van corona in Marlborough House, het hoofdkwartier van het Gemenebest in het chique Londense Pall Mall.
Pall Mall
© Off-Guardian
Zij zijn vol ontzag over "de omvang, snelheid en schaal" van de veranderingen die voor jongeren "een totaal andere wereld dan die van de vorige generaties" zullen creëren en benadrukken dat "de kern van deze verandering de digitalisering van het economische systeem is." [34]

Uit zijn aard heeft het Gemenebest altijd de behoefte gevoeld om deze digitale agenda in te kleden met hypocriete nepspraak.

Zo sprak een verklaring uit 2002 over de noodzaak om "de kloof op het gebied van informatie- en communicatietechnologie tussen arm en rijk te overbruggen,"[35] terwijl de Cyber-verklaring van het Gemenebest van 2018 er suiker overheen strooide met de toezegging om "stappen te zetten naar uitbreiding van digitale toegang en digitale inclusie voor alle gemeenschappen zonder discriminatie en ongeacht geslacht, ras, etniciteit, leeftijd, geografische locatie of taal."[36]

De lijst van Jonge Coronahelden van het Gemenebest, "die positieve lichten zijn tijdens de pandemie"[37] onthult hetzelfde thema.

Een jonge vrouw uit India wordt geprezen, omdat zij "een virtueel leerprogramma in 6 gemeenschapsbibliotheken" heeft opgezet en met artsen heeft samengewerkt "om informatieve posters in regionale talen te maken om verkeerde informatie over gezondheid aan te pakken," terwijl een "held" uit Pakistan "samenwerkte met particuliere instellingen om diensten op het gebied van telegeneeskunde aan te bieden aan het publiek."

Een jonge Nieuw-Zeelandse hielp haar gemeenschap door "GirlBoss Edge - een virtuele carrièreversneller" te lanceren, een Nigeriaanse man "vertaalde coronagezondheidsboodschappen van de WHO in meer dan 100 talen en bereikte zo meer dan 1,5 miljoen mensen" en "lanceerde een op kunstmatige intelligentie gebaseerde app en chatbot," terwijl een Gemenebestheld uit Jamaica "een online-app hielp lanceren die 100.000 mensen helpt de dichtstbijzijnde corornatestlocaties te vinden."

Wanneer het jeugdrapport van het Gemenebest stelt dat "er meer moet worden geïnvesteerd in vaardigheden voor de digitale economie" [38] omwille van "de carrièremogelijkheden van kansarme jongeren,"[39] is het moeilijk om niet te denken aan de oorspronkelijke missie van het Britse Rijk om "de inboorlingen te beschaven."

En wat een toeval, het Gemenebest heeft ervoor gekozen diezelfde term te recyclen voor de jaren 2020, door te verklaren: "De noodzaak voor jonge mensen om digital natives te worden is nog nooit zo belangrijk geweest."[40]

Het promoot zelfs een "digital natives indicator, die de vaardigheden en online betrokkenheid van jongeren meet."[41]

Het rapport gaat in op het project "herinrichting van werk met een digitale toekomst in het achterhoofd"[42] en de Zuid-Afrikaanse contribuanten Swartz en Krish Chetty geven zelfs een lijst van geschikte banen voor jongeren in het post-corona Nieuwe Normaal.

Ze zouden kunnen werken in "3-D geprinte ontwerpen", "Recycling door middel van smart tagging", "Smart farming door middel van Internet of Things (IoT) toepassingen", "Online retail", "IoT toepassingen gekoppeld aan bouwprojecten", "FinTech toepassingen" (financiën), "X-tech" (nieuwe innovaties) of als een "zonnecel fabrikant."[43]
Wederom vinden we de doelstellingen van het Gemenebest naadloos afgestemd op die van de wereldwijde banken- en "ontwikkelings"maffia.
Het enige dat zij natuurlijk niet mogen doen in deze "totaal andere wereld dan die van de vorige generaties," is leven volgens een traditionele levensstijl die nauw verbonden is met het land.

Dit werd al in 2003 in een verklaring in Nigeria uiteengezet: "Het is het strategische doel van het Gemenebest om hun pre-industriële leden te helpen bij de overgang naar geschoolde samenlevingen van arbeiders en middenklasse, waarbij wordt erkend dat hun binnenlands beleid bevorderlijk moet zijn voor dergelijke overgangen."[44]

Deze zelfde boodschap werd in 2007 herhaald met de woorden "de doelstelling om de overgang van op het platteland gebaseerde naar geschoolde, op de middenklasse gebaseerde, geïndustrialiseerde en gediversifieerde samenlevingen te versnellen."[45]

In traditionele samenlevingen hebben vrouwen doorgaans een zeer nauwe band met het land. Maar de Cyber-verklaring van het Gemenebest van 2018 geeft de voorkeur aan "het ontwikkelen van vaardigheden binnen de beroepsbevolking, met name voor vrouwen en meisjes."[46]

Opnieuw zien we dat de doelstellingen van het Gemenebest volledig op één lijn liggen met die van de wereldwijde banken- en "ontwikkelings"maffia.

De Wereldbank gaf naar eigen zeggen toe dat haar voorkeursbeleid van plattelandsontwikkeling "gericht is op verhoging van de produktie en verhoging van de produktiviteit. Het is gericht op de monetarisering en modernisering van de samenleving, en op de overgang van een traditioneel isolement naar integratie met de nationale economie."[47]

Om deze "overgang" te bereiken zouden voorstanders van een wereldwijde Vierde Industriële Revolutie een gigantisch staaltje van social engineering moeten uithalen, vergelijkbaar met dat wat de bevolking van Engeland werd opgelegd tijdens de Eerste Industriële Revolutie, toen de "lagere standen" van het land van hun voorouders werden gejaagd door de heersende klassen.
Milieuvervuiling
© Off-Guardian
De onteigende bevolkingsgroepen werden bijeengedreven in de sloppenwijken en fabrieken van de binnenlandse industriële "ontwikkeling," of werden gebruikt om de "ontwikkeling" van het rijk overzee te bevorderen, hetzij in het leger, de koopvaardij, hetzij in de koloniale administratie en het politieapparaat.

Zoals C. Douglas Lummis, schrijver van het boek Radical Democracy, opmerkte: "Het 'mobiliseren' (d.w.z. het ronselen) van volkeren en culturen in het wereldeconomische systeem vereist dezelfde ontheemding van de economische mens, dezelfde ontworteling, als bij de migraties naar de VS of bij de landonteigeningsbeweging in Engeland. Alleen gaat het ditmaal op een ontzagwekkende schaal."[48]

Er bestaat een duidelijk verband tussen de wens om van jonge Afrikanen en Aziaten "digital natives" te maken en de huidige wereldwijde "natuurbehoud"-agenda, die erop gericht is de "natuur te beschermen" door uitgestrekte delen van de wereld te ontvolken.

Dit bedrieglijke project, dat bekend staat onder de namen The New Deal for Nature, Nature Positive, Global Goal for Nature of 30×30, wordt gesteund door 's werelds machtigste bedrijven en financiële instellingen, alsook door het WEF, dat in 2019 een samenwerkingsverband is aangegaan met de VN om haar Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen of Werelddoelen naar voren te schuiven.

De campagne voor deze "deal", een imperialistische landroof van de meest zelfvoorzienende volkeren van de planeet, wordt geleid door het mensenrechten schendende Wereldnatuurfonds, dat toevallig een officiële partner is van het Gemenebest.

MENSELIJK KAPITAAL
Menselijk Kapitaal
© Off-Guardian
Vanuit het harteloze perspectief van de wereldwijde ontwikkelingsmachine "worden mensen gezien als slechts een van de vele hulpbronnen die de economie nodig heeft voor haar eigen behoeften," schrijft Majid Rahnema, een voormalig medewerker van het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties, die een belangrijke en uitgesproken criticus werd van hun mondiale agenda.[49]

De termen die gebruikt worden om deze hardvochtige realiteit te beschrijven zijn in de loop der decennia veranderd. In 1991 riep het Gemenebest nog op tot "de ontwikkeling van het menselijk potentieel."[50]

Maar tegen die tijd had het Ontwikkelingsprogramma van de Verenigde Naties (UNDP) al in 1990 zijn eerste Menselijk Ontwikkelingsrapport[51] gepubliceerd en deze term werd al snel overgenomen door het Gemenebest.

Jeugdontwikkeling
© Winter Oak
De termen "menselijke ontwikkeling" en "mensgerichte economische ontwikkeling" kwamen voor in Gemenebestverklaringen uit 1999[52] en 2002.[53]

In de jaren 2020 is de taal nog een stap verder gegaan. Murthi van de Wereldbank, waar hij gespecialiseerd is in "menselijke ontwikkeling", schrijft in het jeugdrapport van het Gemenebest dat "bescherming van en investering in jonge mensen menselijk kapitaal opbouwt."[54]

Secretaris-generaal Scotland heeft het in haar voorwoord ook over "ontwikkeling van menselijk kapitaal"[55] en de term "menselijk kapitaal" komt in het rapport maar liefst tien keer voor.

Deze financiële bloedzuigers worden vooral aangetrokken door het malse vlees van "de meer dan 1,2 miljard jongeren tussen 15 en 29 jaar die in onze 54 lidstaten wonen."[56]

Likkebaardend verklaarde het Gemenebest in 2013: "Met meer dan 60 procent van zijn bevolking onder de 30 is het Gemenebest in een goede positie om een demografisch dividend te oogsten."[57]

Daaraan toevoegend: "Vandaag investeren in jongeren is de basis voor een welvarende en rechtvaardige toekomst."[58]

Voor wie precies welwarend?

Een soortgelijke vraag wordt opgeworpen door de woorden in het jeugdverslag 2020 van het Gemenebest: "De huidige wereldwijde jeugdhausse biedt een broodnodige kans."[59]

Een kans voor wie? Om wat te doen?

Het Gemenebest haalt alle gebruikelijke verbale camouflage uit de kast om antwoorden op dergelijke vragen te verhullen, door bijvoorbeeld in 2018 te bevestigen dat het "zich inzet om handel en investeringen werkelijk inclusief te maken door de deelname van vrouwen en jongeren aan zakelijke activiteiten aan te moedigen."[60]

In ware gaslighting-stijl doet zij zelfs alsof jongeren erom schreeuwen om uitgebuit te worden: "We horen ook de roep van jongeren om het voor hen te vergemakkelijken om aanjagers van economische ontwikkeling te worden."[61]

De bedrieglijke term "door de jeugd geleid", die de valse indruk wekt dat de bedrieglijke plannen van onderaf komen en niet van bovenaf worden opgelegd, wordt in het jeugdrapport wel 40 keer gebruikt.

Maar de waarheid achter de hype wordt duidelijk gesteld door twee specifieke contribuanten aan diezelfde publicatie.

Chris Morris
© Winter OakChris Morris.
Als eerste is dat Chris Morris, manager van het Youth for Asia-initiatief van de Aziatische Ontwikkelingsbank, wiens bijdrage aan het rapport op zichzelf al enigszins onthullend is.

Hij schrijft dat "versnelde vooruitgang naar een welvarend, inclusief, veerkrachtig en duurzaam Azië en het gebied rond de Stille Oceaan het mobiliseren van het potentieel van zijn één miljard jonge mensen vereist."[62]

Ten tweede meneer Tijani Christian, voorzitter van de Jeugdraad van het Gemenebest, die stelt:
Vandaag de dag heeft de wereld de grootste jeugdbevolking [sic] die er bestaat, waarbij alleen al binnen het Gemenebest 60 procent van zijn bevolking onder de 30 jaar is.

Deze uiterst belangrijke middelen moeten worden beschermd en bijgeschoold, willen landen hun economische groei en ontwikkelingsagenda's echt vooruit helpen."[63]
Hier wordt de ware verhouding tussen het Gemenebest en zijn "familie van naties en volkeren" op grimmige wijze duidelijk.

Wanneer de vampieren uit de City of London naar mannen, vrouwen en kinderen in Afrika, Azië en elders kijken zien zij geen medemensen, maar "middelen" met "potentieel", "menselijk kapitaal" waarmee ze een zeer lucratief "demografisch dividend" hopen op te strijken.

IMPACTRESULTATEN
Digitale Tijdperk
© Off-Guardian
Het belangrijkste instrument waarmee de mondiale imperialisten toekomstige generaties willen dwingen tot een door de VN goedgekeurde "veerkrachtige en duurzame toekomst"[64] bestaat uit digitale data.

Dit werd al aangekondigd in 1991, toen het Gemenebest verklaarde van plan te zijn "het verzamelen van gegevens - kwantitatief en kwalitatief - en de ontwikkeling van methoden en statistische indicatoren te verbeteren, op wereldwijd en nationaal niveau."[65]

Florence Nakiwala Kiyingi, voorzitter van de Youth Ministerial Task Force van het Gemenebest, herinnert eraan dat zij zich tijdens de 9e bijeenkomst in 2017 van de ministers van Jeugdzaken van het Gemenebest hebben gecommitteerd aan "het ontwikkelen van nieuwe ideeën voor het financieren van jeugdontwikkeling en het verbeteren van gegevens voor het monitoren van onze voortgang bij het nastreven van positieve resultaten voor de jeugd in relatie tot de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's)."[66]

Vaste lezers van Winter Oak zullen onmiddellijk hebben opgemerkt dat we hier te maken hebben met "impact"-imperialisme, het middel waarmee financiële belangen hopen hun winstgevende overheersing "duurzaam" en "veerkrachtig" te maken voor de komende decennia.

Zoals we elders hebben uitgelegd (hier vindt u de link), is het doel niet alleen om sociale interventies die vroeger door de staat werden uitgevoerd te privatiseren, maar ook om het leven van mensen te bundelen tot verhandelbare handelswaar, waarmee financiers kunnen speculeren.
Nasdaq
© Winter Oak
De Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties vormen het kader waarin deze nieuwe digitale vorm van slavernij moet worden gelegitimeerd en wereldwijd opgelegd.

Om dit te laten werken, moeten degenen die hiermee belast zijn het "resultaat" kunnen meten, het succes of het falen van hun activa, die beide winstgevend kunnen zijn voor gehaaide speculanten.

Omdat impactinvesteringen betrekking hebben op gebieden van het leven die tot nu toe niet gemakkelijk kwantificeerbaar waren, moet elk detail van de lopende "ontwikkeling" van een menselijk goed elektronisch worden geregistreerd en gevolgd, bij voorkeur in real time.

Daarom hebben de leiders van het Gemenebest zich in 2009 verbonden tot "het versterken en creëren van partnerschappen en netwerken om de doeltreffendheid van de ontwikkeling te vergroten, waarbij de nadruk wordt gelegd op initiatieven met een grote impact en duidelijk meetbare resultaten."[67]

Secretaris-Generaal Scotland schreef in 2021: "Blijvende vooruitgang in de richting van het bereiken van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen is van vitaal belang om de wereld op te bouwen die we willen zien, en daarvoor moeten we op betrouwbare en progressieve wijze kunnen meten en monitoren hoe jongeren leven, leren en werken in onze gemeenschappen."[68]

"Impactvolle jeugdontwikkelingsprogramma's"[69] en de bijbehorende "pragmatische evaluatie-instrumenten op afstand" [70] staan hoog op de agenda van het 2020-rapport van het Gemenebest.

De volledige titel luidt dan ook "Wereldwijde Jeugdontwikkelingsindex en Rapport " en naast de verhelderende artikelen bevat het pagina's vol met statistische gegevens.
Wereldwijde Jeugd
© Winter Oak
In haar toespraak voor de publicatie van het rapport, ving Scotland aan met de gebruikelijke clichés over "een toekomst voor jongeren die rechtvaardiger, inclusiever, duurzamer en veerkrachtiger is."

Maar toen voegde ze eraan toe: "Door hun bijdragen en behoeften met harde gegevens te meten, wordt ons pleidooi voor hun ontwikkeling krachtiger, en zijn we vervolgens in staat om de positieve impact stapsgewijs te vergroten..."

"Het meten van differentiële impact is van cruciaal belang," verklaart de Samenvatting van de brochure.[71]

De verwrongen mentaliteit achter de impactindustrie is moeilijk te bevatten. Alles in het leven wordt gereduceerd tot statistische "scores" gekoppeld aan financieel rendement.

In een inleidende sectie van de brochure meldt een lid van het Secretariaat van het Gemenebest, dat "de scores voor HIV, zelfbeschadiging, alcoholmisbruik en tabaksgebruik elk met minder dan 2 procent zijn verbeterd."[72]

In de vertekende impactwereld wordt de geestelijke gezondheid van mensen een bron voor potentiële winst.

In één artikel staat te lezen: "Zelfs vóór de coronapandemie werd geestelijke gezondheid steeds beter begrepen en kreeg het prioriteit als een ontwikkelingsresultaat."[73]

Een ontwikkelingsresultaat? Serieus?

En ook hier lijken de parasieten te vinden dat "de pandemie" hun geldelijke doelen heeft gediend, aangezien de brochure ons informeert dat "geestelijke gezondheid zelfs nog belangrijker is geworden sinds de coronapandemie"[74] en "positieve resultaten heeft opgeleverd."[75]

Zoals we eerder hebben aangetoond, is er een sterk bewezen verband tussen impactkapitalisme, de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de VN en de "intersectionaliteit," die zo'n belangrijk onderdeel uitmaakt van de hedendaagse bedrijfsvriendelijke cultus van "wokeness".
Wokeness
© Winter Oak
Het is dan ook geen verrassing dat het Gemenebest er trots op is "de eerste wereldwijde index voor de inclusie van jongeren te hebben opgesteld, met een belangrijke nadruk op gendergelijkheid."[76]

We ontdekken: "Het gebied is ontworpen om meerdere aspecten van inclusie te meten, erkennend dat de factoren die sociale uitsluiting voor jongeren creëren divers en intersectioneel zijn en verstrekkende gevolgen met zich meebrengen."[77]

Medewerker van het Gemenebest Puja Bajad schrijft over "het toepassen van intersectionaliteit" en legt uit: "Participatieprocessen en kaders kunnen alleen effectief zijn als ze rekening houden met de intersecties van ras, seksualiteit, gender, klasse, kaste, etniciteit en economische status die inclusieve jongerenparticipatie kunnen belemmeren."[78]

Jeugd
© Winter Oak
Achter dit taalgebruik schuilt, zoals altijd, de onderliggende realiteit van "ontwikkelingspartners" die willen "investeren om het 'jeugddividend' te optimaliseren door innovatie, creativiteit en risico voor jeugdcohorten om te participeren na te streven" en die "een bewijsbasis moeten opbouwen om de impact van jeugdbetrokkenheid aan te tonen."[79]

Een nogal openhartige gastbijdrage van de organisatie Generation Unlimited introduceert The Youth Agency Marketplace (Yoma), "een digitaal ecosysteemplatform waar jongeren groeien, leren en tot bloei komen door zich in te zetten voor sociale impactinitiatieven en worden gekoppeld aan scholing en economische kansen."[80]

Het stelt: "Initiatieven op het platform sluiten aan bij de SDG's en creëren een levendige jongerenmarktplaats voor vaardigheden, digitale profielen, werkgelegenheid en ondernemerschap. Yoma biedt de mogelijkheid voor publieke en private partnerorganisaties om jongeren te bereiken en met hen te interacteren om hun potentieel te ondersteunen en aan te boren."[81]

Het potentieel van jongeren aanboren staat kennelijk gelijk aan "waarde creëren" - met andere woorden geld verdienen dus!

Erger nog, dit "digitale ecosysteemplatform" heeft als doel zijn slachtoffers nog verder in de nachtmerrie-achtige toekomst van digitale tirannie te drijven die wordt uitgerold in het kader van de Grote Reset.

Het artikel onthult[82]:
Als jongeren deelnemen aan de mogelijkheden die Yoma biedt, worden hun actieve betrokkenheid en verworven vaardigheden vastgelegd op een verifieerbaar digitaal CV met gecertificeerde geloofsbrieven met behulp van blockchain-technologie.

Hun inspanningen worden verder beloond en gestimuleerd met de digitale valuta van het platform (ZLTO), een digitaal token, dat op de Yoma-marktplaats kan worden uitgegeven om goederen en diensten te kopen."
ENORME FORTUINEN
Gouden en Zilveren Munten
© Winter Oak
We schreven op deze website over de overeenkomsten tussen het publiek-private "stakeholder-kapitalisme" van Klaus Schwab en het economische model van fascistisch Italië en nazi-Duitsland.

Maar de constructie was ook kenmerkend voor het economisch "liberalisme" dat door het Britse Rijk werd bedreven.

Aan het begin van de jaren 1600 was het voor de kooplieden van Londen duidelijk dat "er grote winsten te behalen waren in de overzeese handel," zoals historicus Christopher Hill schrijft.[83]

De in 1601 opgerichte Britse Oostindië Compagnie maakte in 1607 een winst van 500% en bestuurde India in feite tot 1858 op basis van een publiek-private overeenkomst met de Britse staat.

Hill merkt op dat het bedrijf, net als de Koninklijke Afrikaanse Compagnie, "de eigenaardige bescherming van de regering genoot" en dat beide "diep betrokken waren bij de politiek".[84]

In A People's History of England beschrijft AL Morton de firma als "de ware grondlegger van de Britse heerschappij in India,"[85] zijnde "de eerste belangrijke naamloze vennootschap" waardoor het "een voortdurende ontwikkeling" kon doormaken.[86]

Een "duurzame ontwikkeling" in de woorden van vandaag misschien?

De Oostindië Compagnie stond eveneens berucht vanwege zijn corruptie en gewelddadigheid, zozeer zelfs dat in de 18e eeuw de eigen directeuren van het bedrijf gedwongen werden het feit te veroordelen, dat "enorme fortuinen" waren verkregen door "het meest tirannieke en onderdrukkende gedrag dat men ooit in enig land heeft gekend."[87]

Het bevorderen van particuliere winsten en het vergaren van "enorme fortuinen" is onmiskenbaar een essentieel onderdeel van de missie van het Gemenebest.

In de woorden van de eigen, emotieloze aanbevelingstekst betekent dit, dat het "een dynamische rol moet spelen in het bevorderen van handel en investeringen om de welvaart te vergroten, de economische groei en ontwikkeling te versnellen en de uitroeiing van armoede in de 21e eeuw te bevorderen."[88]

In 1997 werd er expliciet op aangedrongen, dat "het scheppen van welvaart partnerschappen vereist tussen regeringen en de particuliere sector"[89], die tendentieus werden omgedoopt tot "slimme partnerschappen."[90]

Zij streeft naar "effectievere manieren om financieringstekorten op het gebied van infrastructuur aan te pakken waarbij de particuliere sector wordt betrokken"[91] en heeft regelingen opgezet zoals het Gemenebest Privé Investeringsinitiatief "ter ondersteuning van een grotere investeringstoestroom ten gunste van ontwikkelingslidstaten."[92]

Ondanks alle pseudo-milieupraatjes is het Gemenebest er altijd stellig van overtuigd geweest, dat "om tot duurzame ontwikkeling te komen, economische groei een dwingende noodzaak is."[93]

In dezelfde verklaring van 1989 waarschuwde het Gemenebest nadrukkelijk: "Milieuoverwegingen mogen niet worden gebruikt om een nieuwe vorm van conditionaliteit in te voeren, noch als voorwendsel om ongerechtvaardigde handelsbelemmeringen op te werpen."
Logo Gemenebest
© Winter Oak
Aan het eind van de jaren negentig lijkt het Gemenebest een beetje van slag te zijn geraakt door de opkomst van de anti-globaliseringsbeweging en voelde zich genoodzaakt om aan te kondigen: "Globalisering schept ongekende mogelijkheden voor het scheppen van rijkdom en voor de verbetering van de menselijke conditie. Verminderde handelsbelemmeringen en versterkte kapitaalstromen wakkeren de economische groei aan."[94]

Erkennend dat globalisering een aantal problemen met zich zou meebrengen, benadrukte het: "De oplossing ligt niet in het opgeven van een verbintenis tot marktbeginselen of in het wegwuiven van de machtige krachten van technologische verandering. Globalisering is een realiteit en de gevolgen ervan kunnen alleen maar toenemen. Wij geloven volledig in het belang van de naleving van arbeidsnormen en de bescherming van het milieu. Maar..."

Vergeef ons een ironisch lachje hier.

"...Maar deze moeten worden aangepakt op een passende manier die niet, door ze te koppelen aan handelsliberalisering, eindigt met het effectief belemmeren van de vrije handel en het veroorzaken van onrechtvaardigheid voor ontwikkelingslanden."[95]

Goeie genade! We kunnen de vrije handel niet laten belemmeren! Hoe zit het met de arme inboorlingen in Afrika die er gewoon om schreeuwen dat hun economisch potentieel wordt ontwikkeld door onze vriendjes bij de Wereldbank?

In meer recente jaren is het Gemenebest uiteraard zeer enthousiast over de winstgevende mogelijkheden van "klimaatfinanciering" en keek in 2009 uit naar "een startfonds in Kopenhagen dat in 2010 van start gaat en tegen 2012 een niveau van middelen van 10 miljard dollar per jaar bereikt."[96]

Het "legt grote nadruk op het vergemakkelijken van de capaciteitsontwikkeling van de lidstaten om toegang te krijgen tot klimaatfinanciering" [97] en vindt het een goed idee dat "regeringen samen met ontwikkelingsbanken gaan onderzoeken hoe zij toegankelijker financieringsfaciliteiten kunnen bieden voor door jongeren geleide klimaatonderzoeksprojecten."[98]
Een totaal van 28 miljoen dollar aan klimaatfinanciering met nog eens 460 miljoen dollar in de pijplijn."
Om dit publiek-private effect te bewerkstelligen, is het Gemenebest er trots op de Toegangshub voor Klimaatfinanciering te hebben opgezet, die "klimaatfinancieringsexperts inzet bij overheidsdepartementen."[99]

Op de Innovatiewebsite van het Gemenebest lezen we dat "de Hub in de korte tijd dat deze operationeel is, al opmerkelijke resultaten heeft geboekt voor landen van het Gemenebest, door in totaal 28 miljoen dollar aan klimaatfinanciering veilig te stellen met nog eens 460 miljoen dollar in de pijplijn."

De site bevat handige links naar twee totaal verschillende organisaties voor klimaatfinanciering.

De ene betreft de Wereldwijde Milieufaciliteit, die oorspronkelijk in 1992 werd opgericht om "duurzame ontwikkeling" te bevorderen binnen de structuur van de Wereldbank.

De andere is het Adaptatiefonds, een organisatie die "ontwikkelingslanden helpt veerkracht op te bouwen en zich aan te passen aan klimaatverandering," waarvan de enige beheerder ... de Wereldbank is.

Oh. Misschien was "totaal verschillend" niet helemaal de correcte term.

TOEGEWIJD AAN BEDROG
Logos
© Winter Oak
Vanaf het begin is het Gemenebest gebaseerd geweest op een dubbele misleiding, een verhulling op twee niveaus.

Achter de façade van "een wederzijds ondersteunende familie van naties en volkeren"[100] gaat de werkelijkheid schuil van een meedogenloos imperium, bedoeld om land te veroveren, hulpbronnen te plunderen en te profiteren van het "menselijk kapitaal" van de volkeren die het heeft geannexeerd.

En achter dat imperium hebben zich altijd de snode financiële belangen verscholen, die historisch gecentreerd zijn in dat grote stinkende hol van hebzucht en corruptie, de City of London.

Quigley schrijft dat Groot-Brittannië "het centrum van zowel de financiële wereld als van de wereldhandel werd."[101]

En hij merkt op dat een van de sleutelfactoren in de historische wereldheerschappij van Groot-Brittannië "de vaardigheid in financiële manipulatie was, vooral op het internationale toneel, die de kleine groep zakenbankiers van Londen had verworven in de periode van commercieel en industrieel kapitalisme en die klaar lag voor gebruik toen de behoefte aan financieel-kapitalistische innovatie dringend werd."[102]

Hij beschrijft hen als "toegewijd aan geheimhouding en het geheime gebruik van financiële invloed in het politieke leven" en als "personen met een enorme publieke macht die bevreesd waren voor publieke kennis van hun activiteiten."[103]

LGTBQ Toespraak
© Winter Oak
Het Gemenebest beroemt zich graag op zijn "blijvende waarden" en presenteert zichzelf als "een organisatie die uit haar geschiedenis put."[104]

De secretaris-generaal, Scotland, schrijft over de "dynamiek gecombineerd met continuïteit" die gepaard gaat met "het handhaven van de vertrouwde harmonie, maar deze tegelijkertijd te ontwikkelen op manieren die nooit eerder werden uitgeprobeerd."[105]

Zij zegt dat de "korte maar visionaire" Verklaring van Londen van 1949, die het huidige Gemenebest tot stand bracht "inhield dat er niets was veranderd en toch was alles veranderd."[106]

Het is interessant om deze opmerking te beschouwen in de context van de 27 "partnerorganisaties" die geregistreerd staan bij haar instelling op het Innovatieplatform van het Gemenebest.

Bovenaan de lijst staat met trots de Wereldgezondheidsorganisatie, gevolgd door de Afrikaanse Ontwikkelingsbank Groep, het Wereldwijd Partnerschap voor Duurzame Ontwikkelingsdata, de Verenigde Naties en vijf van haar verschillende suborganisaties.

Op deze lijst staan ook Bloomberg Philanthropies (opgericht door de Amerikaanse miljardair Michael Bloomberg), het Internationaal Handelscentrum ("een multilateraal agentschap met een gezamenlijk mandaat met de Wereldhandelsorganisatie en de Verenigde Naties middels de Conferentie van de Verenigde Naties voor Handel en Ontwikkeling"), het Wereldwijd Innovatiefonds, specialist op het gebied van impactinvesteringen en NDC Partnership, een grote speler in de wereld van de "klimaatfinanciering."

Samen met de andere verbanden die in dit artikel gelegd worden, bevestigt dit datgene wat niet veranderd is: namelijk dat financiële belangen nog steeds in hoge mate de activiteiten van het rijk sturen.
Wereldwijde NGOs
© Winter Oak
Wat wel veranderd is, is dat het Britse rijk niet langer het belangrijkste "publiek-private" instrument is waarmee deze belangen hun agenda van allesomvattende uitbuiting nastreven.

In plaats daarvan kunnen we de vage contouren ontwaren van een wereldwijd netwerk of een entiteit waarvan het zwaartepunt moeilijk te ontwaren is, maar waarvan de belangrijkste instellingen duidelijk de Verenigde Naties, de WHO, het WEF, de Wereldbank en de minder besproken Bank voor Internationale Betalingen omvatten, evenals het goede oude Gemenebest.

Deze hedendaagse entiteit maakt maar al te graag gebruik van het "aardige jongen"-bedrog, dat voor het eerst werd ontwikkeld ten tijde van het oorspronkelijke Britse Rijk, om het bestaan en de activiteiten ervan te verbergen.

De filantropische, weldoenende, duurzame "woke" houding van de instellingen waarachter het zich verschuilt, is bedoeld om elke mogelijkheid van serieus toezicht of kritiek te voorkomen.

Het is zelfs zo dat dit middel het mogelijk maakt juist die mensen (van "links") die zich ertegen zouden moeten verzetten tot steun te bewegen.

Niet alleen wordt hun potentiële afwijkende mening uitgeschakeld, zij worden bovendien gebruikt om de overblijvende vijanden van de entiteit aan te vallen vanuit wat morele integriteit lijkt te zijn.

Iedereen die het waagt hun zoetsappige sociopathie te ontmaskeren en ter discussie te stellen, wordt waarschijnlijk afgeschilderd als een egoïstische, reactionaire, rechtse samenzweringstheorist.

Welke fatsoenlijke burger zou immers bezwaar kunnen maken tegen een rijk dat "een dwingende kracht ten goede" is en dat werkt om "armoede uit te roeien", om "vrede en harmonie" te bewerkstelligen en "een betere wereld voor onze kinderen"?

Voetnoten

[1] John Ruskin, 'Athena Keramitis', The Genius of John Ruskin: Selections from his Writings, ed. by John D. Rosenberg (London: George Allen & Unwin Ltd, 1964), p. 361.

[2] Carroll Quigley, Tragedy and Hope: A History of The World in Our Time (New York: Macmillan, 1966. Reprint. New Millennium Edition), p. 31.

[3] Quigley, p. 83.

[4] Patricia Scotland, secretary-general of the Commonwealth, Foreword, Commonwealth Declarations (London: Commonwealth Secretariat, 2019), p. ix.

[5] Kenya White Paper, 1923, cit; Quigley, p. 96.

[6] Quigley, p. 109.

[7] Quigley, p. 379.

[8] Quigley, p. 365.

[9] Declaration Signed by the Five Prime Ministers, United Kingdom, 1944, Commonwealth Declarations, p. 2.

[10] The Declaration of Commonwealth Principles Singapore, 1971, Commonwealth Declarations, p. 9.

[11] The Goa Declaration on International Security, India, 1983, Commonwealth Declarations, p. 16.

[12] The Coolum Declaration, Australia, 2002, Commonwealth Declarations, p. 53.

[13] Patricia Scotland, Foreword, The Development Dictionary: A Guide to Knowledge as Power, ed. Wolfgang Sachs (London/New York, Zed Books, Second Edition, 2010, first published 1992), p. 3.

[21] Esteva, 'Development', The Development Dictionary, p. 5.

[22] Esteva, 'Development', The Development Dictionary, p. 13.

[23] Wolfgang Sachs, 'Environment', The Development Dictionary, p. 28.

[24] The Nassau Declaration on World Order, The Bahamas, 1985, Commonwealth Declarations, p. 19.

[25] Declaration by Commonwealth Prime Ministers United Kingdom, 1951, Commonwealth Declarations, p. 6.

[26] The Nassau Declaration on World Order, The Bahamas, 1985, Commonwealth Declarations, p. 17.

[27] The Nassau Declaration on World Order, The Bahamas, 1985, Commonwealth Declarations, p. 19.

[28] Dr Musarrat Maisha Reza, Chair, Commonwealth Students' Association, and Lecturer, University of Exeter, UK, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 72.

[29] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 134.

[30] Mamta Murthi, Vice President of Human Development, World Bank, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 75.

[31] Murthi, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 75.

[32] Executive Summary, Global Youth Development Index and Report 2020, p. xxvi.

[33] Swartz and Krish Chetty, Human Sciences Research Council, South Africa, Youth Education and Employment in the Digital Economy, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 117.

[34]Global Youth Development Index and Report 2020, p. 134.

[35] The Coolum Declaration Australia, 2002, Commonwealth Declarations, p. 54.

[36] Commonwealth Cyber Declaration, United Kingdom, 2018, Commonwealth Declarations, p. 92.

[37] Global Youth Development Index and Report 2020, pp. 97-98.

[38] Executive Summary, Global Youth Development Index and Report 2020, p. xxvi.

[39] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 16.

[40] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 16

[41] Swartz and Krish Chetty, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 117.

[42] Swartz and Krish Chetty, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 120.

[43] Swartz and Krish Chetty, Global Youth Development Index and Report 2020, pp. 121-22.

[44] The Aso Rock Commonwealth Declaration, Nigeria, 2003, Commonwealth Declarations, p. 55.

[45] Kampala Declaration on Transforming Societies to Achieve Political, Economic and Human Development, Uganda, 2007, Commonwealth Declarations, p. 66.

[46] Commonwealth Cyber Declaration, United Kingdom, 2018, Commonwealth Declarations, p. 93.

[47] World Bank, Assault on World Poverty (Baltimore: Johns Hopkins University Press, 1975), p. 16, cit. Arturo Escobar, 'Planning', The Development Dictionary, p. 153.

[48] C. Douglas Lummis, 'Equality', The Development Dictionary, p. 46.

[49] Majid Rahnema, 'Poverty', The Development Dictionary, p. 187.

[50] The Harare Commonwealth Declaration, Zimbabwe, 1991, Commonwealth Declarations, p. 29.

[51] Esteva, 'Development', The Development Dictionary, p. 13.

[52] The Fancourt Commonwealth Declaration on Globalisation and People-Centred Development, South Africa, 1999, Commonwealth Declarations, p. 49.

[53] The Coolum Declaration, Australia, 2002, Commonwealth Declarations, p. 53.

[54] Murthi, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 75.

[55] Scotland, Global Youth Development Index and Report 2020, p. vi.

[56] Scotland, Global Youth Development Index and Report 2020, p. vi.

[57] The Magampura Declaration of Commitment to Young People, Sri Lanka, 2013, Commonwealth Declarations, p. 83.

[58] The Magampura Declaration of Commitment to Young People, Sri Lanka, 2013, Commonwealth Declarations, p. 83.

[59] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 2.

[60] Declaration on the Commonwealth Connectivity Agenda for Trade and Investment, United Kingdom, 2018, Commonwealth Declarations, p. 97.

[61] A Declaration on Young People, Port of Spain, Trinidad and Tobago, 2009, Commonwealth Declarations, p. 77.

[62] Chris Morris, Head of NGO and Civil Society Center and Concurrent Manager of the Asian Development Bank's Youth for Asia initiative, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 73.

[63] Tijani Christian, Chairperson of the Commonwealth Youth Council, Global Youth Development Index and Report 2020, p. viii.

[64] Bora Kamwanya, Deputy Secretary General, Pan-African Youth Union, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 71.

[65] Ottawa Declaration on Women and Structural Adjustment Zimbabwe, 1991, Commonwealth Declarations, p. 33.

[66] Florence Nakiwala Kiyingi, chair of the Commonwealth Youth Ministerial Task Force, Foreword, Global Youth Development Index and Report 2020, p. vii.

[67] The Declaration of Port of Spain, Trinidad and Tobago, 2009, Commonwealth Declarations, p. 74.

[68] Scotland, Global Youth Development Index and Report 2020, p. vi.

[69] Tim Conibear of Waves for Change and Sallu Kamuskay and Margaedah Michaella Samai of the Messeh Leone Trust with the Wave Alliance Sierra Leone, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 83.

[70] Conibear et al, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 82.

[71] Executive Summary, Global Youth Development Index and Report 2020, p. xxviii.

[72] Layne Robinson, Head of Social Policy Development, Economic Youth and Sustainable Development Directorate, Commonwealth Secretariat, Global Youth Development Index and Report 2020, p. x.

[73] Conibear et al, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 82.

[74] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 80.

[75] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 81.

[76] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 9.

[77] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 9.

[78] Puja Bajad, Consultant, youth and social policy, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 63.

[79] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 31.

[80] Generation Unlimited, The Youth Agency Marketplace (Yoma): Designed by youth and led by youth, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 145.

[81] Generation Unlimited, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 145.

[82] Generation Unlimited, Global Youth Development Index and Report 2020, p. 145.

[83] Christopher Hill, The Century of Revolution 1603-1714 (London: Sphere, 1969), p. 42.

[84] Hill, p. 188.

[85] A.L. Morton, A People's History of England (London: Lawrence and Wishart, 1995), p. 174.

[86] Morton, p. 175.

[87] Morton, p. 261.

[88] Edinburgh Commonwealth Economic Declaration, United Kingdom, 1997, Commonwealth Declarations, p. 46.

[89] Edinburgh Commonwealth Economic Declaration United Kingdom, 1997, Commonwealth Declarations, p. 40.

[90] Edinburgh Commonwealth Economic Declaration, United Kingdom, 1997, Commonwealth Declarations, p. 44.

[91] Perth Declaration on Food Security Principles, Australia, 2011, Commonwealth Declarations, p. 81.

[92] The Millbrook Commonwealth Action Programme on the Harare Declaration, New Zealand, 1995, Commonwealth Declarations, p. 38.

[93] Langkawi Declaration on the Environment Malaysia, 1989, Commonwealth Declarations, p. 23.

[94] The Fancourt Commonwealth Declaration on Globalisation and People-Centred Development, South Africa, 1999, Commonwealth Declarations, p. 47.

[95] The Fancourt Commonwealth Declaration on Globalisation and PeopleCentred Development, South Africa, 1999, Commonwealth Declarations, p. 48.

[96] The Commonwealth Climate Change Declaration, Trinidad and Tobago, 2009, Commonwealth Declarations, p. 71.

[97] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 170.

[98] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 170.

[99] Global Youth Development Index and Report 2020, p. 171.

[100] Scotland, Commonwealth Declarations, p. ix.

[101] Quigley, p. 45.

[102] Quigley, pp. 33-34.

[103] Quigley, p. 34.

[104] The Coolum Declaration, Australia, 2002, Commonwealth Declarations, pp. 52-53.

[105] Scotland, Commonwealth Declarations, p. ix.

[106] Scotland, Commonwealth Declarations, p. ix.

Zie: https://winteroak.org.uk/2022/05/15/empire-of-hypocrisy/