Afbeelding
Sommig nieuws doet vermoeden dat een tweede Holocaust op komst is. Journalist-auteur Robert Fantina ontwaart een ander patroon. Hij noemt de Israëlische eerste minister Benjamin Netanyahu zelfs eerste moordenaar. "Er valt iets voor te zeggen dat de barbaarse massamoord van Israël afgelopen zomer een keerpunt was. Het oude verhaal van het arme, kwetsbare, kleine Israël dat louter streeft naar overleving, is voorbij."
Als je sommige nieuwsberichten erop naleest, zou je geloven dat er een tweede Holocaust in aantocht is. Antisemitisme, zo wordt ons grimmig verteld, steekt de kop op in een sinds nazi-Duitsland ongeziene mate. Dat vormt niet alleen een dreiging voor Joden, maar ook voor vrijheidslievende mensen overal ter wereld.

Het is wederom tijd voor een reality check. Verzet tegen de Israëlische politie is niet hetzelfde als antisemitisme. Auteur en docent Norman Finklestein, zoon van Holocaustoverlevenden, formuleerde het kort en bondig in 2006, toen hij het volgende zei: "Telkens wanneer Israël geconfronteerd wordt met een pr-debacle, luiden haar apologeten het alarm dat er een 'nieuw antisemitisme' in aantocht is." Laat ons kijken naar enkele recente gebeurtenissen die het huidige antisemitisme in alle hevigheid hebben doen oplaaien.

Recente gebeurtenissen

De 'Boycott, Divest and Sanction' (BDS)-beweging is een wereldwijd initiatief om de aandacht te vestigen op het wrede apartheidsregime van Israël door geen zaken te doen met bedrijven die werkzaam zijn in de bezette Westelijke Jordaanoever. Hieronder vallen ook de zeer succesvolle inspanningen om entertainers en academici te overtuigen om niet in Israël te verschijnen. De beweging is niet antisemitisch: ze is gewoonweg pro-vrijheid, en dat betekent vrijheid voor Palestina.

De Universiteit van Southampton had deze maand gepland een conferentie te herbergen, getiteld 'International Law and the State of Israel: Legitimacy, Responsibility and Exceptionalism'. De organisatoren zeggen dat de conferentie zal ingaan op "controversiële vraagstukken over de wijze en aard van de stichting van Israël, met inbegrip van lopende deportaties van Palestijnen en bijbehorend onrecht". Deze conferentie haalde zich de woede van zionistisch rechts op de hals, met verklaringen die zeggen dat het doel van de conferentie is om Israël te delegitimeren. De universiteit heeft haar steun voor de conferentie ingetrokken: een zware klap voor de academische vrijheid.

Tijdens de woeste aanval van Israël tegen Palestina afgelopen zomer, uitte professor Steven Salaita op Twitter zijn ongenoegen over deze massamoord. Eerder had hij een vaste aanstelling aangeboden gekregen aan de Universiteit van Illinois in Urbana-Champaign. Hij en zijn vrouw zegden allebei hun baan op, en verkochten hun huis in afwachting van de verhuis naar Illinois. Omwille van deze tweets trok de universiteit op het laatste moment het aanbod in. Omdat Salaita Israël bekritiseerde, werd hij beschuldigd van antisemitisme.

Antisemitisme als trend

Aanhangers van de BDS-beweging beschuldigen van antisemitisme is een trend geworden in zionistische kringen. Enkele voorbeelden:

- Malcolm Hoenlein, leidinggevende van de Conference of Presidents of Major American Jewish Organizations, stelde afgelopen maand dat de BDS-beweging "de 21ste-eeuwse variant van het 20ste-eeuws antisemitisme" is. Bovendien zei hij, verbazingwekkend genoeg, dat kritiek op Israël hetzelfde is als kritiek op Joden. Zionisten zijn steeds op zoek naar dit verband, in de vergeefse hoop dat het mensen ervan zal weerhouden Israël te bekritiseren zodat ze niet antisemitisch worden genoemd. Spijtig genoeg voor hen heeft de maatschappij dat punt, voor het grootste deel, achter zich gelaten.

- New Yorks senator Charles Schumer (Democraat) zei het volgende: "Het is zeer verdacht dat zij die het boycotten van Israël promoten geen boycots tegen andere landen nastreven." Dat is hetzelfde als zeggen dat mensen die louter aan de American Cancer Society doneren hartziektes niet belangrijk vinden. Ze hebben gewoonweg voor die zaak gekozen, om welke redenen dan ook. Betrokkenen van de BDS-beweging kiezen ervoor zich te focussen op Israëlische schendingen van de mensenrechten van Palestijnen.

- Roger Waters, voormalig bandlid van Pink Floyd, is een uitgesproken criticus van het apartheidsregime van Israël en aanhanger van de BDS-beweging. Hij ontkent antisemitisch te zijn. Als antwoord op Gerald Ronson, voorzitter van de Jewish Community Security Trust, die suggereert dat Waters een antisemiet is, zei Waters het volgende: "In eigen naam: meneer Ronson, mijn vader, de zoon van een kolenmijnwerker uit County Durham, werkte zichzelf op tot hij uiteindelijk een diploma van de universiteit van Durham behaalde. Hij gaf les in godsdienst, geschiedenis en Engels in Jeruzalem tussen 1935 en 1938, en vervolgens overleed hij in Italië op 18 februari 1944, terwijl hij vocht tegen de dreigingen van de nazi's. Waag het niet om tegen mij, mijn vaders zoon, te prediken over antisemitisme of mensenrechten."

Enkele anti-Arabische posities

Je vraagt je af waarom er niet wordt gesproken over anti-Arabische posities. Laat ons kijken naar enkele recente bewijzen.

Avigdor Lieberman, minister van Buitenlandse Zaken van Israël, zei het volgende op 8 maart, toen hij het had over de waargenomen trouw of ontrouw van Israëlische Arabieren, die ongeveer 20% van de Israëlische bevolking voorstellen: "Wie ons bijstaat, moet alles krijgen. Voor wie tegen ons is, valt er niets te doen - we moeten een bijl ter hand nemen en van diegene het hoofd afhakken. Anders zullen we hier niet overleven."

Tijdens de Israëlische bombardementen en invasie van de Gazastrook in 2014, waarbij meer dan 2000 Palestijnen werden vermoord, onder wie meer dan 500 kinderen, publiceerden The Times of Israel en 5 Towns Jewish Times een artikel getiteld 'Wanneer genocide toelaatbaar is'. Hierin stond het volgende: "Als politieke leiders en militaire experts beslissen dat genocide de enige manier is om het doel van bewaarde rust te behalen, is genocide dan toelaatbaar om dat verantwoorde doel te behalen?"

Laat het ons hebben over de woeste aanval van Israël in de zomer van 2014, zolang het onderwerp van genocide de kop opsteekt. Israël gebruikte Palestijnse kinderen als menselijk schild; vermoordde ongewapende kinderen die op het strand speelden; bombardeerde ziekenhuizen, moskeeën en huizen; bombardeerde scholen van de VN die gebruikt werden als vluchtelingencentra, ook al werd meer dan tien keer bevestigd dat deze vluchtelingencentra gesponsord werden door de VN. Dit alles is een schending van het internationale recht. Israël, en een deel van de wereldgemeenschap, zei dat dit alles werd gedaan om zichzelf te 'verdedigen' tegen Palestijns vuurwerk. De internationale wetten zijn duidelijk: elk bezet land heeft het recht zich te verzetten tegen de bezetter. Zelfs als we dat buiten beschouwing laten, is het onlogisch om te suggereren dat een bezetter zich kan 'verdedigen' tegen zijn slachtoffer. Als een vos een hoenderhok binnenvalt, verdedigt hij zich niet tegen de hoenders.

Keerpunt

De oude verhalen over Israël en Palestina zijn niet meer geldig. Zionisten in de VS, degenen in het Congres die buigen voor het heilige altaar van AIPAC (American Israel Political Affairs Committee) om hun herverkiezingscampagnes te financieren, en degenen van religieus rechts, zijn er als de kippen bij om critici van Israël af te schilderen als antisemieten. Af en toe, hoewel niet vaak, wordt het oude liedje van 'zelfhatende Joden' gezongen over Joden die Israël bekritiseren. Beide oude en versleten labels gelden niet langer: ze zijn het laatste wapen van wanhopige mensen die de barbaarse houding van Israël tegenover de Palestijnen niet kunnen rechtvaardigen, en die de aandacht van deze wreedheden proberen af te leiden.

Deze strategie heeft tientallen jaren gewerkt, maar die tijd is voorbij. Er valt iets voor te zeggen dat de barbaarse massamoord van Israël afgelopen zomer een keerpunt was: de media mag deze wreedheden dan hebben opgesmukt, maar via Twitter, Facebook, Instagram en andere sociale media kwamen ze wereldwijd in de huiskamer terecht. Het oude verhaal van het arme, kwetsbare, kleine Israël dat louter streeft naar overleving, is voorbij. De waarheid is nu algemeen bekend. Hoewel het Amerikaanse Congres zich verzet tegen deze waarheid, zijn zelfs de dagen van ontkenning geteld. De Israëlische Eerste Moordenaar Benjamin Netanyahu sloeg de laatste nagel aan de doodskist van dit verhaal toen hij verkondigde dat er geen onafhankelijk Palestina zal komen tijdens zijn regeerperiode. Verandering vraagt tijd, zeker in de Amerikaanse bestuurlijke wandelgangen, maar niets is onmogelijk. Voor Palestina dringt de tijd.

Robert Fantina is journalist en schrijver. Zijn recentste boek heet Empire, Racism and Genocide: a History of US Foreign Policy (Red Pill Press). De oorspronkelijke Engelse versie van zijn opinie vind je hier op Counterpunch. Vertaling door Ruby Kikken.