fractal
Voor eerdere bijdragen aan deze serie, zie Deel 1, Deel 2 en Deel 3.

Hoofdstuk 8 van Mattias Desmets De Psychologie van Totalitarisme (PT) vervolgt zijn bespreking van de aard van totalitair leiderschap, in het bijzonder zijn bewering dat de causaliteit van totalitarisme niet het best kan worden verklaard door hebzucht of opzettelijke samenzwering.1 Het is veeleer een complex proces, waarvan de resultaten geconditioneerd kunnen zijn door bepaalde feiten ter plaatse (b.v. technocratische ideologie), maar die niet bedoeld zijn op de manier die velen wellicht veronderstellen, d.w.z. een groots plan waarover een groep samenzweerders het eens is geworden en dat rationeel en systematisch ten uitvoer wordt gelegd waarbij de resultaten min of meer overeenstemmen met de oorspronkelijke doelstellingen.

Desmet begint het hoofdstuk met het voorbeeld van de driehoek van Sierpinski - een fractal waar een soort orde ontstaat uit schijnbaar willekeurige stappen. Hier volgt een videodemonstratie van hoe dit werkt:


Totalitarisme is als de laatste fractal:
"Niemand hoeft dit patroon te kennen of zelfs ooit gezien te hebben. Het is voldoende dat alle mensen onafhankelijk van elkaar dezelfde eenvoudige regels volgen bij het opwerpen van hun aandachtspunten" (PT, p. 122).
Desmet zit dus zeker niet in het "complottheorie"-kamp. Daarmee bedoel ik niet dat hij het bestaan van samenzweringen ontkent, of dat hij geen overtuigingen heeft die door tegenstanders als complottheorieën zouden worden bestempeld.2 Hij voert veeleer argumenten aan tegen wat ik een maximalistisch complottheoretisch standpunt zou noemen, dat enigszins op karikaturale wijze een sinistere groep mensen voorstelt die alle belangrijke wereldgebeurtenissen leidt en controleert volgens een rationeel en weloverwogen plan voor snode doeleinden. Het minimalistische standpunt daarentegen erkent de voor de hand liggende en veel voorkomende realiteit van niet-zo-grootse samenzweringen en de samenzweerders die daarbij betrokken zijn.3

Grootse complottheorieën (zoals de Protocollen van Zion, wijdvertakte samenzweringen van vrijmetselaars, Illuminati en Jezuïeten, communistische percepties van het kapitalisme, of meer recent, door Icke geïnspireerde leden-van-het-koninklijk-huis-als-Reptielen en QAnon) worden "gewoonlijk gebruikt om uit te leggen [wat in werkelijkheid] complexe sociale processen en massavormingen zijn" (PT, p. 123). Nogmaals, dat wil niet zeggen dat er geen werkelijke samenzweringen zijn die misschien lijken op de hierboven genoemde, maar slechts de werkelijke omvang en effectiviteit van zulke samenzweringen.

Het Russische Rijk kampte bijvoorbeeld met een behoorlijk aantal clandestiene revolutionaire terreurgroepen in de twee generaties die voorafgingen aan de door Duitsland gesteunde Bolsjewistische staatsgreep van 1917: De clandestiene "Hel" (een toepasselijke naam) en "Vrijheid of Dood"-cellen zijn er slechts twee, van respectievelijk de Organizatsiya (De Organisatie) en Zemlya i Volya (Land en Vrijheid) socialistische revolutionaire groepen, waarvan de laatste geboorte gaf aan de terroristische organisatie Narodnaya Volya (Volk's Wil), waarvan het eigen geheimzinnige uitvoerend comité in 1881 met succes tsaar Alexander II vermoordde. Verscheidene van de grote revolutionaire terreurgroepen in Rusland uit die tijd hadden dergelijke "binnenste cellen", waar ze terreur-achtige dingen planden en uitvoerden, terwijl de buitenste groep zich bezighield met meer alledaagse openbare activiteiten.

Ik zie dit hoofdstuk als een poging van Desmet om het proces van massavorming (en de resultaten daarvan) te ontkoppelen van hetgeen we bij werkelijke samenzweringen waarnemen. Menigten gedragen zich bijvoorbeeld op manieren die gecoördineerd lijken. Slogans verspreiden zich met een opmerkelijke snelheid, ongelijksoortige acties lijken te harmoniseren. Van buitenaf lijken de acties van de menigte gepland, maar dat zijn ze niet. Menigten zijn eerder complexe dynamische sociale fenomenen, zoals wervelende spreeuwenzwermen. Wat er ook aan de hand is, het is niet bewust of rationeel ontwikkeld maar volgt eerder bepaalde impliciete regels. Zoals Desmet schrijft, "de individuele ziel is vervangen door een gemeenschappelijke groepsziel" (PT, p. 125). Ik vermoed dat dit wel eens letterlijk waar zou kunnen zijn. Menigten opereren op een bijna bovennatuurlijk niveau en het zou me niet verbazen als er non-lokale elementen betrokken zijn bij hun werking, een psychische gedwongen resonantie die ervoor zorgt dat hun deelnemers hun acties coördineren op een niveau dat zeer reëel is, maar niet bewust. Desmet citeert Elias Canetti:
Het lijkt alsof de beweging van de een zichzelf overdraagt aan de ander. Maar dat is niet alles; zij hebben ook een doel, dat er al is voordat zij in staat zijn dit te verwoorden. (PT, p. 126)
Voor Desmet is deze blinde maar effectieve eenheid van massavorming evenzeer van toepassing op het ontstaan en de instandhouding van een volledig totalitair systeem, wat een mogelijk gevolg is van een massavorming (misschien wel het summum van wat zij kan doen). En vanwege het verband tussen massavorming en het ontstaan van totalitarisme betoogt Desmet, dat de dynamiek dezelfde is. Dus natuurlijk zullen mensen geneigd zijn om een soort onzichtbare hand te zien waar slechts sprake is van opkomende zelforganisatie op grote schaal.

Menigten bestaan immers met een doel: de samenleving hun wil opleggen en controleren. "De moderne menigte beweegt zich steeds in dezelfde richting: de hypergecontroleerde samenleving" (PT, p. 127). Deze tendensen maken echter deel uit van een algemene tendens van mensen die op dezelfde manier denken en zich dus in dezelfde richting bewegen. Zeker, er kan hier en daar een bepaalde mate van coördinatie zijn, maar die is niet nodig om de resultaten op te leveren die we wel waarnemen. Ze hoeven slechts in dezelfde richting te denken en te handelen, vergelijkbaar met het volgen van de regel voor het plaatsen van de volgende stip op de driehoek van Sierpinksi, zich niet bewust van de uiteindelijke vorm die hun acties zullen aannemen.4

Onthoud wat Lobaczewski te zeggen had over de "interne censor" in een gehysteriseerde samenleving. Er is geen (of heel weinig) openlijke totalitaire censuur, omdat individuen en instellingen dat uit zichzelf doen. ( Alhoewel hardhandige openlijke censuur uiteindelijk wel optreedt.) Voor Desmet is de belangrijkste sturende factor van het totale proces niet een geheimzinnige binnenste cel - een "centraal comité" met een post-revolutionair tien-punten beleid en vijf-jaren plan - maar de ideologie zelf, die haar invloed uitoefent op elk radertje in de machine. En de voornaamste motiverende factor van een dergelijke ideologie is haar utopische visie (PT, p. 131). Het is die onbestemde visie van iets beters - de ideale toekomst - die fungeert als een aantrekkingsfactor voor de hoop en dus de daden van degenen die daardoor betoverd worden.

Desmet schrijft:
Net als bij het tekenen van de driehoek van Sierpinski, als iedereen dezelfde regels volgt, resulteert dit in strikt regelmatige patronen die in de samenleving ontstaan. Zoals ijzervijlsel dat verstrooid is in het krachtveld van een magneet, schikken individuen zich in een perfect patroon onder invloed van deze krachten. ... De volledige evolutie in de richting van een hypergecontroleerde technologische maatschappij - de controlemaatschappij - is eenvoudigweg onvermijdelijk zolang de menselijke geest gevangen blijft in die logica en (voor een groot deel onbewust) door die attractoren wordt gestuurd. (PT, p. 132)
In het kader van de schijnbaar samenzweerderige ontwikkelingen in de reactie op corona, schrijft hij:
De enige consistentie binnen het betoog van de deskundigen is dat de beslissingen altijd in de richting gaan van een meer technologisch en biomedisch gecontroleerde maatschappij, met andere woorden, in de richting van de verwezenlijking van de mechanistische ideologie. Als zodanig zien we precies dezelfde problemen in de coronaviruscrisis als die welke aan het licht kwamen bij de replicatiecrisis in het academisch onderzoek: een doolhof van fouten, slordigheden en geforceerde conclusies, waarbij onderzoekers onbewust hun ideologische principes bevestigen ... In het gehele proces van machtsuitoefening ... is er meestal weinig behoefte om geheime plannen en afspraken te maken. ... De dominante ideologie selecteert wie op sleutelposities terechtkomt. (PT, p. 133)
Het is gemakkelijk om veel van de deskundige "machthebbers" te zien als alwetende kwade genieën, totdat we ze werkelijk ontmoeten en we beseffen dat ze inderdaad zo dom kunnen zijn. Iedereen die voor de regering heeft gewerkt of zich in dat soort kringen heeft bewogen zal dat kunnen vertellen, zoals Desmet vertelt over zijn ontmoetingen met de "deskundigen" in het kader van corona (zie PT, blz. 129-130). Maar het is een feit dat, wanneer ze zich allen in de aantrekkingskracht van dezelfde attractoren bevinden, ze "allemaal zullen bezwijken onder dezelfde logische denkfouten en hetzelfde absurde gedrag" omdat ze allemaal dezelfde pseudo-logica volgen.
Die plannen en toekomstvisies worden niet zozeer "opgedrongen" aan de bevolking. In vele opzichten geven de leiders van de massa ... het volk wat het wil. ... De "plannen" gaan niet vooraf aan de ontwikkelingen, zoals een samenzweringslogica graag suggereert. Ze volgen ze eerder. ... [De leiders] voelen waar de mensen naar hunkeren en ze passen hun plannen in die richting aan, op een opportunistische manier. Zij wentelen zich in het narcisme van iemand die de keten van gebeurtenissen controleert en leidt, maar zij zijn meer als een kind dat op de boeg van een schip zit en aan een speelgoedstuurwiel draait telkens als de tanker van richting verandert. ... Ironisch genoeg bevestigt het complotdenken het narcisme van de leiders door hen serieus te nemen en te geloven dat zij werkelijk het schip besturen, of ervoor zorgen dat de golven wegtrekken. (PT, p. 134)
Voorbeelden: de sterke mate waarin het coronabeleid bepaald werd door bureaucraten uit het middenkader, die slaafs de publieke opiniepeilingen volgden (bijv. in Canada), alsmede het feit dat juist de studenten , en niet de bestuurders, als eersten woke totalitarisme op de campus eisten.

Maar nogmaals, dat wil niet zeggen dat er geen complotten bestaan, zelfs niet binnen dit proces:
Op bepaalde momenten kunnen de bovengenoemde praktijken echter veranderen in iets dat wel de structuur van een samenzwering aanneemt. ... geen zinnig mens kan ontkennen dat deze [centralisatie van] macht op een meedogenloze manier wordt nagestreefd, met een radicaal gebrek aan ethisch en moreel besef. ... In hun pogingen om hun idealen aan de samenleving op te leggen, overschrijden instellingen en mensen inderdaad ethische grenzen en wanneer dit ver genoeg gaat, kunnen hun strategieën inderdaad ontaarden in een volwaardige samenzwering: een geheim, opzettelijk, gepland, en kwaadwillig project. Het is ook bekend dat, naarmate het proces van totalitarisering voortschrijdt, het totalitaire regime steeds meer wordt georganiseerd als een volwaardig "geheim genootschap." (PT, p. 135-136)
Helaas gaat Desmet niet uitvoerig op dit onderscheid in. (Gelukkig doet Lobaczewski dat wel.)

Desmet maakt nog een laatste opmerking alvorens in te gaan op zijn voorgestelde oplossingen (die ik in de volgende bijdrage zal behandelen, tezamen met de laatste drie hoofdstukken). Door de krankzinnige polarisatie van deze tijd, waarin het reguliere betoog elke afwijkende mening afdoet als "idiote complottheorieën" en werkelijke paranoïde complottheoretici over één kam worden geschoren met meer genuanceerde benaderingen, "maakt dit het voor iedereen moeilijk om de aanwezigheid en de omvang van kwaadaardige manipulatie te beoordelen. Het wordt ofwel volledig genegeerd, ofwel verondersteld overal aanwezig te zijn" (PT, p. 137). Ik weet zeker dat we allemaal wel iemand kennen die ervan overtuigd is dat alles een samenzwering is. Dat niveau van paranoia en simplistisch, karikaturaal denken is evenzeer een teken van het geestelijk verval en de atomisering die mensen in de eerste plaats in massavorming doet belanden. Het kan ook leiden tot een eigen massavorming (ik noemde QAnon al).

Maar goed, dat zijn Desmets standpunten. Hoe verhouden die zich tot Politieke Ponerologie [PP]? Over het algemeen behoorlijk goed. Wat het laatste punt betreft, waarschuwt Lobaczewski: "oversimplificatie van het causale beeld wat betreft het ontstaan van het kwaad - vaak tot een enkele, gemakkelijk te begrijpen oorzaak of dader - wordt zelf een oorzaak in dit onstaan" (PP, p. 132). Meer in het algemeen is pathocratie een "complex causaal systeem" (PP, p. 79) dat grotendeels onbewust ontstaat, als een resultaat van hoofdzakelijk psychobiologische factoren. Ter verduidelijking volgen hier enkele citaten:
... als we onze oude natuurlijke methode van begrijpen achter ons laten en leren de interne causaliteit van het verschijnsel te volgen, verbazen we ons over de verrassende exactheid waarmee dit laatste onderworpen blijkt te zijn aan eigen regelmatige wetten. ... Het geheel is ... duidelijk onderhevig aan oorzakelijke bepaling in een mate die de onderzoeker niet had kunnen voorzien. (PP, p. 235)
... het systeem is op rigide wijze oorzakelijk en ontbeert een natuurlijke en rationele vrijheid van keuze. (PP, p. 256)
.. het beeld van het fenomeen wordt zodanig gedomineerd door psychologische oorzakelijkheid dat er niet veel ruimte overblijft voor vrije keuze. (PP, p. 316)
De waaier van oorzakelijke factoren die Lobaczewski aanvoert is uitgebreid (uitgebreider dan die van Desmet). Zijn beschrijving omvat een aantal wat hij noemt "pathologische factoren" (specifieke persoonlijkheidsstoornissen en -aandoeningen, primair genetisch, organisch of functioneel, van verschillende ernst), "ponerogene verschijnselen" (zoals pathologisch narcisme, paramoralismen, reversieve blokkades, conversief denken, betoverende sprekers) en "ponerogene processen" (zoals hystericisatie en ponerisatie van groepen), die ruwweg in stereotiepe volgorden verlopen, gebruik makend van ideologieën. Al deze processen vormen een complexe mozaïekstructuur, die het macrosociale fenomeen van de pathocratie vormt, vergelijkbaar met de fractal van Desmets beschrijving.

Voor Desmet "speelt de gehele maatschappij op de een of andere manier een rol in [de opkomst van het totalitarisme]; ieder draagt er een verantwoordelijkheid voor" (PT, p. 139). Dit geldt eveneens voor Lobaczewski,
In ponerogene processen kruisen morele tekortkomingen, intellectuele tekortkomingen en pathologische factoren elkaar in een ruimtelijk-temporeel oorzakelijk netwerk, dat leidt tot individueel en nationaal lijden. (PP, p. 224, cf. p. 78)
Hij herhaalt dikwijls dat het ene soort kwaad ("normale" menselijke zwakheden en gebreken) "de deur opent" voor een ander (psychopathisch). In dit opzicht zijn de mensen die het meest verantwoordelijk zijn voor de vroege stadia van ponerogenese niet per se slecht. Ze zijn gewoon zwak. En die zwakte biedt de opening voor onvoorstelbaar kwaad.

Desmet meent dat ideologie de selectie vormt voor een positie binnen het totalitarisme. Lobaczewski zou het daar niet mee eens zijn en stellen dat ideologie steeds irrelevanter en in wezen een wassen neus wordt naarmate de pathocratie haar huichelachtige vorm aanneemt. In een gewone samenleving vormt zich als gevolg van vele factoren een sociale structuur (zie PP, blz. 38-48). De resulterende structuur is op geen enkele manier gepland, maar een soort zelf-organiserend superorganisme dat zich ontwikkelt uit alle individuele en groepsinteracties, samenwerking en concurrentie van de mensen die er deel van uitmaken.

Pathocratie is een krankzinnige Bizarro-wereld versie van dit proces (ook al gebruikt hij niet precies deze woorden). Ideologie mag dan de eerste aanzet en het omhulsel geven, maar het uiteindelijke selectieproces is, net als de oorzakelijkheid, psychobiologisch van aard. In termen van ponerogene groepen zoals de Bolsjewieken, "worden strenge selectieve maatregelen van een duidelijk psychologisch soort toegepast op nieuwe leden" (PP, p. 165), resulterend in een "pathologische sociale structuur". (Dezelfde dynamiek is van toepassing op de periodieke zuiveringen van Partij en maatschappij.) Net zoals mensen de neiging hebben zichzelf te selecteren in geschikte rollen op basis van hun unieke cognitieve vaardigheden, speelt een soortgelijk proces zich af in ponerogene groepen en, uiteindelijk, in een pathocratie.
Binnen elke ponerogene samenwerking wordt een psychologische en organisatorische structuur gecreëerd, die als een tegenhanger of karikatuur kan worden beschouwd van de normale structuur van de samenleving en haar organisaties. Individuen met verschillende psychologische afwijkingen vullen elkaars talenten en eigenschappen aan. (PP, p. 154)
Er zijn sadistische beulen nodig, koelbloedige beulen, fanatieke en gewetenloze propagandisten, loyale en doeltreffende bazen en onderbazen, obsessief-compulsieve bureaucraten, enz.
Nadat een typisch pathocratische structuur is gevormd, is de bevolking in feite verdeeld volgens geheel andere lijnen dan iemand die buiten het gezichtsveld van dit verschijnsel is opgegroeid zich zou kunnen voorstellen, en op een wijze waarvan de feitelijke omstandigheden ook onmogelijk te begrijpen zijn voor iemand die geen essentiële gespecialiseerde opleiding in de psychopathologie heeft genoten. Toch ontstaat er geleidelijk een intuïtief gevoel voor deze oorzaken bij de meerderheid van de samenleving in een land dat door het fenomeen getroffen is. (PP, p. 235)
Ten aanzien van bovenaf geleide samenzweringen versus van onderaf ontstane opkomst, gaat het hier niet om of/of, maar om zowel/als. Terwijl het algemene proces psychobiologisch bepaald is, ligt het in de aard van sommige individuen om samen te zweren.
... dergelijke mensen doorkruisen de sociale structuur gemakkelijk met een zich snel uitbreidend, vertakt netwerk van wederzijdse pathologische samenzweringen die weinig verbonden zijn met de sociale hoofdstructuur - haar pathologische onderbuik. Deze mensen en hun netwerken nemen deel aan het ontstaan van dat kwaad dat geen volk spaart. Uit deze substructuur komen dromen voort over het verkrijgen van macht en het opleggen van zijn wil aan de maatschappij, evenals de wijze van ervaren en conceptualiseren ervan. (PP, p. 47)
Denk aan de georganiseerde misdaad (waarvan maffia's en drugskartels slechts twee voorbeelden zijn). Maar zelfs dit betekent niet dat dergelijke groepen precies plannen hoe hun utopie eruit zal zien. Igor Shafarevich schreef:
... Het marxisme stelt zichzelf geen ander doel dan het voorbereiden van de machtsovername. Het staatsbestel dat als gevolg daarvan tot stand komt, wordt dan ook gedefinieerd en gevormd door de noodzaak de macht te behouden. Aangezien deze taken totaal verschillend zijn, hebben de officiële theorie en de feitelijke uitvoering niets met elkaar gemeen. (The Socialist Phenomenon, p. 3)
Wat Shafarevich zich niet realiseerde: de vorm van dat resulterende systeem en sociale structuur wordt bepaald door de cognitieve vaardigheden van zijn voorstanders, degenen die bereid zijn alles te doen wat nodig is om de macht te grijpen en te behouden. Deze vorm verschuift geleidelijk via zijn hysterisch-ideologische en emotioneel vluchtige "karakteropathische" fasen naar zijn uiteindelijke psychopathische fase (die onvermijdelijk verslechtert). De verborgen orde van de driehoek van Sierpinksi ligt besloten in zijn regels. Dus wat bepaalt het soort regels dat gevolgd wordt om tot pathocratie te komen? Het patroon vormt zich als gevolg van specifieke psychologische types, die doen wat in hun aard ligt.

Het is dus niet alleen maar zowel/als. Het zijn combinaties in wisselende verhoudingen, afhankelijk van de fase in kwestie. In het voorbeeld van censuur begint het met onbewuste zelfcensuur (met heel weinig openlijke censuur), wat uiteindelijk plaats maakt voor een systeem van totale censuur en gescript nieuws waarvan iedereen weet dat het nep is (zelfs degenen die het schrijven). Eerst zijn het losjes gecoördineerde samenzweringen, die beheerst worden door eenvoudige doelen en onbewuste groepspsychologische verschijnselen, die zich uiteindelijk consolideren tot het psychopathische "geheime genootschap" van geveinsd, machiavellistisch pathocratisch leiderschap. En om het argument van Gilbert in het citaat uit de vorige bijdrage te herhalen, stelt Lobaczewski dezelfde idee meer algemeen en categorisch voor: "[psychopathie] is katalytisch en oorzakelijk essentieel voor het ontstaan en voortbestaan van grootschalig sociaal kwaad" (PP, p. 7).

Tenslotte een opmerking over de utopische aantrekkingsfunctie van ideologie, als de motiverende kracht voor de "verandering brengende middelen" die een totalitaire revolutie teweegbrengen. De vaagheid van het begrip is zijn grootste kracht - als een maatschappelijke Rorschachtest. De massa's klampen zich eraan vast als het middel om een eind te maken aan hun angst, hun agressie te uiten en de "gerechtigheid" te bereiken die hen naar hun gevoel is ontzegd. De aantrekkingskracht is eenvoudig: een betere wereld, zonder verdere specificatie. De details hoeven niet duidelijk te zijn, maar het doel is, in hun ogen, nobel. Verschillende mensen richten hun innerlijke blik echter op verschillende attractoren. "Beter" is voor interpretatie vatbaar:
Voor individuen met verschillende psychologische afwijkingen lijkt een dergelijke sociale structuur [d.w.z. gebaseerd op wetten], die gedomineerd wordt door normale mensen en hun conceptuele wereld, een "systeem van geweld en onderdrukking" te zijn. In de regel komen psychopaten tot een dergelijke conclusie. (PP, p. 127)
Bij zulk soort mensen ontstaat een droom als een soort utopie van een "gelukkige" wereld en een sociaal systeem dat hen niet zal afwijzen of hen zal dwingen zich te onderwerpen aan wetten en gebruiken waarvan de betekenis voor hen onbegrijpelijk is. Zij dromen van een wereld waarin hun eenvoudige en radicale manier om de werkelijkheid te ervaren en waar te nemen zou overheersen - waar zij natuurlijk verzekerd zouden zijn van veiligheid en welvaart. (PP, p. 125)
Ik heb het psychopathische wereldbeeld in PP als volgt samengevat, ontleend aan Thomsons recente boek over psychopathie: "Ik kan doen wat ik wil omdat mij in het verleden onrecht is aangedaan; alle anderen zijn oneervol, egoïstisch, zwak en manipulatief; daarom is het gerechtvaardigd dat ik misbruik van hen maak." Dat is de psychopathische visie in een notendop: totale "vrijheid," gratis spullen (geld, vrouwen, prestige) en slaven. Hoe ze daartoe komen is onbelangrijk. Maar ze zijn meer dan bereid om een massavorming uit te buiten om dat te doen en ervoor te zorgen dat zij degenen zijn die aan de top eindigen, wat gemakkelijk voor hen is, aangezien ze meedogenlozer zijn dan meer dan 95% van de bevolking. En als ze eenmaal gewonnen hebben, geholpen door een samenleving die haar morele kompas en haar vermogen om heiligen van psychopaten te onderscheiden verloren heeft, valt al het andere op zijn plaats.
  1. Kleine ergernis: complottheoretici en de "cui bono"-methode om de daders van een of andere misstap te onderscheiden. In het beste geval kan de vraag "wie heeft er baat bij" helpen om een reeks (mogelijke) verdachten te beperken. Maar concluderen dat iemand verantwoordelijk moet zijn omdat hij of zij voordeel heeft gehad van een bepaalde gebeurtenis (bijv. een wereldgebeurtenis die de krantenkoppen haalt), is gewoon dom. Als persoon A persoon B vermoordt, zal een willekeurig aantal mensen daarvan profiteren. Hoe meer vijanden die persoon heeft, hoe meer mensen ervan zullen profiteren. Als die persoon daadwerkelijk door toeval sterft, zal nog steeds dezelfde groep mensen profiteren. Maar dat weerhoudt velen er niet van om te speculeren en zelfs categorisch te verklaren, dat persoon B wel door die-en-die vermoord "moet" zijn. Dat soort zekerheid is prima als je rond de keukentafel tegen familieleden zit te tieren, maar daarmee is dan ook alles gezegd. (Hetzelfde geldt voor "middelen, motief en gelegenheid.")
  2. Desmet is zich er terdege van bewust hoe de term als wapen is ingezet tegen afwijkende meningen en tegen plausibele of feitelijke alternatieve narratieven en dat het dominante betoog vol zit met wat anders zou worden afgedaan als "idiote complottheorieën" als ze geen deel uitmaakten van die consensus (bv. Russiagate).
  3. John Carter schreef een geweldig stuk over het debat tussen "samenzweerders" en "systematici", dat u hier kunt vinden.
  4. En deze manier van denken is een typisch door de linker hersenhelft gedomineerde manier van denken. Zie de serie "The Master Betrayed" van Winston Smith, bijv. deel acht en negen om hier een indruk van te krijgen, alsmede de resultaten daarvan. Let op de aanzienlijke overlapping tussen McGilchrists opvatting en Desmets beschrijving van het resultaat van mechanistisch denken.
Zie: https://ponerology.substack.com/p/the-psychology-of-totalitarianism-8a8